EEN RECORD IN RIERVERRREIK
zegt hij en in zijn herinnering
trekken ze stuk voor stuk voorbij
en dan concludeert hij: de mede
werking was verbluffend, als ik
rechts keek, keken ze rechts, als ik
links keek, keken ze links". Dat
was het eerste dozijn in 1930,
gevolgd door een onafgebroken
stroom: de technici, waarmee Hei-
neken in het buitenland een groot
deel van zijn faam heeft verworven.
Van de „export van bazen" scha
kelt het beeld plotseling over op
de export van het bier. „Ja, dat
was eigenlijk ook een heel gekke
periode", luidt hij dit tijdperk in.
En meteen zit hij weer midden
in de moeilijkheden waarmee de
brouwerij een dertigtal jaren ge
leden te kampen had; de houdbaar
heid van ons flessenbier. Tot aan
het einde der twintiger jaren waren
wij overwegend een fustbierbrou
werij en de export vergeleken
met vandaag onbetekenend
vond in hoofdzaak op fust plaats.
Door jarenlang zeer intensief
researchwerk lukte het ir. Emmens
ten slotte het probleem van de
houdbaarheid van het flessenbier
op te lossen.
Er wordt besloten een moderne
bottelarij te installeren en in 1929
komt de eerste automatische bottel
colonne met een capaciteit van
7200 flessen per uur!
„Eigenlijk heel andere tijden waren
dat", mijmert hij, „met totaal
andere problemen als vandaag".
In zijn beeld verschijnt b.v. het
moment waarop hij de telefoon
greep en de Holland Amerika-lijn
belde om te zeggen, dat het s.s.
„Damsterdijk" niet om 10.00 uur
's avonds kan vertrekken maar
Heeft U de afgelopen zomer ook
meegeholpen de Nederlandse bier-
omzet te vergroten? De „grote
zomer" heeft in ieder geval het
zijne bijgedragen om Nederlandse
kelen flink uit te drogen.
Zo is er dan ook in de maand
juli niet minder dan 358.000
hectoliter bier in de miljoenen
keelgaten verdwenen. Dat wil zeg
gen, dat er in deze julimaand
100.000 hectoliter bier meer is
gedronken in Nederland dan in
juli 1958. Een dergelijke con-
pas om 01.00 uur, omdat een be
stelling van 2000 kisten wegens
pech aan een bottelmachine niet
eerder aan boord kan komen. „En
weet u hoe laat het schip vertrok?
Om 01.00 uur 's nachts!"
De oorlogsjaren volgen, waarin de
heer Emmens in 1944 benoemd
wordt tot directeur.
Zeer velen zullen zich herinneren,
dat hij in deze donkere dagen een
grote steunpilaar was dank zij zijn
vernuft om de steeds groter wor
dende moeilijkheden het hoofd te
bieden en dank zij het vertrouwen
in de toekomst en het goede
humeur, die hem nooit verlieten.
Net wanneer ir. Emmens aan de
na-oorlogse bloeiperiode wil be
ginnen, waaraan hij veel van zijn
krachten heeft gewijd, slaat een
klok en breekt daarmee zijn ver
haal af. „Ik moet naar een be
spreking", zegt hij spijtig. „Het
is allemaal te veel om zo even te
vertellen. Het blijft slechts bij
details. Vroeger kwam ik dagelijks
met verhalen naar huis, want als je
de dagelijkse gebeurtenissen met
een beetje humoristische kijk be
schouwt, is er heel wat te ver
tellen".
Wij realiseren ons ineens, dat zijn
bescheidenheid hem niet heeft doen
vertellen over de ware grote rollen,
die de heer Emmens in de natio
nale en internationale brouw-
wereld heeft gespeeld, en nog
speelt. Toch zou ons beeld van ir.
Emmens niet compleet zijn als wij
niet erbij vertelden, dat hij een
van de leidende figuren van het
Nacobrouw en voorzitter van de
grondstoffencommissie van het
sumptie is sedert de eerste wereld
oorlog niet bereikt.
Wist V overigens ook, dat er nog
nooit in een periode van 12 maan
den zoveel bier werd gedronken
in Nederland als tussen september
1958 en augustus 1959. De vader
landse consumptie bedroeg in
deze periode namelijk 2.500.000 hl,
hetgeen een ongekend hoog getal
is.
En dat daarvan menig biertje van
ons afkomstig is, behoeft geen
betoog!
C.B.K. is. Bovendien is na de be
vrijding mede dank zij zijn initia
tief de „European Brewery Con
vention" tot stand gekomen.
Buiten deze met het brouwerij-
bedrijf verbonden functies vervult
de heer Emmens nog verschillende
taken in het maatschappelijk leven,
waarvan wij willen noemen: voor
zitter van het Kon. Genootschap
voor de Landbouwwetenschap,
voorzitter van de commissie Land
bouwnijverheid T.N.O. en als
zodanig lid van het dagelijks be
stuur van de Nijverheidsorganisatie
T.N.O.directeur van het Bataafs
Genootschap en de daaruit voort
vloeiende functies in aanverwante
organisaties.
Tot slot zouden wij de treffende
woorden van de heer Feith willen
herhalen, die hij in 1955 schreef
toen ir. Emmens op eigen verzoek
als directeur aftrad omdat hij zijn
taak voor een zestiger te zwaar
achtte:
„Nu ir. Emmens aan het eind van
de rit, althans aan het eind van
de officiële rit is gekomen, mogen
wij met grote dankbaarheid con
stateren, dat hij zich gedurende
35 jaren met volle kracht voor de
H.B.M. heeft ingezet, dat hij heeft
meegeholpen Heineken groot te
maken en daardoor zelf ook groot
is geworden. Naast zijn energie
en grote gaven van geest en hart
mogen wij vermelden zijn open en
blijmoedig karakter, zijn kritische
geest en zijn wetenschappelijke in
stelling. Hij heeft velen, die naast
en onder hem werkten, geleerd
zelfstandig te denken en verant
woordelijkheid te dragen. Hiervoor
blijven wij onze vriend Emmens
erkentelijk en wij hopen, ook wan
neer het contact wat minder dage
lijks en intensief zal zijn geworden,
ons nog vele jaren aan de bron
van zoveel goede dingen te kunnen
koesteren".
Na deze woorden zijn alweer vier
jaren vervlogen. Vier jaren, waarin
ir. Emmens de brouwerij als brouw-
technisch adviseur in binnen- en
buitenland intensief bijstaat.
Wij wensen de heer Emmens van
harte geluk met zijn 65e verjaar
dag en willen de hoop uitspreken,
dat hij nog vele jaren onder het
genot van een goede gezondheid
zijn werkzaamheden mag blijven
vervullen!
2