Automatische hopdosering op hun hoede moeten voelen", legt Wouter uit. In de stallen staan de negen paarden broederlijk naast elkaar. De Shetlan der Jantje, de Shires Freddy, Gé, Hans, Han, Johan en Bob en -sinds april vorig jaar- de twee Friese paar den Leendert en Karei. Johan en Bob zijn er het laatst bijgekomen. Zij wa ren nog zo jong en onervaren, dat de koetsiers hen eerst nog bitwijs moes ten maken in de zandbak op het brou werijterrein. "Je kunt niet zomaar met die paarden de drukke binnen stad in. We zijn op een zondag eerst met hen een rondje over de Albert Cuyp gaan rijden. En daarna een keer heel vroeg, toen alle automobilisten rondom Amsterdam nog in de file stonden, door de straten rondom de brouwerij. Dat ging heel goed", aldus Wouter. Eigen karakter Hoewel de dagindeling vrij strak is, heeft elke dag zijn eigen uitdaging. "Net als mensen heeft elk paard zijn eigen karakter. De een is lui, de an der opvliegerig. De kunst is hen net als een peloton soldaten allemaal ge lijk te laten marcheren. Daar moet je aan werken. Hoewel het rijden in de stad redelijk voorspelbaar is, rijden we altijd met twee koetsiers. Als je naast degene zit, die ment, kom je bij na ogen tekort. Je ogen schieten steeds heen en weer. Hoe is de ver keerssituatie? Zijn er geen gespen aan het tuig van de paarden losge schoten? Hebben ze geen been over een streng gezet? Het is niet zo dat we opgelucht zijn als zo'n rit er op zit, want dan zou je met dit werk moeten stoppen. Maar je moet wel goed op letten." Voldoening De beste herinneringen bewaart Wouter aan evenementen, waar de koetsiers met de paarden een goed op treden hebben verzorgd. "Het aller leukste is als je in de gelegenheid bent een show te rijden, die de toe schouwers niet van ons verwachten. Bijvoorbeeld met die grote bokken in volle galop door een waterbak rijden, of een goede kegeltjesproef doen. Voor de toeschouwers is het vaak een grote verrassing wat wij met die toch redelijk temperamentvolle dieren al lemaal kunnen doen. Wij steken er veel tijd en werk in, maar daar heb ben we zelf ook de voldoening van. We vinden het heerlijk te zorgen dat de paarden er goed uit zien, goed ge voed, maar niet te dik, en dat ze hun werk goed doen. Gé was bijvoorbeeld vroeger een heel bang, bijna levens gevaarlijk paard. Nu is hij heel lief en rustig. Dan weet je dat je je werk niet voor niets hebt gedaan." Zoeterwoude In Brouwhuis 1 van de brouwerij in Zoeter woude wordt de hop niet meer door de brouwer in de wortke- tel gedaan. Er is een installatie in gebruik genomen waarmee de hop automatisch wordt ge doseerd. Een groot voordeel daarvan is dat de hop kan wor den toegevoegd aan de wort wanneer deze kookt. Dat is niet mogelijk wanneer de hop met de hand wordt gedoseerd. Bij een te hoge temperatuur komt teveel damp uit de wortketel en is handmatige toediening niet mogelijk. De automatische hopdoseerin- stallatie kan zowel het (stroop- achtige) hop-extract als de (dro ge) hop-pellets verwerken. Het hop-extract zit in vaten van 200 kilogram, die worden voorver warmd in een ruimte van 45 °C. Hierdoor wordt het wat dunner en kan het gemakkelijk in een doseerbunker worden ge stort. Van daaruit wordt de ge wenste hoeveelheid hop via een buis naar de wortketel overge bracht. De hop-pellets zitten in dozen van bijna 200 kilogram. Die worden automatisch openge sneden aan de onderkant en leeggestort in een doseerbun ker. Van daaruit gaan de hop- pellets naar een aanmaakvat waar ze worden opgelost. Daar na volgt automatische dose ring. De keuze voor hop-extract of hop-pellets is afhankelijk van de receptuur.

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Vers van 't Vat | 1992 | | pagina 19