Ode to a brewer Ode aan een brouwer Het „waarom" 10 Ten little brewers, sitting down to dine; One swallows another, and then there were nine; Nine little brewers, watching costs inflate; One we?it broke then there were eight! And so on, until one little brewer, standing all alone, Merged with himself and then there were none!! (Quoted from Old Odes by Kenneth Laird, Chicago). Tien kleine brouwers, kwamen elkaar aan tafel tegen; Een slurpt een ander op, en toen waren er nog negen; Negen kleine brouwers, hadden de prijzen niet in hun macht; Een ging failliet toen waren er nog maar acht; En zo voort, tot een kleine brouwer, nog maar alleen, zichzelf opdronk en toen waren er helemaal geen!! (Vrij vertaald). Zadkine vraagt Heineken s De Amsterdamse beeldhouwer Jan Wolkers, die in Parijs o.a. op het atelier studeert van de bekende beeldhouwer Zadkine, die het be kende „beeld met de gaten" in Rotterdam maakte, heeft over zijn belevenissen aldaar iets in een dagblad verteld. Wolkers vertelt hoe Zadkine vrijdagsmorgens altijd het werk van zijn leerlingen komt corrigeren. Er heerst spanning in het atelier als hij het werk van de een na de ander bekijkt en zijn kritiek uitoefent. Waarom wij nu juist dit in Vers van 't Vat willen memoreren zal duidelijk zijn wanneer wij een klein stukje van zijn relaas voor u citeren: En zo krijgt iedereen zijn beurt. In het Engels of in het Erans, al naar men verkiest. Hal verwege de ronde houdt hij een korte pauze, en wil iets drinken. Meteen snellen twee, drie leerlin gen toe, die aanbieden iets voor hem te halen in het café tegen over de academie. Bier moet het zijn. Hollands bier, van Heineken, dat is het beste, zegt hij, met een blik van verstand- hoxiding naar mij, alsof ik aandeel houder zou zijn. Na dit intermezzo gaat hij onver moeid door Eindelijk begrijpen wij waar de grote meester zijn inspiratie van daan heeft. (Dit slaat niet op de gaten!) Zadkine aan liet werk Een jongedame van de afdeling me chanische boekhouding' in Rotterdam zond ons de volgende ontboezeming, die wij, o.m. wegens plaatsgebrek, iets moesten bekorten. „Toen ik enige tijd geleden de aan kondiging voor de jaarlijkse feest avond las, sprong mijn hart op van vreugde. „Hoera", dacht ik, „een feessie". Maar toen ik verder las en tot de ont dekking kwam, dat mijn leef- en dienst tijd niet beantwoordden aan de ge stelde eisen, zonk het direct weer terug op zijn oude plaats en suisde zonder vaart te verminderen door tot in mijn schoenen. En als de vloer van de Heineken niet zo solide was ge weest, zat het nu waarschijnlijk in de kelder. Maar al blijft het Heineken-feest voor ons dan slechts een schone droom, de nadere bijzonderheden horen wij de volgende dag misschien van ons 16- jarig buurmeisje, dat als introducée meegeweest is, omdat haar vriendje een Heineken's-man is, die wél aan de eisen voldoet. Volgt: een klagend waarom? Ook een andere jongedame (van de Inkoop-afdeling) zond ons een inge zonden stuk van dezelfde strekking. Beide schrijfsters zijn al door een onzer leden van de feestcommissie op de hoogte gebracht van het hoe en waarom van de regeling. Toch heb ben wij de „cri de coeur" in ons blad willen opnemen, omdat deze ons de gelegenheid biedt ook anderen in te lichten. De reden is heel simpel: plaatsgebrek. Het is niet eenvoudig een zaal te vin den om een feest in de huidige in Rotterdam zo geliefde vorm te vieren. Vorig jaar hebben we een feest zelfs in tweeën moeten knippen, maar dat vond men niet voor herhaling vat baar. Het is logisch, dat als bepaalde groe pen afvallen, dit allereerst de (meer bedaagde) gepensioneerden zijn, die jaarlijks hun uitstapje in de zomer hebben. Dan komen in aanmerking degenen, die nog geen jaar in dienst zijn. Wor den zij trouwe Heineken's mensen dan zullen zij naar wij hopen nog vele jaren in de gelegenheid zijn het personeelsfeest bij te wonen. Vervolgens de jeugdigen. Afgezien van drankwettelijke bezwaren, lijkt het stellen van een minimumleeftijds grens bij dergelijke feesten gewettigd zeker als er plaatsgebrek is. Maar ook aan deze groep is gedacht. Het jeugdige personeel uit de fabriek maakt jaarlijks een autobustocht en op kar itoor komt de categorie: „een jaar in dienst en nog geen achttien jaar", vrijwel niet voor. Iedereen content? Goed zo!

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Vers van 't Vat | 1958 | | pagina 12