B. P. M. M. Hoogeweegen Oceaanreuzen in het klein Zoeterwoude gezien door 11-jarig meisje 'Als ik niet in de gedistilleerdsector terecht was gekomen, was ik scheeps bouwkundige geworden', was de eerste opmerking van de heer B. P. M. M. Hoogeweegen, directeur Hulstkamp te Rotterdam, in een gesprek over zijn geliefde hobby, het bouwen van scheepsmodellen. 'Belangstelling voor passagierschepen heb ik altijd al gehad', aldus de heer Hoogeweegen, 'en dat komt voorname lijk omdat wij vroeger aan de Maas woonden en als er schepen voorbij kwamen, ik altijd stond te kijken. Mijn hobby is begonnen in 1933. In dat jaar werd de 'Oranje' te water gelaten en de Stoomvaartmaatschappij Nederland had eerder een prijs uitgeloofd voor het beste model, dat door de model bouwers in Nederland gebouwd zou worden. Dit was voor mij aanleiding om mijn eerste model te bouwen. On geveer één jaar heb ik over de bouw van de Oranje gedaan. Helaas ben ik niet in de prijzen gevallen, maar ik kreeg wel een uitnodiging om de te waterlating bij te wonen'. De andere scheepsmodellen, die hij in de loop der jaren heeft gebouwd, zijn de Nieuw Amsterdam, De Bulgerstein en de Willem Ruys, die nog heeft proef gevaren in de kuiperij bij Hulstkamp. Alle modellen, schaal 1 100, hebben radiografische besturing, het enige on derdeel dat niet zelf door de heer Hoo geweegen wordt gemaakt. 'Voor zo'n radio-grafische besturing moest indertijd een speciale vergun ning worden aangevraagd bij de P.T.T.', aldus de heer Hoogeweegen. 'Er mocht maar vijf maal per jaar mee gevaren worden in aanwezigheid van een ambtenaar van de P.T.T. Zo ook had ik een vergunning aangevraagd voor de Willem Ruys. Een tijdje later kreeg ik bezoek van twee ambtenaren van de P.T.T., die mij wisten te vertellen dat ik in het bezit was van een radiozen der, en dus strafbaar was. Eerst drong het helemaal niet tot mij door, maar later bedacht ik, dat ik de radiografi sche apparatuur van de Willem Ruys in mijn bezit had. Deze bleek dezelfde frequentie te hebben als de politie- zender in de haven. Lang praten hielp niet. De zender werd in beslag geno men en ik heb hem nooit meer terug gekregen. Hedentendage staat hij nog in 't museum van de P.T.T. te Den Haag'. Gemiddeld 4 jaar werkt de heer Hoo geweegen aan zo'n scheepsmodel. De tekeningen krijgt hij van de maatschap pij. Aan de hand van het spanten- en lijnenplan worden zgn. contramallen gemaakt, die bepalend zijn voor het model van het schip. De gehele romp wordt van eiken planken gemaakt, die zorgvuldig aan elkaar worden gelijmd. Ook de bovenbouw is geheel van hout. Tot in de kleinste details wordt alles nagebouwd. Met name het schuren van alle onderdeeltjes vraagt veel tijd en precisie. Aan nieuwe scheepsmodellen begint de heer Hoogeweegen voorlopig niet meer. Wel is hij nog druk in de weer met het aanbrengen van wijzigingen in de bestaande boten. Want zodra er op het echte schip iets verbouwd wordt, wordt ook het miniatuurschip geheel aan de nieuwe situatie aange past. Voor de heer Hoogeweegen, die zijn hobby met eindeloos veel geduld beoefent, is ook het up to date houden van zijn vloot, steeds weer een uitda ging. Helemaal in de voetsporen van haar vader gaat de 11-jarige Wilma Dikken, voor wie de fotografie nu al een heel serieuze aangelegenheid is. Zij maakte zonder enige hulp bijgaande foto van de nieuwbouw in Zoeterwoude, met op de voorgrond één van de schapen, die in de tuin van de heer T. Dikken grazen. De heer Dikken is de eerste Heineken-medewerker, die destijds in Zoeterwoude kwam werken. Hij woont in de onmiddellijke omgeving van de nieuwbouw en heeft als hobby een indrukwekkende veestapel: 7 schapen, 2 bokken, 2 geiten, 6 siereenden, 4 fazanten en een hele serie krielkippen. 13

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Vers van 't Vat | 1973 | | pagina 13