VERSLAG VAN DE DIRECTIE AAN AANDEELHOUDERS 3 Wij hebben de eer U hierbij, ingevolge de desbetreffende bepalingen van onze Statuten, ons verslag over het boekjaar 1941/1942 aan te bieden. In de algemeene vergadering van 30 Maart 1942 werd de heer J. Rijpperda Wierdsma, die aan de beurt van aftreden was, tot Commissaris herkozen. In de eerstvolgende vergadering van Aandeelhouders zal moeten worden voorzien in de vacature, ontstaan door periodiek aftreden van den heer C. J. baron Collot d'Escury, die herkiesbaar is. In het begin van dit jaar werd de heer Mr. G. M. Bierman tot procuratiehouder benoemd. Wegens de vorst in de eerste maanden van 1942 moesten wij, evenals alle brouwerijen in Nederland, tijdelijk onzen verkoop staken. Mede ten gevolge hiervan bleef de omzet van onze producten achter bij dien van het vorige jaar. De schaarschte aan hulpstoffen en in het bijzonder aan verpakkingsmateriaal, deed zich in het afgeloopen jaar sterker gelden. Hierdoor kon niet altijd aan de, door het verder wegvallen van andere dranken, toegenomen vraag worden voldaan. De bedrijven van een belangrijk gedeelte van onze afnemers, konden een behoorlijk resultaat bereiken. Tengevolge daarvan ontvingen wij in vele gevallen grootere aflossingen dan overeen gekomen was, doch nog sterker dan het vorige jaar spreekt nu, dat aan vernieuwingen wegens slijtage en aanvulling van voorraden zoo goed als niets kon worden besteed. De overheidslasten, welke op ons bedrijf drukken, nemen in verontrustende mate toe; de accijnzen en belastingen, die wij ten laste van het afgeloopen boekjaar betaalden, of moesten reserveeren, bedragen tezamen ƒ8.504.000, Indien Uwe vergadering onze voorstellen voor de winstuitdeeling zou aannemen, dan zal aan Aandeelhouders ten goede komen 900.000, De enorme belastingen, die wij nog moeten betalen, zijn de oorzaak, dat de post Crediteuren Zoo hoog is opgeloopen. De bedragen, welke in het vorige jaar wegens te ontvangen vergoedingen voor de schaden, door ons in Rotterdam geleden, nog onder Huizen en Gronden stonden geboekt, hebben wij thans overgebracht naar Debiteuren. Met onze bedrijven in het buitenland hadden wij, op een enkele uitzondering na, geen contact meer. De resultaten van de Distilleerderij en Likeurstokerij P. Hoppe N.V. over het afgeloopen boekjaar zijn minder gunstig dan in het voorafgaande jaar. Wij verkregen een deelneming in de Van Vollenhoven's Bierbrouwerij N.V. Na de gebruikelijke afschrijvingen, welke dit jaar bedroegen 685.030,75, op Fabrieken en Kantoren, nieuwe aanschaffingen en beleggingen, resteert een winst groot 1.363.540,74. Wij meenen ook dit jaar een bedrag aan de Reserve Diverse Belangen te moeten toevoegen; indien wij een dividend van 6 uitkeeren, zooals wij hieronder voorstellen, dan laat de winst toe hiervoor 200.000,te besteden. Na de diverse boekingen, welke op deze rekening hebben plaatsgevonden, zal de Reserve Diverse Belangen in dat geval bedragen 2.675.575,28. Uit de daarna resteerende winst kan een dividend worden uitgekeerd van 6 in welk geval een bedrag groot ƒ69.230,77 aan het Reservefonds zal worden toegevoegd; het saldo onverdeeld bedraagt dan ƒ21.233,05. Wij stellen U derhalve voor over het boekjaar 1941/1942 een dividend groot 6 op dividendbewijs No. 8 uit te keeren. Ook dit jaar kunnen wij ons verslag niet beëindigen, zonder onze groote waardeering uit te spreken voor den opofferenden ijver en de groote toewijding, waarmede ons geheele personeel zijn in zoo moeilijke omstandigheden verrichten arbeid aan ons bedrijf heeft gegeven. STIKKER HONIG FEITH

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Jaarverslagen | 1941 | | pagina 3