Ir. Van Marwijk Kooy spreekt
De heer J. A. Sprock wordt aan de Prins voorgesteld door de heer Elink Schuurman
hierna begroette de heer Van Marwijk Kooy de hoge gast hij diens aankomst op het
terrein van de brouwerij. Achter de heer Elink Schuurman is nog net de heer Gorsira,
de gezaghebber van Curasao te zien.
Openingswoord
Allereerst werd het woord gevoerd door
de heer J. A. J. Sprock, president-commis
saris van de Antilliaanse Brouwerij N.Y.,
die het volgende zei
Koninklijke Hoogheid, Excellenties,
Dames en Heren.
Het is mij een groot genoegen een har
telijk welkom te mogen toeroepen aan u
allen, die hier hebt willen samenkomen,
om getuigen te zijn van de handeling,
waarmee de opbouwperiode van deze brou
werij zal worden afgesloten, namelijk het
in bedrijf stellen van onze fustbierafdeling.
Bijzonder vereerd zijn wij allen met het
feit dat u, Koninklijke Hoogheid, gevolg
hebt willen geven aan ons verzoek op deze
voor onze vennootschap zo belangrijke dag
hier tegenwoordig te willen zijn.
Wij weten, dat uwe Hoogheid een werk
zaam aandeel hebt in de bevordering van
het economisch welzijn van Nederland en
daarbij ook voor de belangen van de over
zeese delen van het Koninkrijk een open
oog hebt.
De bekendheid met dit feit was voor ons
de aanleiding ons tot uwe Hoogheid te
wenden met het verzoek, de ingebruikstel
ling te willen verrichten en daarmee onze
brouwerij ook officieel te openen.
Met het voltooien van de bouw van ons
bedrijf is een lange reeks van technische
werkzaamheden tot een eind gekomen.
En ik moge dan daarom het woord geven
aan ingenieur van Marwijk Kooy, die als
technisch directeur van de Amstel Brouwe
rij en als commissaris van de Antilliaanse
Brouwerij beter dan ik u kan ver
tellen over de bouwgeschiedenis van ons
bedrijf.
Ik geef hierbij het woord aan ingenieur
van Marwijk Kooy.
Koninklijke Hoogheid, Excellenties,
Dames en Heren
Alvorens uwe Koninklijke Hoogheid uit
te nodigen deze brouwerij oficiëel te ope
nen, zij het mij vergund na de inleiding
van de heer Sprock enkele technische fa
cetten te belichten, maar allereerst zou ik
gaarne de gevoelens van dankbaarheid en
grote vreugde tot uitdrukking willen bren-