Zes jenevers Groepsvorming Sinds 24 mei is Bols Benelux B. V officieel een feit. Het contract is ondertekend en heeft de trein in gang gezet. In de vorige Vers van 't Vat kwam algemeen directeur f.P. Cohen aan het woord. Deze maand spraken we met oud-GWN directeur Y.H.M.N. Folmer. Hi] is nu verantwoordelijk voor het commercieel beleid van Bols Bene lux. ten liggen. Wij hebben meer aandacht besteed aan de concurrenten dan aan de consumenten. Bols en de GWN hebben nu gezegd: dit probleem kun nen we beter gezamenlijk oplossen. Gezamenlijk wil men de markt van Nederlands gedistilleerd een duw in de rug geven. Daarvoor hebben we el kaar nodig. De andere gedistilleerd producenten hebben het bericht van onze samenwerking misschien als be dreigend ervaren. Onterecht, want wij willen de totale markt voor Neder lands gedistilleerd uit het dal trek ken", aldus de heer Folmer. Het voorbeeld dat de heer Folmer voor ogen staat, is Coebergh. Tien jaar ge leden dreigde de bessenjenever lang zaam uit de gratie te raken bij het publiek. "Coebergh was een drankje uitsluitend voor ouderen aan het worden. Wij hebben toen de jongere consument opgezocht met Coebergh- ijs en de verpakking en de reclame campagne een verjongingskuur gegeven. En dat heeft gewerkt." De helft van de flessen gedistilleerd die in ons land over de toonbank gaat, is jonge jenever. Op die markt voert Bols Benelux zes grote merken. Hoe denkt de heer Folmer merken als Bok- ma, Hoppe, Bols, Hartevelt, Henkes en Claeryn naast elkaar te kunnen verkopen zonder dat zij elkaar te veel bijten? Het zijn immers geen concur renten meer. "We doen op dit moment marktonderzoek naar de posities die de verschillende merken kunnen gaan innemen. Bijvoorbeeld: Een merk met een jeugdig profiel, dat kan concurreren met de buitenlandse whisky's en met specialiteiten. Maar ook een jenever voor jong en oud, voor iedereen. Een merk iets hoger in de markt, van een goede kwaliteit en tegen een redelijke prijs. Maar er is ook plaats voor een jenever speciaal voor de horeca. En voor een laag ge prijsde jenever die kan strijden met de 'private labels'. Maar ook is het be langrijk om in je pakket een jenever in de middenklasse te hebben, die na drukkelijk met acties in de handel kan opereren. Alle zes de merken moeten voor de handel en de consument een duidelijk zichtbare positie krijgen. Blijken ze elkaar inderdaad te bijten, dan moet je er misschien één of meer laten vallen", aldus Folmer. Markt onderzoek- en reclamebureaus en ex terne deskundigen zijn druk bezig om de merkposities op een rij te krijgen. "Belangrijk is ook de mening van de handel. Hoe ziet zij de verschillende merken naast elkaar? Normaal wordt voor een dergelijk onderzoek zeker twee jaar uitgetrokken. Wij hebben slechts een half jaar. De handel ver wacht onze plannen in het najaar. Dan worden ook de afspraken ge maakt voor 1990. Zijn we in het najaar niet klaar dan verliezen we daar direct een jaar mee. Het is echt 5 voor 12." Snelheid is volgens Folmer ook intern geboden. "De samenwerking tussen de Bols- en GWN-mensen loopt goed. Door niet al te lang met de uitwerking van de plannen te wachten, voorkom je groepsvorming. Er bestaat natuur lijk ook zoiets als een emotionele band met de 'moeder'. Des te eerder we tot daden overgaan des te eerder treedt de slijtage in de culturele ver schillen op." Bols Benelux moet de po sitie van marktleider zelf waarmaken, merkte algemeen directeur Cohen vorige maand in Vers van 't Vat op. "Groot en sterk zijn, betekent niet per definitie dat je het goed doet", aldus de heer Cohen. De heer Folmer hier over: "Door je grootte loop je het ge vaar dat de handel je als 'macht' gaat zien. Enige trots voor je bedrijf kan geen kwaad. Maar het gaat verkeerd als handelspartners je een arrogante houding zouden gaan verwijten. Daarom is het ook belangrijk dat de commerciële man in het veld geleerd wordt hoe hij moet omgaan met die machtspositie. De klant is belangrijk en dat moet je die klant ook laten weten." De Bols en GWN-organisaties hebben in die zin elk hun eigen imago. De GWN is een meer op marketing ge richte organisatie, met veel aandacht voor het merkartikel. Bols is daaren tegen een vooral op de handel gerich te verkoop-organisatie. Het is daarom belangrijk om van beide de sterke punten te pakken. Het beste van beide werelden. Folmer is optimistisch: "De medewerkers van de GWN en van Bols hebben in de laatste tien jaar leren vechten om de moeilijke markt het hoofd te bieden. De eerste priori teit is nu investeren in de markt, zoals in verdergaande automatisering in de handel en verbeterde distributie. Dat moet meehelpen de doelstelling voor de langere termijn te halen: een beter rendement. Die investeringen moe ten uiteindelijk wel geld opleveren. Geld dat verdiend moet worden door ook zelf de kosten goed in de hand te houden."

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Vers van 't Vat | 1989 | | pagina 17