Bucklerploeg in
de Tour de France
Wanneer deze Vers
van 't Vat
verschijnt, is de
Tour de France net
afgelopen. Hoe het
alle renners is
vergaan, heeft u
zelf via de media
kunnen volgen.
Voordat de
Bucklerploeg naar
de Tour afreisde,
spraken we onder
anderen met
ploegleider Jan
Raas.
De Tour: ook drukke weken voor een mecanicien A.
Wielrenners bereiden zich an
ders voor op een belangrijke
wedstrijd dan bijvoorbeeld
voetballers. Alleen in het voor
seizoen komen zij bijeen voor
een trainingsdag of -weekeinde.
Daarna rijden zij vele wedstrij
den, variërend van eendags-
koersen tot meerdaagse rondes.
Daarmee hun vorm opbou
wend tot de gewenste vorm
voor dé wielerwedstrijd van het
jaar: de Tour de France.
Natuurlijk was ook de Buckler
ploeg aanwezig in de Tour. Zij
vlogen op 2 juli samen met an
dere Nederlandse en Belgische
wielerploegen vanuit Brussel
naar het Spaanse San Sebastian
voor de proloog. Wat gaat er al
lemaal mee? "Bijna teveel om
op te noemen", zegt de ploeg
leider van Buckler, de oud-wiel
renner fan Raas. "Materiaal na
tuurlijk zoals fietsen, banden,
wielen, verzorgingsartikelen,
vitaminen. We nemen geen ei
gen koks mee of eigen eten,
want we eten in de hotels die
door de Tour-organisatie zijn
aangewezen. De menu's zijn
wel gecheckt door onze verzor
gers." De werkdag van een wiel
renner tijdens de Tour wisselt
van dag tot dag, afhankelijk van
de etappe die op het programma
staat. Eerst wordt uitgebreid
ontbeten. Een Tour-etappe
vraagt ontzettend veel energie
van een renner. Ze eten dan ook
een driedubbel ontbijt met veel
muesli en Isostar-produkten.
Sommigen eten het liefst een
groot bord spaghetti met toma
tensaus. Daarna brengen de ver
zorgers de renners naar de start.
Dan wacht hen een lange dag.
Specialiteiten
Elke renner heeft zijn eigen spe
cialiteit. De een is goed in de
bergritten, de ander in een tijd
rit. Dan zijn er klassementsrij
ders, zoals Rooks. "In de sprint
komt hij er niet aan te pas, bij
tijdritten verliest hij altijd tijd.
Om een goede plaats in het
klassement te behalen, moet
hij eigenlijk elke dag vooraan
rijden", vertelt Raas. Behalve
kopmannen heeft elke wieler
ploeg ook knechten. Zij hebben
een belangrijke functie. Ze
brengen renners, die achterge
raakt zijn door bijvoorbeeld een
val of lekke band, terug naar het
peloton. Of remmen het pelo
ton af, wanneer een eigen kop
man gedemarreerd is. Iedereen
kent zijn eigen positie. Na een
lange, en hopelijk succesvolle,
dag brengen de verzorgers de
renners weer naar het hotel.
Douchen, masseren, eten en
dan naar bed. Want de volgen
de dag is er weer een Tourdag.
Duizendpoot
"Het is een bikkelharde sport.
Fysiek is het heel zwaar", om
schrijft Luc Schiemsky de wie
lersport. Als verzorger van de
Bucklerploeg speelt hij een be
langrijke rol. Samen met drie
andere verzorgers zorgt hij voor
het transport van de renners en
al het materiaal van het hotel
naar de start en andersom. "Wij
zorgen voor de kamerindeling
in de hotels. Als de renners ko
men, kunnen ze meteen naar
hun kamer. Hoeven ze zelf
niets uit te zoeken. Verder heb
ben we de menu's doorgeno
men en zorgen we dat iedereen
