J. B. VAN MEGGELEN het gezelschap, dat die middag het Roeischip vulde. Voordat de verschillende sprekers aan het woord kwa men, werden er enige gelukstelegrammen voorgelezen. De heer Timmer, die als eerste het spreekgestoelte beklom, tekende de jubilaris uit als een harde wer ker met een vriendelijk gedrag. Spreker belichtte met lovende woorden de verschillende treetjes van de Heineken ladder, waarlangs de heer Both naar boven was geklommen. Wie veertig jaren bij Heineken heeft gewerkt heeft ongetwijfeld veel meegemaakt. In 1928 werd de heer Both bij de brouwerij tewerk gesteld op de afdeling expeditie als bierschrijver. Na nog twee afdelingen van dichtbij bekeken te hebben, werd de jubilaris toegevoegd aan de afdeling inventa rissen, wat spreker als een toch wel plezierige en dank bare baan omschreef, omdat je zo af en toe wat „geld- gebrekkige" klanten kon helpen aan wat minder fraaie en dus goedkopere inventarissen, dat voor „arme sloebers" toch nog zeer wel bruikbaar zou kunnen zijn. Dat waren tijden dat botje bij botje door Bothje bijeengelegd werd. Als personeelscadeau overhandigde de heer Timmer een enveloppe met geld, waarvoor de jubilaris samen met zijn echtgenote graag een schemerlamp zou willen uitkiezen, om zoals de heer Both het in zijn dank woord omschreef onder die lamp nog menig glas Heineken te kunnen genieten en de gedachten terug te laten gaan naar de ambtsperiode bij de brouwerij. Namens de Personeelsvereniging Heineken, waarvan de jubilaris bestuurslid is geweest, sprak de heer Stap de heer Both toe. Hij noemde de diverse sporten, waaraan de heer Both actief heeft deelgenomen en had zelfs een rekensommetje gemaakt van het bedrag dat gedurende de afgelopen veertig jaren door de jubilaris was gestort voor het lidmaatschap van de sportclub 350,—). Ook als „feestcommissaris" heeft de heer Both nuttig werk verricht. In het bijzonder haalde spreker aan de keren dat de heer Both had gefungeerd als Zwarte Piet op de vele St.-Nicolaasfeesten, die voor de jubilaris zelf bepaald geen onaangename feesten zijn geweest. Uit dank voor alle bemoeiingen tijdens 28 jaren als De heer W. C. Both, van de commerciële dienst horeca te Amsterdam, werd op 9 mei onder grote belangstelling gehuldigd in verband met zijn 40-jarig jubileum. bestuurslid en commissielid werd de heer Both verrast met een broodrooster. Als afgevaardigde van de collega's zwaaide ook de heer Van der Zwaai de jubilaris veel lof toe, waarin hij ook mevrouw Both betrok. Alvorens over te gaan tot het ophalen van herinneringen uit de Heineken tijd memo reerde spreker verschillende gebeurtenissen in het per soonlijke vlak. De heer Van der Zwaai stak zijn be wondering voor het uithoudingsvermogen van me vrouw Both niet onder stoelen of banken voor wat betreft het wachten op haar man, die ging en nog steeds gaat van „kroeg tot kroeg", en overhandigde haar de Penelope-prijs 1968, een ingelijste reproduktie van het beeld Penelope. Boeiende punten van overeen komst troffen hem tussen deze beide vrouwen. Aan het slot van zijn woorden bood spreker de jubilaris een fiets aan namens de collega's. Daarna kwam de laatste spreker aan de beurt, die tot ieders verrassing en verbazing dit keer niet op het spreekgestoelte ging staan, doch vreemd genoeg geheel onzichtbaar bleef. De heer Verver noemde dit een unieke gebeurtenis en dat was het eigenlijk ook. Via een bandje werden er felicitaties uit Amerika aan de jubilaris overgebracht en de stem die men hoorde was afkomstig van de heer P. van der Velde. Deze oud- Heineken man haalde diverse herinneringen op uit de tijd dat hij met de jubilaris heeft samengewerkt. Tot slot sprak de jubilerende heer Both woorden van dank en waardering voor dit hem toebedachte feest en de fijne cadeaus, die hem hierbij waren overhandigd. evd 25-jarig jubileum Op 17 mei 1968 was het precies vijfentwintig jaar geleden dat de heer J. B. van Meggelen bij Heineken Rotterdam in dienst kwam. Na gedurende een periode van zestien jaar in de botte larij werkzaam te zijn geweest, werd hij begin 1959 overgeplaatst naar het filiaal aan de Parallelweg in Rotterdam-Zuid. In februari van dit jaar, kort voordat het filiaal gesloten werd, keerde de heer Van Meggelen weer terug naar de brouwerij, naar zijn vroegere af deling, de bottelarij. De overgang was daarom ook niet zo groot geweest, vertelde de jubilaris tijdens de ontvangst door de bedrijfsleiding, en hij had het in zijn „oude" afdeling dan ook prima naar de zin. De heer Van Rossem vertolkte de dank van de directie en de bedrijfsleiding voor de bewezen diensten en speldde de jubilaris het ereteken voor vijfentwintig jaar trouwe dienst op de revers. Na de officiële ontvangst, die overigens in een zeer ongedwongen en geanimeerde sfeer verliep, begaven de heer en mevrouw Van Meggelen zich naar Hol- landia, waar de receptie plaatsvond. In zijn toespraak zei de heer Van Zetten, chef botte larij, dat hij de jubilaris nog maar kort, drie maanden, kende, maar dat hij in zijn verwachtingen omtrent de capaciteiten van de heer Van Meggelen niet was teleur gesteld. Integendeel, de jubilaris was gebleken een ver sterking te zijn van de gelederen van de bottelarij. Behalve zijn verdiensten-in-werktijd had de heer Van Meggelen ook twintig jaar lang de Heineken kleuren verdedigd in de voetbalclub H.B.B. De heer Van Zetten memoreerde ook nog even de periode Parallelweg, waar de jubilaris bijzonder goed werk heeft gedaan, evenals hij dat nu in de bottelarij doet. In zijn gelukwens en dank aan het adres van de 11

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Vers van 't Vat | 1968 | | pagina 13