I
kruisjes lichter
Een ander onderdeel van het Rode Kruis is de de Jongeren
Hulp Dienst, waar de deelnemers en deelneemsters onder meer als
taak hebben het bezighouden van kinderen tijdens ziekenhuisbezoek.
op de bevolking." „Is het Rode Kruis een overheids
instelling?" is onze volgende vraag en weer is het ant
woord ontkennend. „Nee. Het Rode Kruis is een rechts
persoonlijkheid bezittende vereniging. Zij is en kan ook
geen overheidsinstelling zijn, omdat zij juist vanwege
haar volledige zelfstandigheid en onafhankelijkheid
buiten elke politieke invloed dient te blijven." De heer
Van der Zeeuw is ingedeeld bij een vaste ploeg in een
afgebakend rayon, waardoor zijn werkzaamheden meestal
dezelfde zijn. Een tocht met de „J. Henri Dunant", het
hospitaalschip van het Rode Kruis bijvoorbeeld heeft
hij daardoor nog nooit meegemaakt. Maar dat vindt
hij niet erg, want, zoals hij zegt: „Ook in mijn eigen
rayon is werk in overvloed en de samenwerking is
bijzonder goed."
Onder het vakkundige (maar beslist niet strenge) oog van de „welfare"-
werkster maakt mijnheer een fraai aquarel.
Een zeer belangrijk onderdeel van het Rode-Kruiswerk is ook het
,,welfare"-werk, dat tot doel heeft de zieke bezig te houden en hem of
haar zodoende zijn of haar ziekte enigszins te doen vergeten.
dadelijk uit: „E.H.I.O. betekent Eerste Hulp in Oor
logstijd. Het voornaamste doel hiervan is zoveel moge
lijk hulp te verlenen in de kortst mogelijke tijd." Op
onze vraag: „Ontvangt u enige vergoeding voor het
werk dat u doet?" is zijn antwoord: „Nee. Het Rode
Kruis is een vereniging die bestaat uit vrijwilligers
die zonder enige bijgedachte aan een beloning
hun vrije tijd beschikbaar stellen voor hun medemens-
in-nood. De Rode-Kruisgedachte is dan ook zuiver en
alleen gebaseerd op naastenliefde. Subsidie ontvangen
wij ook niet. Het Rode Kruis is uitsluitend aangewezen
op vrijwillige bijdragen van het Nederlandse volk. Om
die reden wordt op bepaalde tijden een beroep gedaan
„Iedereen zou dit moeten hebben of er op zijn minst
toch wel het een en ander van afweten. Hoe vaak
gebeurt het niet dat iemand, die bij een ongeluk betrok
ken raakt, door mensen die menen toch iets te moeten
doen op de letterlijk verkeerde manier wordt aangepakt,
met soms funeste gevolgen. Dit even terzijde," zegt hij
en dan vervolgt hij al weer: „Heel toevallig kwam ik
kort na het behalen van genoemd diploma met iemand
van het Rode Kruis in contact. Deze man was zo
enthousiast en liep zo warm voor dit werk, dat ik na
afloop van het gesprek zo mogelijk nog geestdriftiger
was en dacht: dit is mijn kans! Door het E.H.B.O.-
diploma was het toen al heel gemakkelijk deel te gaan
nemen aan het Rode-Kruiswerk. Eerst werd ik inge
schakeld bij het colonnewerk, dat wil zeggen dat ik
aanwezig moest zijn bij voetbalwedstrijden, wandel
tochten, in speeltuinen, bij tochten met bejaarden en
invaliden enzovoort."
Spoedig echter werden zijn werkzaamheden veelzijdiger.
Hij werd ingedeeld bij een werkcomité, dat allerlei
acties op touw zet, zoals bijvoorbeeld: filmavonden,
collectes, propaganda-avonden, fruitacties voor zieken
en dergelijke. „Bovendien ging ik nóg een cursus vol
gen," aldus de heer Van der Zeeuw. „De E.H.I.O.-
cursus." Als hij ons niet-begrijpend ziet kijken, legt hij
21