Belgisch uitstapje van Rotterdamse gepensioneerden hadden graag een kijkje genomen in nog meer afdelingen, maar dat was om verschillende redenen helaas niet mogelijk. Terug in de kantine had men heel wat stof tot praten. Hier en daar wer den contacten-van-vroeger tussen Amsterdammers en Rotterdammers hernieuwd en oude herinneringen op gehaald. Ook waren er enkele Bos schenaren, die met hun vroegere leer meesters of collega's even een praatje kwamen maken. Kortom, iedereen had het geweldig naar zijn zin. De feestelijke stemming kreeg een hoog tepunt, toen de heer Kloppenburg, aan het einde van de middag nog even teruggekeerd in de kantine, be kendmaakte, dat het voor twee van de aanwezigen een bijzondere dag was. Voor de heer J. Ph. Sutter, 82 jaar, was het op deze dag precies ze venenzestig jaar geleden, dat hij bij Heineken (Rotterdam) in dienst trad. De heer G. Verhulst, eveneens uit Rotterdam, vierde op deze dag zijn Namens de gepensioneerden sprak de heer Huybrechtse een gevoelvol dankwoord. vijfenzeventigste verjaardag. Beiden ontvingen zij twee Delftsblauwe bier pullen, waarvan er voor elk van hen een gevuld was met hun Heineken, waarna de heer Kloppenburg samen met de aanwezigen een dronk op hen beiden uitbracht. Namens de gepensioneerden sprak vervolgens de heer Huybrechtse een gevoelvol dankwoord, dat besloten werd met de in de aanhef genoemde woorden. De dank aan de organisa toren werd vertolkt door de heer Van der Geld, waarna de heer Kloppen burg in zijn slotwoord nog eens onder streepte ,,dat uw bijdrage destijds aan de groei en de bloei van deze on derneming zeer belangrijk is geweest". Intussen was, zoals dat heet, ook de inwendige mens versterkt en nadat men vanuit de bussen nog een blik geworpen had op de bronzen bok (die er echt nog stond, bij de poort) reed men in de beste stemming, vele mooie indrukken en prettige herinneringen rijker, weer huiswaarts. De weergoden waren onze gepensio neerden dit jaar wel bijzonder gun stig gestemd! Troffen de Amsterdam mers in mei al een dag uit duizenden, de 9de juni spande wat de weersom standigheden betreft toch wel de kroon. Op die stralende maandag morgen stonden ongeveer driehon derdtwintig Rotterdamse gepensio neerden met hun introducés te wach ten op het sein van „instappen!". Toen dat moment was aangebroken bleek dat er meer mensen gekomen waren dan was opgegeven, zodat de bussen die gereed stonden niet alle reislustigen konden bergen. Zo ge beurde het dat een aantal achterblij vers zeven bussen uitzwaaiden en zich vervolgens in Hollandia te goed de den aan een bakje verse koffie in af wachting van bus nummer acht. Op het terras van restaurant Groot Speyk, in de uiterst fraaie omgeving van Oisterwijk, ontmoetten beide ge zelschappen elkaar weer. In dit mid den in de bossen gelegen restaurant kreeg men koffie aangeboden; te vens konden na deze eerste ruk van de rit benen en knieën even gestrekt worden. Het gezelschap (compleet nu) vertrok na een uurtje heerlijk genieten in de schaduw van de bomen richting Bel gië. Met het verstrijken van de uren klom ook het zonnetje hoger aan de hemel en brandde al gauw onbarm hartig de bussen in. Het gepuf en geblaas en „kan er soms nog een raam open?" waren niet van de lucht. Vooral tijdens het overi gens kleine oponthoud aan de grens was het bijna niet te harden. Het leed was echter snel vergeten toen men het einddoel van de reis, het Bobbejaanland in Lichtaart, had bereikt. In de grote zaal van dit pretpark stonden lange gedekte tafels gereed en de aanblik hiervan ontlokte vele Foto linksonder: Instappen allemaal! Foto rechtsonder: Koffiedrinken in Groot Speyk.

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Vers van 't Vat | 1969 | | pagina 9