Pensioenfonds ziet terug
op drukjaar
De laatste maanden van 1987 waren voor de Stichting
Heineken Pensioenfonds belangrijk en spannend. Nieuwe
statuten, een pensioenreglement, het jaarverslag over 1986
en de perikelen rond de val van de aandelenkoersen
zorgden voor drukke tijden aan het Amsterdamse
2e Weteringplantsoen.
De heer Jansen.
ÜP 10 december heeft de Algemene
Raad van de Stichting de nieuwe
statuten goedgekeurd, waarin is vastge
steld dat het pensioenfonds voortaan ver
slag zal doen aan de directie van
Heineken Nederlands Beheer B.V.
(HNB). Tot voor kort rapporteerde het
fonds direct aan de Raad van Bestuur
van Heineken N.V.. Het betreft hier dus
een organisatorische verschuiving.
De heer J.G. Jansen, hoofd van het
Heineken Pensioenfonds, ziet het als
een logische verandering. "Het fonds
heeft per slot van rekening vooral de me
dewerkers van HNB als klant." Voor de
medewerkers van het pensioenfonds be
tekent dit dat zij eind 1988 zullen verhui
zen van Amsterdam naar Zoeterwoude
De Algemene Raad gaf in december ook
zijn goedkeuring aan een nieuw pen
sioenreglement. Dit was nodig in ver
band met de nieuwe franchiseregeling
(zie Vers van 'tVat 10/1987).
1986
Nog net voor de jaarwisseling leverde
het pensioenfonds de jaarcijfers over
1986 af. Het verslag, dit keer op mooi
glanzend papier en in kleurendruk, is
voor iedereen bij de portier verkrijgbaar.
Jansen over deze aanpak: "Wij brengen,
zoals dat in de statuten staat vermeld, in
de eerste plaats verslag uit aan de Raad
van Bestuur.
Verder is het belangrijk dat ook de deel
nemers aan het pensioenfonds kennis
kunnen nemen van het financiële wel en
wee van hun fonds."
Een opvallende gebeurtenis in het ver
slagjaar was de overdracht van het be
heer van het totale pakket beleggingen
aan een professionele externe vermo
gensbeheerder.
Rotrusco B.V., onderdeel van de
Robeco Groep, draagt nu de zorg voor
het beleggen van een vermogen van bij
na 1 miljard gulden binnen de richtlijnen
van de Beleggings Advies Commissie
van het pensioenfonds.
In 1986 is door het fonds 22,7 miljoen
gulden aan pensioenen uitgekeerd. Ook
betaalde het fonds een bedrag van 18,6
miljoen gulden aan overheidsuitkerin-
gen (o.a. AOW, AWW) door aan de ge
pensioneerden.
De opbrengsten uit beleggingen zoals di
vidend, rente en huren bedroegen over
1986 66,8 miljoen gulden, zo blijkt uit het
jaarverslag. De voorziening voor pen
sioenverplichtingen steeg in 1986 naar
729,6 miljoen gulden; een stijging van
42,9 miljoen gulden. Het exploitatie
overschot tenslotte bedroeg in het ver
slagjaar 20,8 miljoen gulden.
Zoals gebruikelijk is dit exploitatie-over
schot in de pot 'algemene reserve' te
recht gekomen. De algemene reserve be
draagt daarmee eind 1986 in totaal 188,7
miljoen gulden.
Jansen: "Dit is een flink bedrag, maar ik
wil waarschuwen tegen ongenuanceerde
be- en vooroordelingen van deze algeme
ne reserves, zoals kortgeleden nog door
minister Ruding zijn geuit. Deze reser
ves zijn opgebouwd in een aantal 'vette
jaren' met hoge rendementen op de be
leggingen en lage loonstijgingen. Lopen
de rendementen terug, zoals nu het geval
is, en stijgen de lonen weer dan zouden
we de reserves wel eens hard nodig kun
nen hebben.
Koersontwikkeling op de
effectenbeurzen
Op 19 oktober 1987 werd de financiële
wereld opgeschrikt dooreen daling van de
aandelenkoersen op de internationale
beurzen. Aandelenportefeuilles werden
op slag miljoenen minderwaard. Zo ook
dat van het Heineken Pensioenfonds.
Was op 1 oktober 1987 het aandelenver-
mogen nog 300 miljoen gulden waard,
begin december was het nog 190 miljoen
gulden waard, om in de loop van decem
ber weer tot ongeveer 200 miljoen gul
den te stijgen.
"Drukken we de waardevermindering
van de aandelen uit in de waarde van on
ze totale beleggingsportefeuille, dan pra
ten we over een vermindering van 8 a 10
procent", legt de heer Jansen uit. Het
gaat daarbij volgens hem slechts om een
papieren, niet gerealiseerd verlies. Stij
gen de aandelenkoersen dan stijgt ook
de waarde van de aandelenportefeuille
weer. "Verder moeten we ons ook reali
seren dat de aandelenkoersen na de
krach van 19 oktober zijn teruggekeerd
op het niveau dat zij aan het begin van
1987 hadden. De koersstijging van 1987
is dus teniet gedaan. De beleggingen zijn
echter op de lange termijn gericht. We
hoeven niet bezorgd te zijn over de finan
ciële positie van het pensioenfonds",
concludeert de heer Jansen.
30