Thony Ruys gaf in het zakenmagazine FEM Business van 29 maart 2003 een
interview over Heineken en de recente ontwikkelingen in de wereld. Een deel
van het interview willen wij u niet onthouden.
CEO in oorlogstijd
We adviseren onze mensen daar op hun qui-vive te zijn.
De veiligheidsplannen liggen klaar. Dat gaat verder dan
landen in de Golfregio. Ook in Indonesië zijn de
spanningen hoog opgelopen. Informatie is cruciaal.
We houden contact met de ministeries van buitenlandse
zaken, we kijken naar wat andere Nederlandse bedrijven
doen. We kunnen onze mensen versneld het land uit
krijgen door eventueel speciaal vervoer in te zetten.
Met privévliegtuigen als het nodig is. Als we vanmiddag
die beslissing nemen, zijn de
mensen vanavond het land uit."
Ruys die als bestuursvoorzitter
een derde van zijn tijd aan
werkreizen besteedt, zegt zich
door de toegenomen
spanningen niet in zijn
bewegingsvrijheid belemmerd
te voelen. "Zolang de
vliegtuigen van KLM of
Lufthansa vliegen en mijn
vrouw zich rustig voelt,
dan reis ik. Als onze interne
veiligheidsdienst Proseco,
onze contacten in de regio en
onze lokale mensen zeggen
dat het veilig is, dan ben ik de
eerste die het vliegtuig instapt.
Als de omstandigheden goed
genoeg zijn voor mensen om
te werken, waarom zou de CEO
dan niet kunnen langskomen?
Het gebeurt wel eens dat beveiligingsmensen meegaan."
Ruys is niet bang uitgevallen. "Ik heb voor Unilever
jarenlang gewoond en gewerkt in landen met verhoogde
risico's, Colombia bijvoorbeeld. Daar heb ik wel wat
ervaring opgedaan. Veiligheid is ook een zaak van
persoonlijke perceptie. Als ik me daar niet van A naar B
zou durven begeven, als ik rillend als een rietje op een
brouwerij rondloop, dan had ik beter niet kunnen
komen." Tijdens Ruys' recente bezoek aan Egypte en
Libanon, inspecteerde hij de vorig jaar overgenomen
brouwerijen Al Ahram en Almaza. "Het minste wat ik
kan doen, is mijn gezicht laten zien om te tonen dat het
mij met die overnames ernst is. Het had niet direct te
maken met de oorlogsdreiging, maar het kwam wel
Golfoorlog, recessie en boekhoudschandalen. Het zijn
zware tijden voor bestuursvoorzitters van multinationals.
Thony Ruys, topman van Heineken, laat zich niet snel
afschrikken. "Als ik rillend als een rietje zou rondlopen,
had ik beter niet kunnen komen."
Nog maar drie weken geleden heeft bestuursvoorzitter
Thony Ruys van Heineken de Golfregio bezocht.
Het bierconcern zit fors in het Midden-Oosten,
waar vorige week de
oorlog tegen het Iraakse
regime van Saddam
Hoessein is uitgebroken.
"Ik vind het afschuwelijk
dat die oorlog nodig is.
Niemand is voor een
oorlog. Niemand kan
voor een oorlog zijn.
Maar de bedreiging die
Saddam Hoessein op
lange termijn voor de
wereldvrede betekende,
kon alleen maar worden
opgelost door Saddam
tot stilstand te brengen.
Ik maak me wèl zorgen
over wat er na de oorlog
gebeurt, het anti-
Amerikanisme. Ik heb
angst dat deze oorlog
gevoelens oproept die
minder in de hand te houden zijn dan we hopen."
Heineken heeft brouwerijen in Israël, Jordanië, Egypte en
Libanon. Daarnaast exporteert Heineken naar de
golfstaten Bahrein, Qatar, Oman en Verenigde Arabische
Emiraten.
"Het zijn roerige tijden", zegt Ruys (55), die in april vorig
jaar aantrad als topman. Vanuit zijn werkkamer -
decennialang de kamer van de legendarische Freddy
Heineken - houdt Ruys de ontwikkelingen nauwgezet in de
gaten. De lambrisering, fauteuils en kroonluchter ademen
een tijdloze sfeer. Heineken is voorbereid op spanningen.
"Ook in Afrika zitten we in instabiele landen. In dit geval
hebben we nog niemand teruggehaald. Er zitten dan ook
weinig expats.
Heineken
Nederlands Beheer