Als biljarters spreken De Koninklijke Nederlandse Biljart Bond bestaat dit jaar een halve eeuw en wij willen op deze plaats gaarne onze gelukwensen aanbieden aan de jubilerende bond, die zovele duizenden biljarters omvat. In die jaren is een jraai boeket van zegswijzen ontstaan, waaraan wij de onderstaande ontlenen. Naar ons weten is er maar één spreekwoord dat het biljartspel tot onderwerp heeft namelijk: de banden stuiten wel de ballen, niet het spel. Maar des te overvloediger zijn de opmerkingen, die meestal sappig en geestig zijn. Wie er nog meer weet, gelieve ze te melden aan de redactie; die wil ze graag publiceren. De keu ketst: Gevraagd: een krijtje. Krijt op tijd, beste meid. De ballen passeren elkaar rakelings: Als er haar op zat was-ie raak geweest. De ballen blijven na een gemaakte caram bole in een rechte lijn, maar ver van elkaar liggen Zo liggen ze in het doosje ook, maar dan dichter bij elkaar. De stootbal passeert de andere op grore afstand Jij moet ook een brilletje kopen. Stille omgang. Na een gemiste carambole blijven de ballen in gunstige positie liggen: Ik ben je eeuwig dankbaar. Je bent een groot vriend van me. De stootbal blijft vlak voor een andere bal liggen Sterft voor de deur. De ballen liggen na een gemiste carambole in ongunstige positie: Je geeft niks weg. De tegenpartij, als de man die aan stoot is, zich bezint op een moeilijke bal: ABC'tje. Intrappertje. Als de bal gemaakt is op een onwaarschijn lijke manier: Daar wisten ze thuis niks van. De ballen blijven na een gemaakte caram bole in ongunstige positie liggen: Dat doe ik zelf. Nu mag ik weer. 't Is wel anders, maar niet beter. Moeilijkheden. WEEKOMZET Verleden jaar was café Bongenaar vijfen zeventig jaar Amstelklant. Bovenstaande foto geeft een beeld van het pand op de Mauritskade hoek Dapperstraat omstreeks 1910. Naast de koetsier, op de bok van de wagen, zit, compleet met bolhoed, de heer J. van Eek, onze terreinbaas in die dagen. De wagen bevat fusten bier, die de weekomzet van het toenmalige café Jobst uitmaakte. Er werd ook gebotteld, maar veel ging via de tapkast. De heer Jobst was een origineel caféhouder, die zo nu en dan voordelige aanbiedingen hadeen bier tje en een borreltje verkocht hij samen tegen een lagere prijs dan wat deze beide dranken apart kostten. Het spreekt van zelf, dat hij en zijn personeel dan handen tekort kwamen om de koopjeshalers te bedienen. 11

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Amstel - Het Spongat | 1961 | | pagina 13