PERSONEELSORGAAN VAN DE AMSTEL BROUWERIJ NV. Over de ongelijkheid Maken met de handen wat de ogen nog niet hebben gezien HET SPONGAT NUMMER 33 - 14 APRIL 1966 in sociaal opzicht hebben wij onge veer een jaar geleden in deze kolom reeds enkele regels gewijd. Met deze ongelijkheid bedoelen wij de tweedeling arbeiders-beambten zoals deze reeds lange tijd bestaat. De splitsing in deze twee groepen stamt uit de tijd dat er een duidelijk onderscheid bestond tussen de ondernemer of zijn vertegenwoordiger en de mensen die de uitvoerende lichamelijke arbeid moesten verrichten. Door de ontwikkeling van de industrie is de structuur van de onderneming totaal veranderd. Dit bracht het ont staan van tal van nieuwe functies met zich mee. Zo kwamen er controlerende, administratieve, beherende, coördine rende en technische taken die voor een groot deel ook op het uitvoerende vlak kwamen te liggen. Bij de voortschrij dende mechanisering en automatisering ging deze ontwikkeling verder waardoor tevens een vermenging van functies ont stond. Desondanks handhaafde zich de oude scheiding. Bij de bepaling of men arbeider of beambte was, werd meer gelet op de plaats waar de arbeid werd verricht dan op de functie-inhoud zelf. Een werknemer die een verantwoor delijke post bekleedt door de bediening van een dure installatie bleef arbeider omdat het werk in de fabriek plaats vond, terwijl een werknemer die een minder verantwoordelijke taak verrichtte op kantoor als beambte werd aangeduid. Het bovenstaande moge duidelijk hebben gemaakt, dat deze oude splitsing in hoge mate aanvechtbaar is. Dat betekent dat ook de gevolgen van deze tweedeling terecht veelal als onrechtvaardig wordt gevoeld. Wij menen dat het een groot winstpunt is dat directie en ondernemingsraad de consequenties van de verouderde op vatting niet wensen te continueren, doch evenals in vele andere bedrijven in het beleid aansluiting zoeken bij de huidige ontwikkeling. Het is bovendien een ver heugende omstandigheid dat ook de meeste werknemers in ons bedrijf voor deze veranderingen alle begrip tonen. Attendens DE INSTRUMENTMAKERIJ Het woord instrumentmakerij roept bij vele mannen het beeld op van een werk plaats met vaklieden, die aan een hoge werkbank gezeten, met kleine vijltjes en fijne chroomstalen schroevendraaiers zachtjes neuriënd hun precisiearbeid uitvoeren. Een soort goedbetaalde hob byisten En inderdaad, onze instru mentmakerij beschikt over allerhande prachtig gereedschap; ze kunnen er bijna alles maken en zelfs glazen instrumenten. De heer E. J. de Geest, die de leiding heeft in de instrumentmakerij, heeft een cursus glasblazen gevolgd: ,,Dat glas blazen valt lang niet mee; ik heb er tot voor enkele jaren wel plezier van gehad; maar ik ben er (behalve dan voor repa raties) mee gestopt; het is niet mogelijk om tegelijk een goed instrumentmaker èn een goed glasblazer te zijn. We besteden nu ons glasblaaswerk uit aan Bios, dat is een glasblaasschool aan de Buik- sloterweg, voor gehandicapten." Goed, prachtig gereedschap dus, maar hobbyisten? „Er werken tien man hier", zegt de heer De Geest", en die hebben allemaal UTS of ze studeren ervoor. Die eis moeten wij stellen aan iemand die hier wil komen werken. Inventiviteit en creativi teit zijn verder onontbeerlijk. En geduld. Neem nu de stannioleermachine, die is ontworpen door de heer Van Beveren en in samenwerking met hem hier ont wikkeld. Er zijn wel stannioleermachines in de handel, maar die zijn niet geschikt voor het stanniool dat wij gebruiken. Dus moesten we zelf iets verzinnen. We zijn eraan begonnen in 1957 in 1960 kwam de eerste in dienst. We hebben er inmiddels al twaalf gebouwd: zes staan er hier op de bottelarij, vier in Helmond en twee hebben we verkocht. Natuurlijk zijn de ontwikkelkosten hoog maar die kunnen soms worden goedgemaakt door vermindering van storingen. We hebben nu net een vulmachine voltooid, waar mee ze op de Poviet plastic zakken met infusievloeistof kunnen vullen. Dat ging Vervolg op pag. 4 De heer De Vries bij de vulmachinedie ten behoeve van de Poviet is ontworpen voor het vullen van plastic zakken met infusievloeistof. In ieder bakje komt een zakje te staan, waarvan het slangetje wordt verbonden met het vultuitje boven het bakje. De molen draait dan rond tot het slangetje bij een lasapparaat komt waarmee het wordt gesloten. 1

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Amstel - Het Spongat | 1966 | | pagina 1