Collega Elzinga kerkelijk voorganger
Ten noordoosten van Amsterdam, aan de
weg naar Monnickendam, ligt Zuiderwoude
en op zondag 1 mei j.l. stonden tegen
twee uur bij de Nederlands-Hervormde
kerk aldaar vele auto's geparkeerd, die op
een Amsterdamse invasie duidden.
Vele vrienden van onze collega B. Elzinga
en zijn echtgenote wilden deze middag ge
tuigen zijn van de inleiding van de heer
Elzinga als „bijstand" in het pastoraat voor
de kerkdorpen Zuiderwoude en Uitdam.
Ds C. L. Verbaas uit Monnickendam leid
de dhr Elzinga in naar aanleiding van de
tekst uit de tweede brief van Timotheus,
hoofdstuk 4 vers 5b„Doe het werk van
het evangelie, verricht uw dienst ten vol
le". Ds. Verbaas zei o.a. dat ook in de
bijbel mensen waren die de kantoorkruk
verlieten en het Woord gingen verkon
digen. De heer Elzinga, aldus de predikant,
die gewend is met honderden te rekenen,
zal voortaan in tientallen moeten denken.
Nadat de heer Elzinga op de vragen van
de voorganger krachtig 'ja' had geant
woord, zong de gemeente hem toe, psalm
121 4: „De Heer zal u steeds gade
slaan".
Voor het eerst officieel als hulpprediker
nam de heer Elzinga nu de dienst over;
hij deed dit evenwel in feite reeds voor
de zevenenzestigste keer; de voorgaande
De kerk te Zuiderwoude, waar de heer
Elzinga als hulpprediker is geïnstalleerd.
keren als Amsterdammer, nu als Zuider-
wouder. Zijn tekst was 2 Corinthe 5 20:
„Laat u met God verzoenen".
Na de predikatie werd de heer Elzinga
officieel welkom geheten door burgemees
ter Te Boekhorst; ds. Van Duykeren van
de Jeruzalemkerk, waar de heer Elzinga
jarenlang ouderling is geweest, hield een
hartelijke toespraak. Er volgden nog enkele
sprekers, waarna de gemeente het „Dankt,
dankt nu allen God" aanhief.
Velen maakten na afloop van de dienst
van de gelegenheid gebruik het echtpaar
Elzinga de hand te drukken.
Op 1 september a.s. zal de heer Elzinga na
ruim 36 dienstjaren ons kantoor verlaten
om zich geheel te wijden aan het kerkelijk
werk.
B. Elzinga
voortaan in tientallen denken
Voor de conferentietafel
Heren, wij moeten ons duidelijk voor ogen
stellen wat wij precies voorhebben. (Ik
weet het zelf nog niet helemaal zeker en
ik denk wel dat het met jullie net zo is.)
Welaan, heren. (Denk er alsjeblieft om
dat ik nou toch een paar nare dingen ga
zeggen.)
Laten wij hier openhartig over praten. (Al
les wat je nu gaat zeggen zal als een
moedwillige persoonlijke belediging wor
den opgevat.)
Ik heb het uit de betrouwbaarste bron. (Ik
hoorde het van de Iiftjongen.)
We moeten ons tot het uiterste inspannen.
(Houd a.u.b. je problemen voor je.)
Wij zullen u de gereedschappen geven die
u ncdig hebt. (Je kunt rekenen op twee
maal zoveel onnodige correspondentie van
onze kant.)
4