PRAE-ADVIES VAN DE RAAD VAN COMMISSARISSEN AAN AANDEELHOUDERS
Wij ontvingen de door de raad van bestuur opgemaakte balans per 30 september 1966
en de winst- en verliesrekening over het boekjaar 1 oktober 1965-30 september 1966
met bijbehorende toelichting. Deze stukken, welke zijn weergegeven op de pagina's
32 t/m 35 van dit verslag, zijn gecontroleerd en akkoord bevonden door de accoun
tants Frese, Flogeweg, Meyer Hörchner. Wij adviseren U de balans per 30 sep
tember 1966, waarin de voorgestelde verdeling van de winst over het boekjaar
1965/1966 is verwerkt, benevens de winst- en verliesrekening over dit boekjaar vast
te stellen en overeenkomstig het voorstel van de raad van bestuur het dividend te
bepalen op 14%.
Nadat Jhr P. R. Feith door de op 21 januari 1966 gehouden algemene vergadering
van aandeelhouders was benoemd tot commissaris der vennootschap, werd hij in de
daaropvolgende vergadering van ons college benoemd tot voorzitter van de raad
van commissarissen.
De op 10 juni 1966 gehouden buitengewone algemene vergadering van aandeel
houders benoemde tot commissaris der vennootschap Prof. Dr J. Zijlstra.
Inmiddels werd Prof. Zijlstra Minister-President van het nieuw gevormde kabinet.
Hij heeft zich in verband daarmede genoodzaakt gezien zijn functie als commissaris
van Heineken's Bierbrouwerij Maatschappij N.V. reeds op 22 november 1966 neer
te leggen.
Hoewel wij het vanzelfsprekend tot een eer rekenen dat een lid van ons college
tot deze hoge positie is geroepen, betreuren wij in hoge mate de medewerking van
een zo kundige collega te moeten missen.
Aan de algemene vergadering van aandeelhouders, te houden op 20 januari 1967,
zal een door ons opgemaakte bindende voordracht worden voorgelegd voor de be
noeming van een commissaris. Op deze voordracht zal de heer R. Hinzelin als eerste
voorkomen.
Artikel 10 lid 7 van de statuten van Heineken's Bierbrouwerij Maatschappij N.V.
bepaalt, dat jaarlijks in de algemene vergadering van aandeelhouders twee commis
sarissen aftreden. Volgens het te dezer zake door de raad van commissarissen vast
gestelde rooster zullen in 1967 aftreden de heren J. M. Fentener van Vlissingen en
C. A. Ivlaasse. Beiden zijn terstond herkiesbaar.
AMSTERDAM, JANUARI 1967
FEITH
FENTENER VAN VLISSINGEN
VAN DEN BERG
WIJCKERHELD BISDOM
KLAASSE
THYSSEN BORNEMISZA
7