Het Amstel-gevoel
In een aantal afleveringen
beschrijven (oud)-medewerkers
in het kader van 125 jaar Amstel
hun 'Amstel-gevoel'. Dit keer
is dat Henk Foppen, chef HTD
in Zwolle.
"Ik ben als het ware van de
straat geplukt." Henk Foppen
weet nog als de dag van giste
ren hoe hij bij de Amstel Brou
werij terecht kwam. Als zeven
tienjarige kon hij per direct bij
de Technische Dienst als mon
teur aan de slag. Dat was in
1968. "Ruim een jaar later was
de fusie met Heineken. Dat was
voor ons niet zo'n grote over
gang. De medewerkers van de
horeca technische diensten van
Amstel en Heineken konden
eigenlijk al meteen goed samen
werken. Het waren toentertijd
kleine afdelingen en iedereen
kende elkaar al vanuit het veld.
Voor de klanten was het wel
wennen toen we andere unifor
men kregen. Ik weet wel dat ik
soms niet herkend werd. Voor
Amstel hadden we donkerbrui
ne pakken en opeens kregen we
groene pakken. Het leek veel op
de uniformen van een cola-
merk. Er werd wel eens gezegd:
"Zet de cola daar maar neer".
"Ik vind mijzelf een echte
Amstel-man omdat ik bij de
Amstel Brouwerij in dienst ben
getreden. Al was ik toen wel de
jongste en de kleinste tussen al
die door de wol geverfde man
nen. Na de fusie had ik ook twee
beschermheren: mijn 'Heine
ken- en mijn Amstel-vader'. Dat
waren achtereenvolgens Daan
Klein en Chris Gulinck. Die
hielden mij zo'n beetje in de
gaten. In Amsterdam had ieder
een een bijnaam. Het is niet
moeilijk om te raden hoe men
aan mijn bijnaam, Calimero,
kwam. Gelukkig ben ik later
nog gegroeid. In die tijd ging ik,
omdat ik te jong was, op de
brommer in plaats van met de
auto naar de horeca-afnemers.
Met een auto kwamen mijn col
lega's dan later de materialen
brengen."
Asbak
Enige jaren na de fusie met
Heineken werden de horeca
technische diensten gedecen
traliseerd. Foppen ging naar
Alkmaar. Na zeven jaar kon hij
aan de slag in Hoofddorp en
maakte vervolgens promotie en
belandde in zijn huidige func
tie in Zwolle. Dat is inmiddels
vijf jaar geleden. Amstel is hij
niet uit het oog verloren: "Het
Amstel-gevoel is bij mij niet
voortdurend aanwezig. Mijn
'Amstel-gevoel', voor zover je
daarvan kunt spreken, zit in
kleine dingen. Zoals de inrich
ting van mijn werkkamer. Daar
vind je alleen Amstel-spullen.
Op mijn bureau staat een
Amstel-asbak. Toen ik onlangs
van vakantie terugkwam, stond
die asbak er niet meer. Toen heb
net zolang totdat ik die asbak
terug had gevonden."
Meer aandacht
"Als een collega mij vraagt wat
voor bier er moet worden getapt
tijdens ons contactbiertje, dan
zeg ik steevast: "Een dertiger
(red: fust van dertig liter)
Amstel". Ik vind Amstel ge
woon het lekkerste bier. Het is
zacht van smaak. Thuis drink
ik alleen Amstel. Als iemand
uit de horeca tegen mij zegt dat
Heineken en Amstel hetzelfde
zijn, ga ik daar tegenin. Het zijn
andere brouwprocessen. Beide
bieren smaken anders en heb
ben een verschillende kleur.
Het lijkt trouwens wel of je in
de horeca tegenwoordig meer
Amstel ziet. Het is door de jaren
heen een merk geweest dat een
enorme binding met zich mee
bracht. Horeca-ondernemers
die het verkopen, wisselen niet
zo snel van merk. Vaak gaat
Amstel over van vader op zoon."
Over de recente ontwikkelin
gen van het merk zegt Foppen:
"De laatste jaren is er zowel bin
nen de onderneming als daar
buiten meer aandacht voor
Amstel. Dat doet mij goed. Er
lijkt meer aandacht aan de pro
motie van het merk te worden
geschonken. De terugkomst
van het Amstel-lied op radio
en tv doet mij deugd, het
herinnert aan vroeger. Ook de
jubileum-acties voor het perso
neel stel ik zeer op prijs. Al die
aandacht voor Amstel is terecht
want het is een goed produkt.
We brouwen het niet voor niets
al 125 jaar!"