Verder enkele vissers en schippers. Het zal zo iets geweest zijn als Brielle of Zierikzee of kleiner. Wij zullen nu nagaan waardoor Am sterdam al in 1400 een belangrijke handelstad was en zullen constateren dat het bier daarbij een belangrijke rol speelde. In de jaren voordat de Oost-Indische Compagnie koffie en thee invoerde, was bier dè volks drank die bij alle maaltijden en zeker bij iedere bijzondere gebeurtenis zo als geboorte, doop, huwelijk of be grafenis, in grote hoeveelheden ge nuttigd werd. Dit bier werd echter anders bereid dan het tegenwoordige. Het werd met name niet met hop gebrouwen. In plaats daarvan ge bruikte men een mengsel van krui den. voornamelijk gagel (van strui ken die op moerassige plaatsen groei en) dat gruit genoemd werd. De graaf of bisschop, die altijd geld nodig had, had voor vele menselijke activiteiten een belasting ingesteld. Zo moest men betalen om een stier te houden, om een molen te bouwen en te exploiteren en ook om de bo vengenoemde kruiden te verzamelen. De graaf liet daarvoor deze gruit door zijn mensen verzamelen en op slaan in het gruithuis waar het dan tegen betaling aan hem, die wilde brouwen, werd afgegeven. Gewoon lijk werd dit gruitrecht door de graaf verpacht. Het is bekend dat dit recht alleen in het beneden Rijngebied werd uitgeoefend, dus het tegenwoor dige Nederland en België tot zelfs nog iets over de huidige Duitse grens. Nu gebeurde het, naar verluidt in 1274, dat langs welke weg weten we niet in deze streken een lading bier uit Bremen verscheen dat an ders en beter smaakte. Dit bier dan was met hop bereid. Nadat dit lang zamerhand (want alle communicaties gingen veel langzamer dan tegen woordig) tot de brouwers hier door gedrongen was en er nog wel meer van dit bier ingevoerd was, ging men er bij de graaf op aandringen om ook hop te mogen gebruiken. Deze zag daardoor zijn gruitrecht in gevaar komen en heeft dit vele jaren weten tegen te houden tot eindelijk in 1321 graaf Willem toestond om hop te ge bruiken mits men evenveel betaalde alsof men gruit gebruikt had. De graaf bepaalde echter tegelijk dat het bier uit Noord-Duitsland, waar vooral de Hamburgse brouwers be langstelling voor de Hollandse markt hadden, van 1321 af niet meer inge voerd mocht worden. Ook dat heeft de graaf niet kunnen tegenhouden. Evenals een vijftigtal jaren geleden de Nederlandse bier liefhebbers het originele Pils (het Pilsner Urquell) uit Tsjecho-Slowa- kije prefereerden boven het Hol landse pilsner, zo was het toen met het Hamburgse bier. In 1323 ging de graaf door de knieën en bepaalde dat er dan wel buiten lands bier mocht worden ingevoerd maar alleen over Medemblik en Am sterdam waar er dan tol op moest worden betaald. Van Medemblik horen we al na een paar jaar niets meer maar van Amsterdam des te meer. Het is dr. H. J. Smit geweest die in zijn proefschrift, dat in 1914 18

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Vers van 't Vat | 1968 | | pagina 20