6 En onder de hand ben je dan zeker 10 verkeers lichten gepasseerd. Het verkeer is daar op de drukke uren 3 rijen dik in iedere richting. In Djakarta trouwens ook. Alleen met dat verschil dat er in Indonesië veel meer „betja's" zijn die een nieuwkomer de angst op het lijf jagen. Die „betja's" zijn een soort „fietstaxen"' zoals we die in de oorlog kenden, en de betja-rijder ped delt rustig met zijn vrachtje overal doorheen. Wanneer hij even een vreemde manoeuvre maakt, zit hij onder een auto. Je doet dan ook beter om als passagier niet naar de betja's te kijken, maar je te vermaken met de taferelen welke zich langs het modderige water afspelen, dat dwars door Djakarta loopt, en waar de be volking alle handelingen verricht welke tot de dagelijkse menselijke bezigheden behoren. Tot tandenpoetsen toe! Maar om nu weer tot de vooruitstrevende as pecten van het verre Oosten terug te keren: je staat verbaasd van de enorme kantoor- en flat gebouwen die in Singapore zijn verrezen. Trou wens niet alleen in Singapore, maar ook in Bombay, waar ik op de terugweg een paar uur verbleef, werd ik daardoor geïmponeerd. En niet zo maar een enkele kast van een huis, zoals het in drukwekkende gebouw van de „factorij", d.w.z. de Neder landse Handel-Maatschappij in Djakarta, maar talloze! En denk niet dat het uitsluitend de Europese firma's zijn die zulke gebouwen neerzetten. De Bank of China in Singapore is een staaltje van perfecte moderne architec tuur, zoals ik die overigens ook tegenkwam in de flatjes voor Chinees kantoorpersoneel bij Alexandre-circus in Singapore. Alleraardigst, met frisse en toch niet felle kleu ren gekalkt. En dan zie je naast die Europees aandoende wijken, de De ingang van het Raffles Hotel: Er is geen roman over het Verre Oosten, of deze naam komt er in voor! De heren Feith, De Rijke (nauwelijks zichtbaar), Bels, Budden (van Fraser Neave) en De Jonge, volgen gespannen de voetbalwedstrijd tussen de winnaar en de „runner-up" van de competitie-wedstrijd van de „Kampong-league"Na afloop zal de heer Feith de prijzen, uitgeloofd door Malayan Breweries, uitreiken. 100 locale sfeer: de Chinese wijk oftewel „Chinatown", waar je geen Europeaan tegenkomt en waar de vrouwen nog veelal in het zwart lopen. Waar het krioelt van de mensen, maar waar je toch ook een dure Amerikaanse auto ziet staan voor een onooglijk zaakje, waarvan de baas ken nelijk aan „big-business" doet, getuige het aantal telefoon toestellen dat op zijn bureau staat. Alles is namelijk open, zodat je er gemakkelijk in kunt kijken. Zo een kantoortje ziet er overigens onooglijk uit. De gemiddelde Chinees kan dat blijkbaar niet veel schelen wat niet wegneemt dat er ook kasten van villa's in de buitenwijken staan van rijke Chinezen, en dan vaak van een protserigheid waar je niet van terug hebt. De contrasten waarmee je in het Oosten herhaaldelijk ge confronteerd wordt, ontmoet je b.v. ook in het volgende: vlak tegen de Tiger-brouwerij ligt een kampong. Pal naast die moderne brouwerij, gescheiden door rasterwerk, wonen de mensen in hutten van een paar planken of oud blik met pisangblad als dakbedekking. Leidingwater is daar vreemd, om van sanitair maar niet te spreken. Wonderlijk genoeg was het er nog erg zindelijk. Die zindelijkheid viel mij trouwens ook in Indonesië op. Afgezien van de waspartijen in de kali in Djakarta, trof het mij wat een schone handen en voeten de arbeiders in de brouwerij in Surabaia hadden. Maar nog opvallender was de beschaafde wijze waarop de arbeiders hun vrouwelijke collega's bejegenden. Alle respect! In de bottelarij werken namelijk mannen en vrou wen naast elkaar. (Wordt vervolgd.) Mr. e. c. kettner

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Vers van 't Vat | 1955 | | pagina 6