HOTEL DE HERDERIN, HASSELT
BIER IN 'T FUST RECHTSTREEKS UIT BROUWKETEL
350 JAAR PLEISTERPLAATS
De vier Kregels on-
der één dak. Van
links naar rechts L
Kregel, junior en se
nior en J. Kregel,
senior en junior.
Hotel-café-restaurant De Herderin met de
slijterij (achter de serre).
Rechts een gedeelte van het raadhuis en van
de St. Stephanuskerk.
waarvan onder andere de dokter en de
veearts gebruik maakten voor hun be
zoeken buiten de stad. Maar ook de
paarden van de boeren, wanneer deze
zondags ter kerke gingen, werden er
gestald.
In 1964 liet de heer Rozendal, die in dat
jaar zijn vader in het bedrijf opvolgde, de
stallen verbouwen en bij de zaak trek
ken. Twee jaar later werd de slijterij
geopend. In 1970 kwam de grote zaal,
die aan ongeveer tweehonderd gasten
plaats biedt, gereed.
De Herderin is nu een horecabedrijf
van formaat, met een oppervlakte van
ongeveer 450 m2. Volbezet kan het zo'n
350 bezoekers herbergen.
In het gemeenschapsleven van Hasselt
speelt De Herderin een centrale rol.
Belangrijke gemeentezaken, waarbij
men veel publiek verwacht, worden dik-,
wijls hier behandeld. Voor recepties,
bruiloften en etentjes is dit historische
horecabedrijf het aangewezen adres.
Ook voor het carnavalsgebeuren, dat in
Hasselt zijn achtste seizoen ingaat is
De Herderin het middelpunt; voor de
plaatselijke carnavalsvereniging 'De
Hazelnötten' zelfs de bakermat.
getapt. „Het warm lopen van de bier
kraan" heette dan ook officieus de
oorzaak van de brand, die eind 1962 het
café teisterde. Na een week had men
toen, met een noodoplossing (grind op
de vloer en onder andere papegaaien
om de zaak wat op te vrolijken), de boel
weer op de been.
De naam Kregel heeft in Rotterdam ook
buiten de commerciële kring een be
kende Heineken-klank. Ome Jan was,
voordat hij in de jaren dertig op eigen
wieken ging drijven, zestien jaar bij
Heineken te Rotterdam in dienst ge
weest. Zijn broer, de heer L. Kregel sr.,
sinds 1962 in ruste, heeft drieënveertig
jaar zijn beste krachten aan de brouwe
rij aldaar gewijd. Diens zoon, de heer L.
Kregel jr., heeft er inmiddels al zeven
tien Heineken-jaren opzitten. Op het
ogenblik is hij chef van de plaatselijke
archiefdienst te Rotterdam.
Zoals u op de foto kunt zien, is er nog
een vierde Kregel. De jonge Jan drukte,
zoals dat heet, de voetsporen van zijn
vader en kwam begin 1964 in de zaak.
Die bestond eigenlijk uit twee bedrijven,
want Ome Jan had, nadat hij destijds in
Den Haag voor zichzelf begonnen was,
in 1940 te Rotterdam café Mathenesse
overgenomen. Tien jaar geleden ver
kreeg hij de exploitatie van Cosy Cor
ner, een gezellig, goed lopend café op
de hoek van de Mathenesserlaan en de
Nieuwe Binnenweg. Zoon Jan, die in
middels vier horecabedrijven is gaan
beheren, opende onlangs aan de West
kruiskade een vijfde zaak, een aanwinst
waarvan hij veel verwacht.
Senior en junior hebben samen zo'n
zestig mensen in dienst. Met hun geza
menlijke bieromzet bevinden zij zich bij
de top van het Rotterdamse horecage-
beuren.
Er is echter maar één Fust, waar het
Heineken bier rechtstreeks uit de
brouwketel in het glas getapt wordt.
Proost!
Nu al ruim drieëneenhalve eeuw, van
1625 als herberg tot heden ten dage
als hotel-restaurant- neemt De Her
derin in het Overijsselse Hasselt een
belangrijke plaats in. Sinds 1860 zwaait
de familie Rozendal de scepter in dit
horecabedrijf, dat ongetwijfeld een van
de oudste van ons land is. Eind novem
ber van het vorige jaar vierde de vierde
generatie Rozendal feest ter ere van het
350-jarige bestaan van hun Herderin.
Hasselt zelf, eens een Hanzestad, is nog
veel ouder. Al in 1252 verkreeg het
stadsrechten. Het oudste gedeelte van
de St. Stephanuskerk, op een steenworp
afstand van De Herderin gelegen,
stamt uit 1100. Tussen de kerk en het
hotel staat het gemeentehuis, dat in de
jaren 1500 tot 1550 werd gebouwd. De
stad heeft 17de-eeuwse gevels, vooral
aan de Herengracht en de Hoogstraat.
De korenmolen De Zwaluw is een
achtkante bovenkruier uit 1784. Hasselt
is vele jaren een bedevaartplaats ge
weest; tot 1941 werden er processies
gehouden.
Uit de vroege historie van De Herderin
is hoegenaamd niets bekend. Wel weet
dehuidigeeigenaar.de heerJ. E. J. M.
Rozendal, van later jaren dat zijn groot
vadervan 1890 tot 1932 een stalhouderij
had met eigen paarden en koetsen,
Eigenlijk een logische zaak, dacht Ome
Jan van café 't Fust in Rotterdam, een
van de toptappunten van Heineken bier
in de Maasstad. Was niet in de bekende
bierhal aan het Stadhuisplein van '63 op
'64 een Rotterdamse recordomzet van
1400 hectoliter geregistreerd, die drie
jaar later nog eens ruimschoots werd
overtroffen toen men bijna 1800 hecto
liter wegtapte? Eigenlijk een logische
zaak: het bier komt uit de brouwketel en
gaat via 't fust naar de vele, trouwe pils
drinkers. Wat zou het niet een geweldi
ge eer én stimulans voor hen zijn om,
rond de brouwketel gezeten, hun favo
riete pils rechtstreeks uit het binnenste
van het koperen heiligdom getapt te
krijgen? Met andere woorden en dan
heel simpel gezegd: op 8 oktober 1975
werd in 't Fust te Rotterdam een van de
vroegere brouwketels van onze vesti
ging aan de Crooswijksesingel als bier
bar officieel in gebruik genomen.
De in de aanhef genoemde Ome Jan is
de heer J. Kregel sr., die vanaf 1 maart
1961 dit in de Maasstad alom bekende
bieretablissement exploiteert. De eerste
elf jaar samen met de bij velen van ons
bekende heer Klaas van Duyn, vanaf 1
januari 1973 alleen, 't Fust is een begrip
in Rotterdam, in de eerste jaren het
contactadres voor vooral jonge mensen.
Vandaag de dag laten ook de wat oude
ren hun gezicht zien in de bierhal aan
het Stadhuisplein. Of, 's zomers, op het
terras, dat eerst volloopt voordat de an
dere zaken hun buitenklanten zien bin
nenkomen.
Er is heel wat bier omgezet in 't Fust. In
de topjaren gebeurde het wel dat in een
weekend 84 halve hecto's werden leeg-