Het ontstaan van de Heineken reincultun In dit tweede deel van onze serie over bier gaan we terug naar de negentiende eeuw. De beginperiode van de Heineken brouwerij. In deze eeuw is het jaartal 1886 heel belangrijk. Toen lukte het doctor Elion, een Frans wetenschapsman in dienst van Heineken, een gistcel van superieure kwaliteit te isoleren. Hierdoor kweekte hij een eigen 'reincultuur', de bekende Heineken A-gist. PASTEUR, Louis, Frans scheikundige en bacterioloog (Dóle 28 Dec. 1822 - Garches .28 Sept. 1895), is een der grootste onderzoekers der 19de eeuw. Ach- WSÊ tereenvolgens was hij Preparateur aan de Ecole Normale te Parijs, hoogleraar te Dijon, van 1849-1854 hoogleraar in de che mie te Straatsburg, van 1854-1857 te Lille en daarna verbonden aan de Ecole Normale te Parijs. Van 1863- u,\* li rinrp- Ondergist H was om met één enkele giststam te werken Brouwers gebruikten in de negentiende eeuw een mengsel van verschillende gistsoorten In de twintigste eeuw heeft men een steeds beter inzicht gekregen in de basisprocessen van het brouwen. Een belangrijke stap op weg naar de kwa liteitsverbetering werd gezet toen men merkte dat ook de gebruikte gistsoort een grote invloed had op de smaak van bier. In de vorige afleve ring van deze bier-serie meldden we al dat de eerste brouwers in de ge schiedenis de gisting op een natuur lijke wijze beten verlopen, zonder dat ze precies wisten wat er gebeurde. Ze hoopten elke keer dat het een drink baar brouwsel zou voortbrengen. Wel wisten ze dat er in de gistkuipen een stof 'van buiten' werkte, die men kon terugwinnen uit het overblijfsel van een vorig brouwsel, 'natuurgist'. Sommige archeologen menen dat men al in 1440 voor Christus een ze kere gistselectie toepaste. De Joden bijvoorbeeld hadden op hun vlucht voor de Egyptische Farao tijd om on gedesemd brood te bakken. Daaruit blijkt dat zij in elk geval desem of zuurdeeg kenden. Een door gisting verzuurd deeg, dat als rijsmiddel ge bruikt wordt om brood te maken. Middeleeuwse brouwers kenden gist onder een aantal namen en wisten dat het een proces veroorzaakte. Maar het bleef een raadsel hoe dit nu precies in zijn werk ging. In de negentiende eeuw ging men in sommige Duitse brouwerijen een gist gebruiken die zeer goede resultaten gaf als de temperatuur van het brouwsel tijdens de vergisting niet hoger werd dan tien graden Celcius. Deze zogenaamde 'ondergist' had bo vendien een gunstige invloed op de

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Vers van 't Vat | 1989 | | pagina 18