Gisting
J. J. P. van Heest (geboren vér vóór 1930),
trad op 1 augustus als chef de bureau in
onze dienst. Toen wij hem gingen vragen
wat hij zoal gedaan had in zijn leven, begon
hij te grijnzen en zei, dat hij de laatste drie
jaren als stafemployée in dienst was van
het Ministerie van Economische Zaken in
Indonesië. Vandaar die grijns dus.
Bijzondere kenmerken van de heer van
Heest zijntwee huizen van dochters
een tweeling genaamd Gaga en Gigi
die altijd lachen en (minstens) even gek
zijn als hun vader. De heer van Heest is
de zoon van een dominee, maar vindt, dat
zoiets niets te maken heeft met zijn loop
baan bij de brouwerij. Verder drinkt me
vrouw I. van Heest bijzonder graag ons
Oud-Bruin en gaan zij vaak samen een glaas
je proeven in de stad.
Wij wensen de heer van Heest veel succes,
vooral met zijn prachtige tweeling.
Gigi en Gaga
.gek als vader...
27
Karei Eduard Meyer een tevreden jubi
laris heeft zijn eerste vijfentwintig jaren
er op zitten. Geboren op 5 juli 1914 trad
hij (als zeventienjarige), op 16 september
1931, in dienst van de brouwerij. In 1940
vertrok hij met lege handen maar met
een degelijk vaderlands hart in de jonge
borst naar Engeland, vanwaar hij na de
oorlog met een fonkelnieuwe echtgenote,
Ceridwen Thomas, in een bevrijd Neder
land terugkeerde.
Op 14 september van dit jaar vierde hij,
temidden van vrienden, kennissen en mede
werkers zijn 25-jarig jubileum. Wij wensen
hem nog veel geluk en vooral veel succes
op zijn verdere (Amstel) loopbaan.
J. de Lange, geboren 5 januari 1892, trad
als 30-jarige in november 1922 in dienst
van de brouwerij. Monteur tot het uitbre
ken van de oorlog, werd hij na 1945 offi
cieel bevorderd tot chef van de garage.
Hij was het ook, die vanaf 1930 tot en met
1950 dat zijn twintig lange jaren
10 (2 cylinder) Douglas lorries (verbran
dingsmotoren), aan het rijden hield. Een
hele toer „gezien het jonge grut, dat er
mee door de fabriek ragde", zoals hij dat
noemt.
Als de Lange, op 31 december a.s., de brou
werij gaat verlaten, dan zal dat betekenen,
dat wij een man moeten missen, die veel
voor ons heeft gedaan; die de zaak een
warm hart toedroeg, en die niet makkelijk
te vervangen zal zijn.
Zijn opvolger, een uit de kluiten gewassen
jonge Amsterdammer (vol goede moed),
de heer Huibert (alias Hans) Tegelaar, ge
boren 10 juni 1925 in Groot-Mokum, trad
op 1 september in onze dienst.
Met motoren is hij goed bekend (sergeant
majoor vaartuigendienst in Indonesië, Ga
rage Autopark, Ford en Riva), maar toch
zal het hem niet gemakkelijk vallen een man
als de Lange op te volgen. Hij ziet er ech
ter allerminst uit als een man, die voor een
kleinigheidje opzij gaat. Wij wensen hem
veel geluk en sterkte, en zijn voorganger
veel rust, zon en een goed viswatertje.