OLTERING
Een prettige mededeling komt uit Rotterdam, of eigenlijk is het
beter te zeggen uit Londen, waar ir Meesters in het huwelijk trad
met mevr. Meesters—Schouten, althans zo heet zij sinds 29 Maart j.l.
Onze zeer hartelijke gelukwensen.
Tijdens de Rotterdamse feestavond van 27 Maart liep een in vrolijke
stemming verkerende heer door de gangen. Op zijn route kwam
hij jhr Feitli tegen. ..Hallo", zei de vrolijke heer, tot de heer Feith,
„mijn naam is Jan en meer zeg ik lekker niet". Waarop onze direc
teur antwoordde: „Mijn naam is Piet en meer zeg ik lekker ook niet."
Uit dienst keerde terug de heer J. W. van Buuren, afdeling expe
ditie. Wij heten hein weer hartelijk welkom in ons midden.
In ons vorig nummer meldden wij de geboorte van een zoontje
van de heer P. Hoogendoorn (bottelarij Rotterdam). Dit moest zijn
afdeling kuiperij. Onze excuses.
Van uit Amsterdam vallen drie bruiloften te melden, alle uit de
bottelarij. J. F. Heijman met mej. Boukje de Ree; negen dagen later
volgden J. H. M. Veltman en mej. Toos Redeker dit goede voor
beeld, terwijl een dag tevoren C. Schellingerhout in het huwelijks
bootje stapte met mej. G. B. Tas. Aan allen onze hartelijke geluk
wensen.
l)e heer I'. Keunig van Onderhoud I te Rotterdam, die naar Canada
emigreerde groeten wij hartelijk en wij wensen hem het beste in zijn
nieuwe vaderland.
De heer J. Boelhouwer, eveneens van Onderhoud I (R'dam), trad op
7 April 1954 in het huwelijk met mejuffrouw 1'. v. d. Kuvp. Wij
wensen het jonge echtpaar van harte geluk met deze grote gebeurte
nis in hun leven.
Er is nog een huwelijk te melden en wel dat van de heer J. P. Mol-
lenbrok van het biermagazijn, die op SI Maart in het huwelijksbootje
stapte met mej. J. Remming. Ook dit echtpaar wensen wij van harte
geluk met deze grote stap.
De heer C. Meyer, onderbaas bij de afdeling Onderhoud Rotterdam,
was door ziekte verhinderd deel te nemen aan het diner, waarbij
directie en jubilarissen aanzaten. Hij werd echter niet vergeten en
kreeg een mooie fruitmand thuis. Ook namens zijn vrouw betuigt
hij hierioor zijn hartelijke dank.
Het Rotterdamse Mannenkoor hield Zaterdagavond 8 Mei een con
tactavond met het oog op grootse en interessante plannen, die men
voor het komende seizoen heeft. De medewerking van allen, die over
een behoorlijke stem beschikken, zowel van kantoor als van de
fabriek, wordt gaarne gevraagd. Inlichtingen bij de heren J. Bijl,
C. Molijn, J. Oosterbroek en de secretaris J. C. Grund. Enige
weken geleden werd nog een geslaagde avond gehouden in het be
kende zaaltje aan de Hammerstraat, waarbij o.a. het Heineken's ballet
zijn medewerking verleende.
lijk aan je verstandkies bezig zijn.
Wat een feest zal dat worden, als het nieuwe
dak er op zit. Als we de telefoon weer kun
nen horen hoe vervelend dat instrument
soms ook is en als we niet meer behoeven
te vluchten naar Hollandia of naar huis om
ons eens een ogenblik rustig te kunnen con
centreren.
Hoe ver dit ogenblik nog verwijderd is? Dat
weten we niet, maar
we zijn blij, dat dit
werk niet wordt uit
gevoerd door dege
nen, die de lift re
pareren. Als U be
grijpt, wat wij be
doelen
Nu echter wordt het dak „gelicht", dat wil
zeggen er komt een étage op het kantoorge
bouw, omdat we uit ons jasje groeien en bij
dat „lichten" worden pneumatische boren
gebruikt. Vóór negenen en na vijven (dat is
een vriendelijke attentie, waarvoor wij dank
baar zijn), maar het geval wil, dat het nogal
druk is en velen op kantoor beginnen om
een uur of acht en zijn tot zes uur de
I.B.M.-afdeling, die met het Hollerith systeem
worstelt, soms zelfs heel wat later! aan
wezig.
En zo genieten we
van die moderne
kwelgeesten volop.
Vóór het gebouw
een machine voor
de aandrijving, er
achter óók zo'n in
strumenten boven ons
hoofd het ergste la
waai van de pneuma
tische boren. Dende
rend, daverend, don
derend. De betonnen
kantoorkolos schijnt
het geluid duizend
voudig te weerkaat
sen, zodat elk tele
foongesprek, ja elke
gedachten wisseling,
onmogelijk wordt.
Het bonkt en klopt,
het boort, het ha
mert, zindert over
al doorheen, alsof
drie tandartsen tege-
(\ns onvolprezen Rotterdamse kantoorge
J bouw heeft al heel wat stormen der
critiek moeten doorstaan (accoustiek,
spreekkamers, we hebben er kamer 8 aan te
danken!) en er is in de loop van de jaren
het nodige aan verbouwd. De geluiden van
hameren, breken en timmeren zijn ons dan
ook welbekend. Het was dikwijls hinderlijk,
bijzonder hinderlijk, maar alles went niet
waar? Zelfs het hakken van gaten voor de
Hollerith-machines in de betonvloeren kon
onze gemoederen niet verstoren.