Pieter Sibrantszoon Auckama, bijge
naamd Pinckert. Hoe hij aan zijn einde
gekomen is, is onbekend. Waar hij be
graven is, men weet het niet. Onze dich
ter, mr. Van Halmael jr., laat hem dapper
strijdend sneuvelen. Hij wil in poëtische
ijver een verflenste en bleek geweende
bloem strooien op zijn graf. Maar waar is
dat?
'O brave burger, en roemwaardig held
metéén,
Waar is Uw eerlijk graf, opdat ik er op
ween'?
Een andere lezing is, dat hij zich verbor
gen heeft gehouden op het Keimpema-
huis. Door benijders verraden, werd
hij daar op zolder gevonden. Nadat hij
gebiecht had, werd hij doodgeslagen.
Waarom, vraag je je af? De man had nota
bene gepleit voor het sluiten van een
verdrag met de Schieringers."
,,En verder?"
Ja, verder? De aanzienlijkste burgers
werden vastgezet te Sneek of in stinsen
op het platteland, en Leeuwarden zelf
werd geplunderd. Veel burgers wisten te
ontkomen en gingen naar Ygo Galama,
het hoofd der Vetkopers in Westergo.
Met hen en met de Leeuwarder troepen,
die al bij hem waren, begon hij een
guerrilla tegen de Sneekers en hun
bondgenoten. Dat alles is zo uit de hand
gelopen, dat uiteindelijk een vreemd
heer, de Saksische gubernator, de zaak
tot rust en orde moest brengen. Maar dat
ligt buiten mijn bestek: met de verove
ring van Leeuwarden door de Schierin
gers in 1487 was het met de bier-ordon
nantie gedaan".
,,Nou, het is een hele geschiedenis ge
worden vanaf het gezellige middagje dat
die boeren rond Haarlemmer kuit had
den. Toch maakt het op mij een beetje
kleinburgerlijke, benepen indruk. Die
stadjes als Leeuwarden en Sneek, prak
tisch buren, die elkaar naar de keel vlie
gen om wat wij minuscule economische
belangen zouden noemen."
Afstanden
,,Zo heb ik er ook een tijd over gedacht,
maar ik ben daarvan teruggekomen.
Sneek lag een heel eind van Leeuwar
den: er te voet naar toe gaan of zelfs per
paard via een onverharde weg, die of
een stofboel of een slikpoel was, dat
deed je niet iedere dag, dat nam vele
uren in beslag. Als we de oppervlakte
van een land afmeten naar de tijd, nodig
om het door te reizen, dan was het
Friesland van toen tientallen malen gro
ter dan nu. Dat moeten wij, moderne
mensen, niet vergeten. Wij stappen in
een vliegtuig en zijn zeven uur later in
New-York. Reusachtig, hè? Maar bete
kent dat ook niet een vernauwing van
ons aardse ruimtebesef?"
„Toegegeven, daar zit wat in. Maar
toch... die economische belangen waar
je het over had, waren die eigenlijk niet
te pietluttig? Zou over zoiets in onze tijd
zo'n opschudding kunnen ontstaan?"
„Daar heb ik aanvankelijk net zo over
gedacht. Maar het doet geen recht we
dervaren aan de mensen en hun situatie
van toen. De economische belangen die
behartigd moesten worden waren van
grote betekenis. Bier en brood, die arti
kelen moesten in de steden de boeren
bakten hun eigen brood en brouwden
veelal hun eigen bier ruimschoots en
vrij voorhanden zijn.
Zij voorzagen in de eerste levensbe
hoeften, gezond drinken en eten. Bier
was in het spel, en er zal dus veel op het
spel gestaan hebben."
„Veel? Bij zo'n primitieve produktie, bij
zo weinig bevolking?"
„Dat doet er niet toe. Al zijn het geen
'grootschalige' hoeveelheden waar het
om gaat, bekijk die in jouw ogen pietlut
tige economie eens onder de micro
scoop van het moderne inzicht. Wat zul
je dan zien? Dezelfde grondbeginselen
die ook in ons maatschappelijk bestel
nog levend zijn. Protectionisme tegen
vrijhandel. Invloedssferen. Botsende
handelsbelangen. Leeuwarden wilde
niet toelaten dat de mensen uit Westergo
vrij kochten en verkochten in Oostergo.
En in onze tijd geen opschudding? Als
de Italiaanse wijnboeren goedkope wijn
importeren in Frankrijk, dan worden de
Franse wijnboeren razend, blokkeren ze,
als ik mij goed herinner, de wegen, on
danks de E.E.G. Alweer, niets nieuws
onder de zon!"
„Ik voel wel wat je bedoelt, maar ik blijf
me toch afvragen: waarom die felheid,
dat bloedvergieten?"
