Interview Koos Tromp Smaakpapillen gezocht Inkoop niet sexy Heineken Brouwerij Zoeterwoude 25 jaar Vers van t Vat 50 jaa Dertig jaar Sportclub H.B.M. Voor filosofisch aangelegde mensen is dertig jaar maar een zucht op de eeuwigheid, een pruts- periodetje, waarin niet veel gebeuren kan, een milli- metertje op de eindeloze baan der geschiedenis. Een eenvoudiger, nuchterder man behoeft echter alleen maar te recapituleren, wat hij van 1920 tot 1950 heeft meegemaakt, om tot de conclusie te komen, dat het toch geen peuleschilletje is. In dertig jaar zijn koninkrijken opgekomen en in elkaar gestort, zijn dictators geklommen tot het hoogtepunt van hun macht en weer onbarmhartig neergesmakt, duizend uitvindingen zijn gedaan, die het menselijk leven steeds gemakkelijker maakten en duizend andere, waardoor het steeds gevaarlijker werd. Sterren aan de kunsthemel schitterden en verbleekten, sport helden van 30 jaar geleden krijgen thans als „mensen op leeftijd" een zitplaats aangeboden in de tram. Dertig jaar geleden werd de Sportclub H.B.M., de vereniging van het Amsterdamse kantoorpersoneel, opgericht. Dertig jaar lang heeft zij zich in alle tijds- stormen gehandhaafd en nog op 't ogenblik vormt zij een bloeiende club, waarin zeker 99 van het gehel'e Amsterdamse kantoorpersoneel is verenigd. Zelden wordt bij andere personeelsverenigingen een derge lijke eenheid aangetroffen, een eenheid, die toch nimmer ontaard is in een soort „splendid isolation" van de kantoorherengemeenschap. Want sinds de oprichting van de fabrieksvereniging H.B.B.A. in 1941. is er tussen beide verenigingen een regelmatig con tact en bestaat er samenwerking op velerlei gebied. Zo nemen zij thans bv. met een gemeenschappelijk elftal aan de voetbalcompetitie deel'. Er zijn twee manieren om een vereniging in haar geschiedenis en waarde te beoordelen: naar de be haalde wedstrijdresultaten en naar de interne ver houdingen, de onderlinge vriendschap en vreugde buiten het strijdperk. Beide beschouwingswijzen geven de Sportclub trots en voldoening. De geschiedenis van onze voetballerij, met het meteor-achtig begin van twee trotse kampioenschap pen, is reeds vaak beschreven en ook de renaissance van 1935, met de bekroning van het kampioenschap in 1938, is bij de leden langzamerhand wel gemeen goed geworden. De derde periode van voetbalbloei speelde in de oorlog, toen zij in het seizoen 1941/42 zelfs met twee elftallen aan de competitie deelnam, waarvan het tweede kampioen van haar afdeling werd. Er zijn nog meer glorieuze resultaten uit die tijden te vermelden: het winnen van de Luan-bal in 1937, aan welke wedstrijden 15 elftallen deel namen, het winnen van het Amstel-tournooi in 1942, waarbij de HBM-aanvoerder uit handen van Jhr. Six een prachtige beker in ontvangst mocht nemen. Minder succesvol is de Sportclub in de schermsport geweest. Daar heeft de eerste bloei, die prima scher mers als Raayen, Weisz, Hartog, v. Nigtevegt en Keuter op de loper bracht, geen vruchten opgeleverd, die de roem van de Sportclub uit die dagen kan evenaren. Amsterdam speelde in die dagen in de schermwereld de eerste viool, maar moest later die plaats aan Den Haag en Rotterdam afstaan. Maar nog steeds is er een trouw groepje enthousiastelingen, die Dinsdagsavonds, thans onder leiding van de heer v. d. Berg, de prachtige schermsport beoefent. Tot 1941 waren voetballen en schermen de basis sporten van de Sportclub H.B.M. Daarna is men er toe overgegaan, ook andere takken van sport in HBM- verband te beoefenen. Tennis- en klaverjas-compe tities telden de Sportclub trouw onder de deelnemers. In de tenniscompetitie werden zelfs afdelings-kam- pioenschappen behaald, doch in de promotie wedstrijden konden onze mensen het niet bolwerken. De jongste loot aan de HBM-stam is de tafeltennis- afdeling, die bloeit en nog steeds