stoot is geur. Bij het koken van het 'beslag' voor bier -wort - komt geur vrij, evenals bij het zuiveren van afvalwater. Door omwonenden van de Zoeterwoudse brouwerij wordt deze geur soms als hinderlijk ervaren. In 1997 zijn hierover zes klach ten binnengekomen. De brouwerij is in 1997 tot overeenstem ming gekomen met de provincie Zuid-Holland hoe de geuremis- sie te reduceren. Vanaf 1998 zal de geuremissie stapsgewijs worden verminderd waarmee in 2000 een reductie van onge veer 90 procent zal worden gerealiseerd. De wortdampen wor den gecondenseerd en als na metingen blijkt dat de resterende geuremissie nog te hoog is wordt deze restemissie verbrand. Op 25 maart 1997 heeft de Raad van State in een bodemproce dure de eerder geschorste geurvoorschriften van de provincie Zuid-Holland uit de milieuvergunning van de brouwerij in Zoeterwoude nietig verklaard. Dit betekent dat in de vergunning van de brouwerij geen voorschriften zijn opgenomen over geur. De provincie moet nog met nieuwe geurvoorschriften komen. De stikstofoxide-emissie van de brouwerij in Zoeterwoude, afkomstig van de stoomketels en gasturbines, is in 1997 aanzien lijk afgenomen. De gasturbines van de warmtekrachtcentrale zijn in 1996 voorzien van een systeem van waterinjectie. Door zuiver water in de turbine te spuiten is de stikstofoxide-emissie met 50 procent gedaald. De installatie die dit injectiewater produceert blijkt echter snel te vervuilen waardoor op verschillende dagen de waterinjectie uitviel. De branders van de stoomketels zijn eind 1997 - evenals bij de Bossche brouwerij - vervangen door NOx-arme branders, waardoor de uitstoot in 1998 verder zal dalen. Door een hogere productie van biogas in de afvalwaterzuivering- sistallatie kon de brouwerij in Den Bosch het aardgasverbruik in 1997 terugbrengen. Het resultaat was een vermindering van de kooldioxide-emissie met 12 procent. De stikstofoxide-emissie nam toe met 6 procent ten opzichte van 1996. Maar vóór 1994, de periode voorafgaand aan de ingebruikname van de warmte krachtcentrale, was deze uitstoot vier keer zo groot als in 1997. Tijdens het zuiveringsproces van afvalwater komt een zwavel geur vrij. Om geuroverlast te voorkomen werd in 1996 een lavasteenwasser in de Bossche afvalwaterzuiveringsinstallatie geplaatst. De wasser werkt nog niet optimaal. Onderzoek om de werking te verbeteren is in volle gang. Bij Vrumona is de emissie van de ketelinstallatie volgens metin gen in 1997 stabiel en in lijn met de voorgaande jaren. Bodem In november is in Zoeterwoude een inventarisatie van risico's op bodemverontreiniging uitgevoerd. Alle risicovolle plaatsen, zoals losplaatsen voor reinigings- en desinfectiemiddelen, zijn getoetst aan de Nederlandse Richtlijn Bodembescherming. Waar noodza kelijk wordt een lekbak of een vloeistofdichte vloer aangebracht. Bij de brouwerij in Den Bosch is bij de sloop van oude opslag tanks een geringe hoeveelheid met teerachtige producten ver ontreinigde grond afgegraven en afgevoerd naar een grondreini- gingsinstallatie, evenals lichtverontreinigde grond van een terrein dat in 1996 door Heineken is aangekocht. De bodemge steldheid van het brouwerijterrein is in kaart gebracht, deson danks wordt bij nieuwbouwprojecten altijd bodemonderzoek verricht. Bij Vrumona zijn in verband met plannen voor 1998 voor de nieuwbouw van het kantoor grondmonsters genomen. De resul taten van de analyse van deze monsters hebben geen bodemver vuiling aangetoond. Heineken nam in 1997 draagbare C02 meters in gebruik.

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Heineken - Milieuverslag | 1997 | | pagina 21