Iet begon eigenlijk allemaal heel toevallig. Mijn vrouw heeft altijd paardgereden en bij Stalhouderij Hil- gers in Maarssen hadden ze iemand nodig om de paarden te berijden. Zij is dat toen gaan doen. Toen er een keer herstelwerkzaamheden moesten wor den uitgevoerd aan een koets, vroe gen ze aan mijn vrouw of zij niet iemand kende die reparaties kon uit voeren. Zo ben ik er eigenlijk voor het eerst mee in aanraking gekomen. Van het Engelse woord 'Groom' had ik toen nog nooit gehoord." Aan het woord is Bert Klinkenberg, monteur in de dagdienst bij Vrumona. In zijn vrije tijd verruilt Bert zijn werk kleding voor een speciale jas met vier rugknopen en een gedistingeerde hoge hoed. Dat is namelijk de officiële kledij voor een Groom: de hulpkoet sier op een koets. Het bedrijf waar Bert zijn hobby uitoefent, is in bezit van zes koetsen en zes paarden die naast de vele wedstrijden worden gebruikt voor bruiloften, partijen, jubilea en zelfs begrafenissen. "Tijdens dit soort evenementen gaat het er allemaal niet zo officieel aan toe. Bij een bruiloft help ik de bruid bijvoorbeeld afstap pen en we dragen traditionele kle ding, dat wel, maar bij wedstrijden moet het allemaal heel officieel. Dan worden alle regels in acht genomen. De kledingregels worden dan precies opgevolgd en de etiquette wordt nageleefd. Als de koetsier bijvoorbeeld eigenaar is van de koets, mag zijn vrouw naast hem zitten. Maar als de koetsier geen eigenaar is, mag alleen de eigenaar naast hem zitten. De knecht zit achterop de koets. Polshor loges, plastic oorbellen en dat soort zaken zijn uit den boze. De kledingre gels uit de tijd waaruit de koets stamt, moeten worden nageleefd." BRUINE LEIDSELS Zo kent 'het koetsiersleven' nog meer regeltjes en gebruiken. Je kunt bij voorbeeld aan de kleding zien wie de koetsier is en wie de hulpkoetsier, ook als ze niet op de bok zitten. De koetsier heeft zes rugknopen op zijn jas en draagt altijd een grijs pak, terwijl de groom vier rugknopen op zijn pak heeft. Aan de kleur van de teugels is te zien of de koetsier ook eigenaar van het rij - tuig is. Zijn de teugels bruin, dan is de koetsier inderdaad eigenaar: zwarte teugels geven aan dat de koetsier geen eigenaar van de koets is. ANTIEKE POSTKOETS Het rijtuig waar Bert als Groom op meerijdt, is een postkoets uit 1860. De koets behoorde ooit toe aan een rijke familie die het vervoermiddel als privé-rijtuig gebruikte. Met deze koets rijdt het team waar Bert bij hoort ook wedstrijden. En dat gebeurt niet onverdienstelijk. Vorig jaar eindigde het team op de derde plek in het lan delijk klassement wedstrijdrijden. In ogenschouw genomen dat Bert nog maar anderhalf jaar Groom is en dat veel ervaren deelnemers nog nooit in de hogere regionen van het klasse ment zijn voorgekomen, is dit een goe de prestatie. Bovendien sleepte Ben tijdens de Kastelentocht in Doorn in augustus van dit jaar de eerste prijs in de categorie 'schoonste geheel' in de wacht. Bert: "Dit houdt in dat mijn koets er in zijn totaliteit het mooiste uitzag. Dat kwam mede doordat mijn vrouw en kinderen ook op de koets meereden. We waren allemaal ge kleed in negentiende-eeuwse kleding, dus dat is een leuk gezicht. Ik vond er nog meer mooie rijtuigen bijzitten hoor. Maar zo'n oude koets met vier van die Friese paarden is natuurlijk imponerend. Een enkelspan spreekt dan toch iets minder aan." Naast zijn functie als Groom verricht Bert onderhoud aan de koetsen en tij dens de wedstrijden verzorgt hij de paarden. "Het werken met die bees ten, dat is het mooiste wat er is," vertelt Bert. "Friezen zijn hele betrouwbare, lieve paarden, daarom is het ook heel fijn om met ze te werken. Bovendien hebben ze zelf ook plezier in hun 'werk': dat kun je zien aan de stand van hun oren en aan de werklust en vrolijkheid die ze uitstralen. Zelfs na een tocht van dertig kilometer met een postkoets van zo'n tweeduizend kilo. Je zou zeggen dat dat toch best ver moeiend is, ook voor onze 'krachtpat sers'. Maar als ze in de buurt komen van publiek beginnen ze altijd weer fier te lopen en showen ze hun zo ken merkende 'Friesche gangen'".

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Vers van 't Vat | 1998 | | pagina 22