Verbod op alcholreclame krijgt
geen kamermeerderheid
Glansbeek: "Wij zijn nu aan zet; de bal ligt bij ons
Maandag 7 september werd, in het bijzijn van de verant
woordelijke bewindslieden, minister van Justitie Korthals
Altes, staatssecretaris van Volksgezondheid Dees en staatse
cretaris Evenhuis van Economische Zaken, de nota Alco
hol en Samenleving door de Tweede Kamer behandeld.
De drankenindustrie verenigd in de Stiva (Stichting Verant
woord Alcoholgebruik), maar ook onze onderneming af
zonderlijk, heeft de afgelopen jaren herhaaldelijk te ken
nen gegeven het niet eens te zijn met een aantal door de re
gering voorgestelde maatregelen.
De heer J. Glansbeek.
Tijdens de behandeling van de nota
Alcohol en Samenleving bleek dat
de Tweede Kamerfracties van CDA,
WD en D'66 tegen het regeringsvoor
stel zijn om alcoholreclame te verbieden
op radio, televisie en in de bioscoop. Wel
moeten de alcoholproducenten zo snel
mogelijk met een gedragscode komen en
dient de bestaande Reclamecode voor
alcoholhoudende dranken aangescherpt
te worden. Een meerderheid wil niet dat
de alcoholaccijns wordt verhoogd. De
Kamerleden hadden geen moeite met
het stopzetten van de verkoop van alco
holhoudende produkten bij benzinesta
tions, maar wilden in meerderheid geen
verdere distributiebeperkende maatre
gelen invoeren. CDA, VVD en D'66 zijn
van mening dat de overheid, de hulpver
leners en het bedrijfsleven gezamenlijk
een goed voorlichtingsbeleid op poten
moeten zetten. Door middel van een mo
tie van het CDA-kamerlid mevrouw Jan-
maat-Abee, gesteund door VVD en
D'66, wordt aan de regering gevraagd
om een alcoholreclameverbod op radio
en t.v. niet door te laten gaan. Het is na
melijk niet bewezen dat een dergelijk
verbod bijdraagt aan de alcoholmatiging
en bestrijding van het misbruik, zo staat
in deze motie. Gesteld wordt dat het be
drijfsleven de kans moet krijgen tot zelf
regulering te komen, terwijl men terug
houdend zal moeten zijn bij alcoholrecla
me. De heren W. van Rossum (Marke-
tingonderzoek en Public Affairs en al ja
ren Stiva-adviseur) en J. Glansbeek (Pu
blic Affairs en nauw betrokken bij het al-
coholbeleid) zijn blij met de uitkomsten
van de discussie in de Tweede Kamer.
Van Rossum: "Aan alles wat wij als Stiva
en Heineken over een goed alcoholbe-
De heer W. van Rossum.
leid door de jaren heen steeds maar weer
hebben gezegdis in de nota van het kabi
net voorbijgegaan, Maar nu blijkt geluk
kig dat onze argumenten wel opgevan
gen zijn bij een aantal grote partijen. De
regeringsnota zet de direct betrokkenen
stuk voor stuk buiten spel. De alcohol-
problematiek vraagt juist om een oplos
sing via een breed maatschappelijk
draagvlak. De inzet van alle betrokke
nen, overheid, hulpverleners en bedrijfs
leven is daarbij een vereiste. Ons stand
punt is dat wij, door onze jarenlange er
varing, het beste weten hoe we de consu
ment moeten benaderen. Gebruik die
kennis dan ook om voorlichting te geven
over verantwoord alcoholgebruik, over
wat alcohol is en wat het in je lichaam
doet."
Van Rossum vervolgt: "Wij, de dranken
producenten, zullen nu een gedragscode
moeten opstellen. Ik denk dat we daar
voor een jaar nodig hebben en ik hoop
dat we voldoende tijd krijgen om de co
de te toetsen aan objectieve maatstaven.
De alcoholbranche zal echt drie tot vijf
jaar moeten krijgen om te bewijzen dat
zelfregulering kan."
De heer Glansbeek voegt daaraan toe:
"Er zal nu een gedegen gedrags- en recla
mecode in elkaar moeten worden gezet
en als we daar niet binnen een jaar mee
komen, ben ik bang dat het kabinet als
nog zelf maatregelen neemt. Maar wij
zijn nu aan zet; de bal ligt bij ons. En dat
is een goede uitgangspositie."
3