"Ik ben een echte marketing-man" "Jongeren zijn dynamisch en dat is belangrijk voor de groei van je onderneming" "Je moet niet de ene manager met de andere vergelijken" j je moest leren verplaatsen in de lokale markten, wilde je je enig succes hebben op de markt. Je moest je dag in dag uit bezighouden met die markt. In die tijd heb ik heel wat kroegen, winkels en nachtclubs afgelo pen. Steeds in verschillende landen. En uiteraard was het ook van be lang datje de nodige agenten zocht, die voor jou Heineken wilden ver kopen." Van Schaik beschouwt zichzelf niet als een verkoper. "Ik ben een ech te marketing-man", typeert hij zichzelf. "Een uitgesproken verkooptalent heb ik niet. Zakelijke gesprekken waarbij het resultaat uiteindelijk ver koop moet zijn, kan ik echter goed voeren. Ik ben iemand die bepaalde gedachten heeft rond een merk en de produktie ervan. En die visie ook wil uitdragen." Andere organisatievorm Dat maakte de bestuursvoorzitter vooral duidelijk toen hij twee jaar ge leden met zijn cultuurverandering voor het Heineken-concern kwam. Volgens Van Schaik een belangrijke stap om ervoor te zorgen dat Hei neken het jaar 2000 haalt. Veel medewerkers begrepen deze verande ring niet. Het ging toch goed met Heineken? "Een organisatievorm is nooit permanent. Een bedrijf moet zich regelmatig aanpassen aan de sterk veranderende samenleving. Daar zien veel mensen tegenop. Dat heeft te maken met het gevoel van zekerheid. Iets veranderen dat lek ker draait, en dat deed en doet ons concern, is nooit gemakkelijk. Dat geeft interne druk. Ik ben, als de omstandigheden het toelaten, voor stander van een natuurlijke verandering. Ik hou niet van grote omwen telingen in een bedrijf. Soms echter is het beter dat het even onweert, met donder en bliksem dan dat je dagenlang tegen motregen aan zit te kijken. En ik vond dat de tijd gekomen was om één algemeen Heineken- beleid te voeren in de hele wereld. Het was tijd om alle werkmaat schappijen in een zo goed mogelijke kostenstructuur te laten werken. Waarom ik dat dacht? Vanwege de toenemende concurrentie in de markt. Er kwamen steeds meer nieuwe spelers bij. Verdere ondersteu ning van ons produkt zou meer geld vragen. Ik wilde costleadership. Dat wil zeggen hetzelfde produkt leveren tegen lagere kosten. We moeten ons verder kunnen ontwikkelen in de werelddelen waarin we nog geen dominante rol spelen. Om dat voor elkaar te krijgen, hebben we ook het takenpakket van de Raad van Bestuur veranderd. We zijn van een re gionale naar een functionele indeling gegaan. Financiën, Produktie en Marketing zijn nu onder de verschillende bestuursleden verdeeld, waar door een betere onderlinge afstemming mogelijk is." Langzamer dan verwacht Toch verloopt het veranderingsproces langzamer dan Van Schaik ver wachtte. Hij zucht. "Het karwei is nog niet af. De cultuurverandering die ik heb voorgesteld vereist een andere instelling van de medewerkers. Een andere manier van omgaan met elkaar. Minder individualisme. Het betekent dat verschillende disciplines met elkaar moeten afstemmen, vóórdat besluiten kunnen worden genomen. Dat lijkt strijdig met de aan dacht voor de individuele prestatie van de medewerkers. Het is echter broodnodig. We moeten mét elkaar iets vóór elkaar doen. En het hangt van eenieders karakter af hoe mensen daarmee omgaan. Ik kan me bo vendien niet voorstellen dat je een gezellig leven in je eentje kunt leiden. Je bent er tenslotte voor elkaar." Volgens Van Schaik is de individueel ingestelde samenleving van de af gelopen jaren al lang op zijn retour. "De samenleving is aan het veran deren. Op een gegeven moment krijgen mensen er weer genoeg van. En die verandering moet je vóór zijn. Dat kun je met jonge mensen. Jon ge mensen durven zaken anders aan te pakken, zijn dynamischer. Zij hebben de 'drive' om dingen te veranderen. Zij durven nieuwe dingen te doen, risico te nemen. En dat is belangrijk voor de groei van je onder neming. Wil je zaken op de markt goed aanpakken, dan moet je ook echt dicht bij de markt staan. Jonge mensen kunnen dat. Ik ben ook een groot voorstander van decentralisatie. De zaken zo laag mogelijk in de orga nisatie aanpakken, zo dicht mogelijk bij de markt. Want het gaat erom dat we flexibel op die markt kunnen inspelen." Opvolger Zijn opvolger, Karei Vuursteen, heeft inmiddels al vele taken van Van Schaik overgenomen. Zoals bijvoorbeeld Personeelszaken. Een afde ling die Van Schaik erg belangrijk vindt. Zo belangrijk zelfs dat hij het bij het takenpakket van de bestuursvoorzitter vindt horen. "Een onderne ming zonder goed personeelsbestuur is niets. Bij Heineken hebben we goed geschoold personeel, dat buitengewoon loyaal is ten opzichte van de werkgever. Wil je ervoor zorgen dat deze mensen blijven presteren, dan moet je er ook voor zorgen dat er een goed arbeidsklimaat is. Dat betekent dat je moet zorgen voor een goede opleiding. Maar ook dat je oog moet hebben voor het functioneren van personen op een bepaalde plek. Soms zitten medewerkers niet op de juiste plaats. In het verleden is dat te veel voorgekomen. Als mensen niet presteren, kun je beter af scheid van ze nemen. Begrijp me goed, ik wil geen mensen kwijt. Maar je mag niet van medewerkers verwachten dat ze bijvoorbeeld het slech te presteren van hun baas lang op zullen vangen. Dat moetje van te vo ren zien aankomen. En daarvoor de nodige maatregelen nemen." Over het verschil tussen hem en zijn opvolger wil hij verder niet praten. Net zomin ais hij dat destijds wiide doen over het verschil tussen hem en zijn voorganger. "Je moet niet de ene manager met de ander verge lijken. Een opvolger moet niet over zijn voorganger praten of andersom. De nieuwe man of vrouw moet zijn eigen stempel kunnen zetten, zijn ei gen gang gaan. En ik heb het volste vertrouwen dat mijn opvolger dat ook zal doen."

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Vers van 't Vat | 1993 | | pagina 15