|i
if
mm
M
Ulfe
'p
bevroren. Op deze manier ver
kreeg men toen toch lage tem
peraturen voor het Beiersch bier.
De Duitse brouwmeester Wag
ner leverde het eerste brouwsel
af. Met drie paarden en drie
sleperswagens werden de eerste
vaten Amstel bier bij de Amster
damse klanten gebracht. Er was
toen vijftig man personeel in
dienst. Dat waren voornamelijk
Duitsers. Zij wisten immers
als geen ander hoe het Beiersch
bier gebrouwen moest worden.
De start van de brouwerij verliep
gunstig, het eerste produktiejaar
1872 werd er 10.000 hectoliter
verkocht. Een jaar later 25.000
hectoliter. In 1881 kwam de
brouwerij in het bezit van een
koelinstallatie en be-hoorde de
ijsmethode tot het verleden.
In het jaar 1883 sloeg Amstel zijn
vleugels uit en exporteerde de
eerste vaatjes. Die gingen naar
Engeland en Nederlands-Indië.
In 1890 vond een naamsveran
dering plaats en veranderde de
maatschappij in een naamloze
vennootschap. Voortaan heette
het bedrijf: N.V. Beiersch Bier
brouwerij De Amstel. De ver
kopen verliepen voorspoedig.
Twee jaar later sloeg plotseling
het noodlot toe: de mouterij
brandde volledig uit. Daardoor
moest Amstel een geheel nieu
we mouterij bouwen. 'Voordeel'
hiervan was dat de brouwerij
onvoorzien opnieuw de modern
ste van het land werd.
Kenmerkend voor Amstel (net
als trouwens voor Heineken)
was het sociale arbeidsbeleid.
Al in 1886 werd een ondersteu
ningsfonds voor en door de werk
lieden in vaste dienst ingericht.
Ook was de brouwerij een van de
eerste bedrijven waar een zoge
noemde Engelse zaterdag werd
ingevoerd. Sindsdien hadden de
arbeiders op zaterdagmiddag vrij
Oorlog
Rond de eeuwwisseling breidde
Amstel verder uit. De legkelders
hadden inmiddels een capaciteit
van 50.000 hectoliter en er ston
den 61 trekpaarden op stal. Al
spoedig verloren de edele dieren
terreinwant in 1907 werd de eer
ste vrachtauto gekocht. De uit
breiding voor de brouwerij was
niet te stoppen,- bijna elk jaar
werd er bijgebouwd. Totdat het
tij keerde. Ondanks dat Ne
derland ver buiten de Eerste
Wereldoorlog bleef, had deze
wel gevolgen voor de brouwerij.
De prijzen van de grondstoffen
stijgen en de moutvoorziening
dreigt te stagneren. De brouw
ketels worden tijdelijk met hout
in plaats van steenkool ge
stookt. Besloten wordt om
grondstoffen niet meer uit de
landen te halen die bij de oor
log zijn betrokken maar uit
Amerika, Denemarken, en
Schotland. Het nadeel daarvan
is dat veel transporten worden
onderschept. Het laatste jaar
komt het zelfs zo ver dat Amstel
wegens gebrek aan grondstof
ophoudt met brouwen.
Bottelarij
Na de Eerste Wereldoorlog ging
het weer met volle kracht voor
uit. Amstel kon ook in de cri
sisjaren '30 het hoofd boven
water houden. Nieuwe filialen
worden geopend in Heerlen,
Den Haag en Rotterdam en de
export neemt een steeds belang
rijker rol in. In 1931 heeft de
opening plaats van het hoofd
kantoor. En in hetzelfde jaar
wordt de eerste bottelarij voor
de binnenlandse markt in
gebruik genomen. Tot dan toe
bottelden brouwerijen niet zelf
maar deden kasteleins en bot
telaars dit. In veel gevallen leid
de dit tot kwaliteitsverlies.
Door zelf te bottelen werd de
kwaliteit in eigen hand gehou
den. Op het etiket viel als een
soort kwaliteitskeurmerk te
lezen dat Amstel zijn bier zelf
bottelde.
In 1937 komt de brouwerij met
een revolutionaire uitvinding
op de binnenlandse markt.
Geheel door eigen medewerkers
ontwikkeld, verovert de 'stoop'
de harten van vele bierdrinkers.
De stoop is een grote fles van
tien liter met vlechtwerk rond
om, die gedeeltelijk is gevuld
met bier en gedeeltelijk met
koolzuur. Hierdoor kon de con-
■"IjistrapMj
„uslr"
«asa