groeit en waarvan beide teams boven aan de ranglijst staan Maar nimmer zijn de punten, de wedstrijdresul taten, bij de Sportclub hoofdzaak geweest. Als men de voetballers mag geloven en wie zou dat niet dan was hun mooiste tijd, toen zij met een bar slecht elftal ergens in de derde klasse dobberden van de AKVB en menige zware nederlaag te slikken kregen. Toen was er echter op de hoek van de Amstellaan een strategisch punt, dat na elke wedstrijd, gewon nen of verloren, werd bezet en waar het bier goed was, en rijkelijk, en niet duur. En zo was het ook bij de schermers. Er zijn op de schermzaal, in 't bij zonder in de tijd toen het nog een „schermzolder" was, hele bruiloften gevierd en verhalen hierover zouden dit schone blad boekdik kunnen vullen. De Sportclub speelde op het groene veld en in de zaal wedstrijden, waarvan de uitslagen allang vergeten zijn, maar waarvan de „entourage" op menig degelijk huisvadersphysionomie die twinkeling teweeg brengt, die alleen de allerbeste meest vreugdevolle herin neringen kunnen veroorzaken. Feiten? Ze zijn er, talloze. Voetbalwedstrijden in Hoorn, en tegen Kos ter, en tegen Kennemerland, en de onvergetelijke dagen in Brussel en het grote Heineken's tournooi in 1942, en de wedstrijdenreeks tegen Rotterdam, waar wij toch noodzakelijk nogeens een keer de overwinningen-achterstand moeten inlopen. En de schaakwedstrijd tegen Zuckertort in Amstelveen. En de klaver jas wedstrijd tegen Aalsmeer in het teken van het „oude" bier. En de bridgewedstrijd tegen de Marine. En onze jaarlijkse Kerst-schiet-kaart-avond- alleen-voor-heren. En de zaalkampioenschappen en A.S.B.-assauts in de schermzaal. En het instituut van de clubavonden, waar werd gedanst en films ver toond, waar o.a. Dr. Heineken, Mr. Stikker en Mr. ter Haar hun interessante causerieën hielden, waar Schubert en Mozart in lied en sonate weerklonken, waar hersengymnastiek werd gepleegd en bier werd gedronken op een wijze, die wij heel Nederland zouden willen voorhouden ter navolging. Wij zouden zo nog een tijdje door kunnen gaan: de excursies van de laatste tijd naar Artis, Rijks museum, Aquarium en Hoogovens, de prachtige traditie van het Heineken's Sinterklaasfeest voor de kinderen, de vispartijen, o.a. bij „De Uit" in Aals meer en de zorg voor het culturele gedeelte, be staande uit de bemiddeling van de Sportclub bij het verkrijgen van de zo moeilijk veroverbare plaat sen voor de Volksconcerten van het Concertgebouw orkest en goedkope Schouwburg-abonnementen. En tenslotte het cluborgaan, het Clubnieuws, dat vijftien jaar onafgebroken is verschenen en de leden zelfs in de zwartste oorlogstijd clandestien een hart onder de riem stak. De plaats, die de Sportclub H.B.M. op het Amster damse kantoor inneemt is groot, maar nooit zou die plaats zo groot hebben kunnen zijn, indien zij niet had beschikt over voortreffelijke bestuursleden als de heer Raayen, die 26 jaar lang het voorzitterschap heeft bekleed en de heer Walop, die van de oprich ting tot de huidige dag de kas heeft beheerd. Nooit ook zou de Sportclub dit alles hebben kun nen tot stand brengen, zonder de gulle medewerking van Beschermheren als Dr. Heineken, Mr. Ras, Mr. Stikker en later de heer Honig. Zij waren en zijn geen beschermheren-alleen-maar-in-naam, maar steunden de Sportclub metterdaad op een wijze, die talloze verenigingen de Sportclub zouden benijden. Het Jubileum van de Sportclub H.B.M. betekent voor de heren Heineken en Walop ook een persoon lijk jubileum, resp. als beschermheer en als penning meester. Moge het hun gegeven zijn, nog vele jaren de Sportclub H.B.M. in het vervullen van haar taak het bevorderen van de goede verstandhouding onder het Amsterdamse kantoorpersoneel gade te slaan! vdz 3

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Vers van 't Vat | 2000 | | pagina 31