HET SPONGAT
De eerste biertankauto in Helmond aangekomen
AMSTEL
De sociale positie
1
PERSONEELSORGAAN van de amstel brouwer ij n.v.
Nr. 9-7 mei 1965
Op de dinsdag na Pasen om half een
arriveerde de eerste tankauto met
23.000 liter jong bier in Helmond
Een enorme glimmende tank, van buiten
aluminium met een roestvrij-stalen bin-
nentank. Grote letters Amstel bier aan
weerszijden op een witrode baan; aan de
achterkant het Amstelembleem. Dat
Amstelembleem blijkt een klep te zijn,
die omhoog wordt geslagen en waar
achter een mangat zit en de aansluiting
voor de slang.
Het was een bijzondere dag - niet alleen
vanwege dat eerste bier, maar ook om
dat we de heer Timmerman voor het
eerst sinds zijn aankomst uit Amsterdam
hebben zien lachen. Hij had met zijn
mensen dagenlang met man en macht
gewerkt om de etage van het legerge-
bouw die het eerst in gebruik zou wor
den genomen op tijd klaar te krijgen.
Maar het was gelukt. Uiteraard was
ieder benieuwd hoe het bier zich tijdens
de tocht van drie uur had gehouden.
Onze bedrijfsanalist, de heer Boetzkes
nam direct een paar monsters en ook
de smaak werd gecontroleerd. Volgens
ir. Drost en ir. Schipper (welke laatste
speciaal voor deze gelegenheid was mee-
De heer Horsten, onderbaas legerkelder, koppelt de slang aan de tank, waardoor
het bier naar het legergebouw wordt gepompt. De heren Van Steen, Technische
Dienst, Visser en Cornelissen (legerkelder) staan van links naar rechts op de foto.
van de arbeiders en het kantoor
personeel is onderwerp geweest van
ernstige bezinning, zo lezen wij in het
verslag van de O.R.-vergadering van 7
april j.l.
In ditzelfde verslag, dat is opgenomen in
bet laatste nummer van het Spongat,
staat vermeld dat de directie streeft naar
het opheffen van de bestaande ver
schillen in sociale positie van de eerder
genoemde categorieën, voorzover deze
niet berusten op de zwaarte en verant
woordelijkheid van de functie.
Onmiddellijk rijzen dan twee vragen.
De eerste is, of de huidige sociale positie
van de werknemers op kantoor zoveel
anders is dan die van de arbeider. In
dien het antwoord daarop bevestigend
luidt, rijst de tweede vraag, of deze be
staande verschillen nog passen in het
huidige maatschappelijk bestel.
Veel werknemers zullen het verschil in
primaire en secundaire arbeidsvoor
waarden tussen uur- en maandloon
kennen. Er zijn echter binnen ons
bedrijf ook medewerkers die van deze
verschillen niet op de hoogte zijn. Voor
de laatste groep willen wij er een paar
noemen: werktijden, ziekte-uitkering, vi
sitatie, werkkleding, tijdverantwoording,
boeten bij te laat komen, betaling over
werk etc.
Een en ander betekent, dat de bestaande
verschillen uitvallen ten gunste van het
personeel op maandsalaris, waardoor de
positie van de maandloner voor de
meeste uurloners nogal aantrekkelijk is.
Wat de tweede vraag betreft, kunnen wij
opmerken, dat de groep maandloners
oorspronkelijk is ontstaan uit dié werk
zaamheden van de ondernemer die meer
aanzien verschaften. Deze werknemers
gaven leiding, hielden toezicht, oefenden
controle uit waarbij zij, in tegenstelling
tot de arbeiders, geen lijfelijke arbeid
verrichtten.
De laatste twintig jaren is deze grens aan
het vervagen. De laatste groep is rela
tief enorm toegenomen met mensen die
in feite geen leiding meer geven, doch
wier taak zich beperkt tot uitvoerende
werkzaamheden.
Bovendien is de bedrijfsstructuur door
de nieuwe vormen van bedrijfsbeheer
enorm veranderd. Planning, administra
tieve signalering, voortgangscontrole,
meet- en regelapparatuur enz. brachten
tal van nieuwe taken met zich mee, die
meestal verricht worden door personeel
op maandloon.
De hiërarchische verschillen zijn ook
daardoor sterk afgenomen. Tenslotte
gaat ook het argument dat de maand
loner meer geleerd zou hebben dan de
arbeider niet geheel meer op. De
zeer dure installaties vragen goed opge
leide werkkrachten, die de werkzaam
heden op verantwoorde wijze kunnen
verrichten.
Attendens