Oranje Nassau, waarvan de versierselen
hierna werden opgespeld.
De heer Fokke, collega en vriend van
de jubilaris, sprak woorden van grote
waardering. Zijn bewondering ging uit
naar de wijze waarop de heer Esser zijn
taak vervulde op dat kleine stukje grond
met die miljoenen colli die er jaarlijks
overheen gaan; ook achtte hij hem een
gelukkig mens, die altijd blij kon zijn met
de dingen, hoe klein en onaanzienlijk ze
ook mochten zijn. Een bijzonder lange
worst was het symbool van de eetlust van
de heer Esser en de heer Fokke bood hem
die met een paar geestige woorden aan.
Tenslotte was er een envelop waarin zich
de bijdragen bevonden van het gehele
4 personeel.
De heer Stomps bood mevrouw Esser bloe
men aan, van de heer Beers kwamen siga
ren en nadat de heer Esser zijn dank voor
al het gesprokene en gebodene had geuit,
verscheen de heer Marees, die uit waar
dering voor de goede samenwerking ge
durende achtendertig jaar een persoonlijk
geschenk overhandigde.
Voor de zeer talrijke aanwezigen werd het
een prettig samenzijn met de markante fi
guur die de heer Esser is en zijn populari
teit dankt hij niet in het minst aan het
feit dat zijn mond veel groter is dan zijn
hart.
DANKBETUIGING
Mede namens mijn echtgenote wil ik langs
deze weg hartelijk dankzeggen voor al het
geen ik op de dag van mijn jubileum van
directie en collega's heb mogen ontvangen.
De woorden van waardering en de tastbare
bewijzen van vriendschap hebben ertoe bij
gedragen deze dag voor ons beiden onver
getelijk te maken.
W. Esser.
Shampoofabniek heeft ,,bii
In de verhoudingen tussen werknemer en
werkgever is onlangs in Londen een prin
cipiële stap voorwaarts gedaan. Een fabri
kant geeft zijn zesentwintig werkneemsters
iedere middag een kwart liter bier in plaats
van thee.
Hiermee is een der vreemdste conflicten
geregeld uit de lange annalen van de strijd
tussen bazen en arbeiders dat wil zeggen
als de meisjes nuchter blijven.
De meisjes zijn in dit geval de werkneem
sters bij de Lincoln Haarprodukten nv in
Londen. De firma maakt shampoo. Een
belangrijk bestanddeel van dit produkt van
Lincoln is bier, een zware biersoort met
hoog alcoholgehalte die de dameskapsels
een superglans moet geven.
Om nu dag in dag uit bier in de vloeibare
zeep te gieten, leek de misjes en verschrik
kelijke verspilling en in de loop des tijds
ontwikkelde zich de gewoonte om in de
4 theepauze de theekop in het biervat vol te
scheppen.
Toen directeur Eric Lincoln daar achter
kwam, verbood hij het prompt. En dat na
men de meisjes niet. Ze gingen onmiddel-
lijk in staking onder het motto: „We
willen cnze b'ierpauze".
De heer Lincoln heeft de witte vlag ge
hesen. Er komt een extra vaatje in de
kantine en de meisjes krijgen recht op een
kwart liter bier per dag. Maar wel zei
Lincoln: „Zodra één van jullie één keer
dronken wordt dan is het afgelopen met
dit ongebruikelijke privilege".
In een ware overwinningsroes hebben de
meisjes die dag het kopje met bier extra
•pauzes" moeten invoeren
hccg geheven en hun baas beloofd dat ze
er geen misbruik van zullen maken.
„Je kunt niet zonder bier als je hier
werkt," zei de 35-jarige mevrouw Maud
Love. „Het water komt je de hele dag in
de mond."
En de knappe Joan Baker voegde eraan
tce: „Bier is heerlijk. Ik drink het nu al
jarenlang, met mate. En vindt u dat het
schadelijk is geweest voor mijn figuur?"
De journalisten moesten toegeven dat het
beslist onschadelijk was geweest.
En toen klonk de stem van de voorvrouw,
de 47-jarige mevr. Connie Danbruy:
„Hoogste tijd, dames." En het café Lin
coln sloot zijn deuren.
Bier in shampoo. Nu is de uitdrukking:
bierverbruik per hoofd ons veel duidelijker
geworden.
HOPORDE
In 1409 stichtte Jan zonder Vrees (1371
1419) zoon van Filips de Stoute en Mar-
garetha van Male, gravin van Vlaanderen,
de Orde van de Hop. Waarschijnlijk wilde
de hertog hiermede de harten van de
Vlamingen gunstig voor hem stemmen, of
ook hulde brengen aan het Vlaamse bier.
In die tijd betekende de term „hop proe
ven", graag bier drinken.
Het embleem van de orde bestond uit het
wapen van Vlaanderen met in het midden
een zwarte leeuw en tweemaal het Vlaam
se devies „Ich Zuighe", omgeven door een
zware gouden keten en hopmotieven.
7