Me .et ingang van de Algemene Aandeelhoudersvergadering van 27 april treedt de heer A.H. Heineken terug als president commissaris en gedelegeerd commissaris van de onderneming Heineken. De laatste bestuurlijke banden tussen de heer Heineken en de Heineken brouwerij lijken daarmee te worden doorgeknipt, maar is dat wel zol Kan iemand met een zo groot belang, die zich bovendien zijn hele leven heeft ingezet voor zijn brouwerij simpelweg de deur achter zich sluitenI Ik denk het niet; daarvoor is het leven van de heer Heineken teveel verweven met de onderneming en de onderneming met de heer Heineken. Wij zijn dan ook blij dat de heer Heineken als voorzitter en gedelegeerde van de Raad van Bestuur van Heineken Holding N. 1/ nauw betrokken blijft bij zijn brouwerij. Het was mede dankzij zijn creativiteit en inventiviteit dat hij de onderneming gedurende decennia op voortreffelijke wijze leidde. In 1988 kondigde hij zijn vertrek aan als voorzitter van de Raad van Bestuur; het was mooi geweest. Anderen mochten de dagelijkse leiding gaan overnemen. De heer Heineken verbleef in de jaren daarna zeer regelmatig in zijn privé-kantoor, op een steenworp afstand van het Heineken hoofdkantoor in Amsterdam. Hij hield als president en gedelegeerd commissaris van Heineken N. V op afstand een vinger aan de pols en liet zich graag en uitgebreid informeren over het reilen en zeilen van de onderneming. Niet alleen omdat het zijn werk was, maar ook omdat zijn hart nog steeds ligt bij zijn ster, balk en hoprank. Namens de gehele Raad van Bestuur en alle medewerkers wil ik de heer Heineken hartelijk danken voor zijn constructieve bijdragen in die vele jaren. De heer Heineken zei ooit: 'De brouwerij is als een kind voor mij". Hij kan er van overtuigd zijn dat wij goed voor dit kind zullen zorgen en het op handen zullen dragen. K. Vuursteen

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Vers van 't Vat | 1995 | | pagina 3