In 1963, hij was net bij Heineken in dienst getreden, kwam Toon iemand tegen die gewichtsapparatuur verzamel de. Hij was meteen verkocht. "Ik ben me toen gaan specia liseren in maten, gewichten, meet- en weegapparatuur. Voor die verzameling ga ik langs an tiquairs, loop ik beurzen af en ruil ik soms met andere leden van de 'Gewichten en maten- verzamelaars vereniging' in Amsterdam. Dat kost me veel tijd. Tijd die ik straks na april, als mijn Heineken-tijd erop zit, volop heb. Als ik het materiaal eenmaal in huis heb, maak ik het één keer goed schoon. Daarna zet ik het weg in een vi trine, of plaats ik het elders in mijn huis." Engels materiaal Toon Bosch begon zijn verza meling destijds met vijf kope ren muntgewichten. Een ronde door zijn huis toont aan dat hij anno 1991 inmiddels over een veel grotere verzameling be schikt. Daarbij is vooral veel Engels materiaal aanwezig, zo als een aantal whiskey-maten uit 1895, diverse muntweeg- doosjes en een zogenaamde 'ti- metable', de voorloper van de moderne computer. Toon hier over: "Zestig procent van mijn verzameling komt uit Enge land. Niet alleen omdat deze gewichten, vergeleken bij de Nederlandse, zo ontzettend fraai van vormgeving zijn. Er is ook nog zo veel Engels mate riaal in omloop. Engeland heeft twee Wereldoorlogen over leefd. Terwijl op het vaste land van Europa al het koper in gevorderd werd voor de oor logsindustrie, kon Engeland zijn schatten bewaren. Vandaag de dag is daar overigens nog maar weinig van over, omdat het land inmiddels is leegge roofd door antiquairs." Onder Toons verzameling be vinden zich ook muntenweeg- doosjes uit Frankrijk, Oosten rijk, Duitsland en Nederland, gewichten in allerlei soorten en maten uit het buitenland en di verse vis-, bakkerij- en laborato riumgewichten uit Nederland. Verder heeft hij onder meer nog een Duitse personenweeg schaal uit 1900, die het nog steeds goed doet. Acht maan den na het opengaan van de grenzen, wist Toon Bosch bo vendien een graanweger uit het Oost-Duitse Leipzig op de kop te tikken. "Verzamelaars hopen nu veel gewichten uit de voor malige Oostbloklanden te kun nen kopen. Zelf ben ik bang dat het meeste antiek bij de grote jongens van die landen is te recht gekomen. De mensen in die landen zijn zo arm, dat ze voor het overgrote deel hun waardevolle (antieke) spulletjes verkocht hebben of goedkoop hebben weggegeven." Vraag en aanbod Eén van de allermooiste ge wichten van zijn verzameling vindt Toon het Nederlands sluitgewicht. "Dat is een echt museumstuk", zegt hij niet zonder trots. "Ik heb overigens altijd alleen maar mooie, uit zonderlijke en puur antieke ge wichten gekocht, waarvan ik ook zeker weet dat ik ze - als dat nodig is - zo kan verkopen. An tiek is, net als overigens een aandeel, een vorm van beleg ging. Antiek blijft interessant, omdat het niet meer wordt bij gemaakt. Ook bij antiek gaat het om vraag en aanbod. Ter wijl het aanbod van antiek steeds kleiner wordt, groeit daarentegen de vraag. Als je een gewone kast koopt voor 5000 gulden, krijg je daar over een paar jaar nog maar de helft voor terug. Een antieke kast van 7000 gulden blijft die waarde Standaarden van het Engelse pond van omstreeks 1890 Een greep uit de verzameling van Toon Bosch. Links op de voorgrond een Nederlands sluitgewicht. Rechts onder meer gewichten uit Grieken land in de vorm van een discus houden. Overigens is op de markt ook veel namaak te koop. Maar echt is gemakkelijk van namaak te onderscheiden. Een echt gewicht bijvoorbeeld is goed geijkt. Bij namaak is dat niet het geval. Echt antiek voelt gebruikt aan en is wat vettig. Kortom je kunt echt antiek van nep onder meer onderscheiden door eraan te ruiken en te voe len. Bovendien heb ik thuis een grote plank met naslagwerk, zodat ik ook altijd na kan kij ken of iets echt antiek is." Gewichten vormen inmiddels niet meer zijn enige verzame ling. Daarnaast spaart Toon Bosch ook vijzels en speculaas planken. "Die laatste verzame lingen vormen een soort buffer, voor het geval ik in financiële nood kom", vertelt hij. "Want eerlijk gezegd wil ik mijn ge wichtenverzameling niet meer kwijt." Geschiedenis De geschiedenis van de gewich ten gaat terug naar de oudheid. De Babyloniërs hebben de hui dige basis van ons maten- en ge wichtenstelsel gelegd. De leng tematen werden afgeleid van het mensehjk lichaam. Zij ge bruikten daarvoor de duim, vinger, voet of palm. De Baby loniërs hadden stenen-gewich ten van ongeveer 244,8, 164,3 en 81,8 gram. De inwoners van Babel, onder meer het huidige Irak, en de Egyptenaren maak ten hun gewichten in de vorm van een leeuw, stier, nijlpaard of het hoofd van een vorst. Maar ook andere vormen zoals rin gen, kegels of piramides wer den als gewicht gebruikt. Ook in die tijd vond er al controle op gewichten plaats, zoals later door het ijkwezen. De Baby- lonisch-Egyptische maten en gewichten kwamen in Azië, Griekenland en via Italië in Eu ropa terecht. Daardoor ont stonden weer andere gewich ten met nieuwe waarden. De Romeinen kenden een pond van 327,45 gram, van de Baby lonische mina. Dit gewicht vond kort na het begin van onze jaartelling ook ingang in ons land. Keizer Karei de Grote (768-814) kwam met een nieuw stelsel, gebaseerd op een pond van 15 Romeinse onsen (409,32 gram). Later kende ons land de Keulse mark. Uiteindelijk werd in 1820 het (huidige) metrieke stelsel ingevoerd.

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Vers van 't Vat | 1991 | | pagina 21