„Daarover zal ieder zich verwonderen
die zich in de Middeleeuwen verdiept De
mensen waren heetgebakerde standjes,
felle rakkers. Voorts heb ik er wel eens
over gepiekerd, of het Vetkopersgezinde
Leeuwarden niet probeerde zijn bieraf-
zet niet alleen in eigen stad, maar over
grote delen van Friesland te monopoli
seren? Zou dan Sneek niet te afhankelijk
geworden zijn? Het afsnijden van de
aanvoer van bier door Leeuwarden, bij
voorbeeld om een hogere prijs af te
dwingen, zou je kunnen vergelijken met
het afsnijden van de olie-import in een of
ander land. Ik zeg niet dat dit het geval
geweest is. Het is niet meer dan een in
druk, maar het zou kunnen zijn dat dit
schrikbeeld ergens in de hoofden heeft
meegespeeld."
„Tja", zei de gewezen burgervader,
„wat al of niet het geval geweest kan zijn,
daarover kunnen we blijven praten tot
morgenvroeg zonder tot een rfesultaat te
komen. Nog één ding: zei je niet dat
Barrahuis, vanwaar het leger der Schie
ringers optrok tegen Leeuwarden, dicht
ten zuiden van die stad ligt?"
„Ja", zei ik, „hoe zo?"
„Nou", zei hij, „dan moet Bokma daar
ook niet ver vandaan zijn. Is dat geen
vingerwijzing om de zitting op te heffen
en ons te spoeden naar het naastbije
café, waar in kelkjes Bokma's Friese
heldere vreugdetranen schitteren en te
drinken op die oude tijden. Als je daar
voor tenminste tijd hebt."
„Nou, heel even", zei de gepensio
neerde voorzichtig.
Wij dronken ons glas bier uit en stonden
op. Bij het verlaten van de kamer keek ik
nog eens om. Daar stonden op de tafel in
het schemerig geworden licht twee lege
bierglazen met schuimkringen. Geen
rustiger aanblik dan die glazen, symbool
van het vreedzame gesprek dat daar
over oorlog gevoerd was en over de
drank die zij bevat hadden: BIER.
Mr. J. C. Bossard.
Verantwoording.
7. De weergegeven gebeurtenissen
zijn te vinden in het opstel van mr. J.
Dirks „Het Bier-oproer te Leeuwar
den in 1487", gepubliceerd in de
„Vrije Fries" van 1868, blz. 350 e.v..
Hij publiceert daarbij tevens de akte,
bevattende de verklaring van broeder
Henric Franiker, welk stuk in het
Rijksarchief aanwezig bleek.
Tevens drukt hij af het berijmde ver
haal van mr. A. van Halmael Jr. „Een
tafereel uit den voorvaderlijken tijd.
1487", oorspronkelijk verschenen in
de Leeuwarder Courant in 1830. Een
prachtig voorbeeld van de pompeuze
retoriek, die in die dagen voor dicht
kunst werd versleten.
Voorts kan men de gang der gebeur
tenissen bevestigd zien in tal van ge
schied beschrijvingen, aanwezig in de
bibliotheek en archief van Leeuwar
den, waar schijver dezes vriendelijk
ontvangen is en alle inzage kon ne
men.
2. Over de felheid van het leven in de
Middeleeuwen: zie Huizinga „Herfst
tij der Middeleeuwen". (Hoofdstuk 1
's Levens felheid". „Toen de wereld
vijf eeuwen jonger was, hadden alle
levensgevallen veel scherper uiter
lijke vormen dan nu". Etc.)
3. Dat de verhindering van de aan
voer van voldoende bier rampzalig
kon zijn, werd in 1321 aangetoond in
Amsterdam. De graaf van Holland,
die om een of andere reden de invoer
van „Oosters" bier wilde verbieden,
moest van dit snode plan afzien: de
stad zou dan gebrek aan bier, dat is
aan gezond drinken hebben gekre
gen.
4. Over het ontstaan van oorlog om
een schijnbaar nietige reden merkt
mr. Dirks zeer geporteerd voor
vrijhandel deftig op: „Het zou geen
onaangename en tevens nuttige taak
zijn om eens na te sporen hoe menige
oorlog en krijg is ontsprongen uit ee-
nen soms zeer eenvoudigen staat
huishoudkundigen misgreep." Vol
gens hem was de bier-ordonnantie
zo 'n misgreep.
5. Westergo en Oostergo, grote de
len van Friesland ten westen en oos
ten van Leeuwarden.
6. In Leeuwarden herinneren vele
namen aan de gebeurtenissen in
1487. Camminghastraat, Auckama-
straatje, Jacobijner- of Grote Kerk
(prachtig gerestaureerd), Amelands
huis, de Tuinen.
7. In Haarlem werkten in 1494 onge
veer 120 brouwerijen.
8. Sneek was de rivaal van Leeuwar
den.
15