De heer P. Gregoire
over zijn studie in Birmingham:
"Ik heb duidelijk gemerkt
dat ik een techneut ben"
"Vroeger hield ik niet van studerenIk wilde zo snel moge
lijk werken.Tot ik na mijn militaire dienst ging inzien dat
studie je hogerop brengt. Toen ben ik veel beter mijn best
gaan doen".
Peter Gregoire (44), geboren en ge
togen in Maastricht, glimlacht als
hij aan die periode terugdenkt. Hij heeft
de afgelopen maanden in Engeland ge
studeerd aan de universiteit in Birming
ham. Even terug in de schoolbanken
voor zijn werk bij Heineken om de
kneepjes van het brouwproces te leren.
Deze maand studeert hij af.
"Ik begon deze cursus om 'hogerop' te
komen", vertelt Gregoire in zijn 'tijdelij
ke' kantoor op de afdeling grondstoffen
in Zoeterwoude. "Daarvoor was ik sinds
mei '79 hoofd technische dienst in Den
Bosch. Overgeplaatst vanuit Lagos in
Afrika, waar ik 'chief engineer' was. Den
Bosch vormde voor mij een nieuwe uit
daging. Ik werkte daar met veel plezier
aan een aantal grote projecten. Maar na
een paar jaar is de grootste uitdaging
weg, wil je weer wat anders. Als werk
tuigbouwkundige is het namelijk moei
lijk snel promotie te maken of ander
werk te doen. Er zijn wel wat functies bo
ven je, maar die worden voor het groot
ste gedeelte bezet door relatief gezien
nog vrij jonge mensen. Het is mijn aard
niet zo lang te wachten. Ik wilde een stap
vooruit makenAls je van jezelf vindt dat
je goed werk doet, verwacht je daar een
vervolg op". Peter Gregoire voegde de
daad bij het woord en stapte naar de heer
Horstman, produktiedirecteur in
Nederland. Gregoire: Toen is voor mij
geregeld dat ik die cursus kon volgen".
Eenzaamheid
Gregoire kwam tussen twaalf andere stu
denten in de schoolbanken terecht om
het brouwproces te leren. "De studie be
stond uit zes onderdelen, die elk na vijf-
ëneenhalve week geëxamineerd wer
den. Daarna kregen wij een toets over de
gehele examenstof. Maar gelukkig was
er ook veel praktijk. Ik heb trouwens
duidelijk gemerkt dat ik een techneut
ben. Ik ben gewend berekeningen te ma
ken, terwijl ik bij deze studie alles moest
beschrijven. Dat was wel even wennen.
Als er zo af en toe een formule in de exa
menstof stond, ging ik watertanden,
maar mijn medestudenten schrokken
zich wild".
De studie duurde negen maanden. Een
periode van eenzaamheid. Gregoire: "Ik
woonde in een piepklein studentenhuis
je. Weg van gezin, vrienden en kennis
sen. De gemiddelde leeftijd van mijn me
destudenten lag tussen de 24 en de 28
jaar. En daar zat ik als 44-jarige tussen,
toch wel een beetje de 'oude bal' van de
club. Niet dat ik geen prettig contact met
ze had, dat wel. Maar je hebt een heel an
dere belevingswereld dan zij. Als je de
veertig gepasseerd bent, ga je bijvoor
beeld niet meer een avondje stappen zo
als studenten dat doen. Je hebt ook het
gevoel dat je er niet zo maar even uit
kunt. Je kunt moeilijk je baas bellen en
zeggen: 'sorry, maar ik ben gezakt'. Maar
om de vijf weken stapte ik donderdag
avond op de boot om het weekend bij
mijn gezin in het Brabantse Helvoirt
door te brengen. Dan gaf de universiteit
namelijk de vrijdag vrij om te leren".
Proefbrouwsels
Zijn afstudeeropdracht maakte Peter
Gregoire in Nederland, omdat de univer
siteit weinig faciliteiten bood. Gregoire:
"Bovendien was het een opdracht die ik
voor Heineken maakte. Ik onderzocht
proefbrouwsels die ik bijvoorbeeld sa
menstelde uit vijftig procent sorghum,
een Afrikaans graanprodukt en een even
grote hoeveelheid mout. Datzelfde deed
ik met Afrikaanse mais en rijst. Het is de
bedoeling dat van lokale Afrikaanse
grondstoffen bier wordt gebrouwen, dat
van een goede kwaliteit is." Maar waar
om Afrikaanse grondstoffen? Gregoire:
"In Afrika groeit geen gerst. Dat kan al
leen maar in een gematigd klimaat. Afri
kaanse landen moeten altijd mout impor
teren en daar is buitenlandse valuta voor
nodig. Nigeria heeft nu met ingang van 1
januari 1988 besloten de invoer van
mout stop te zetten. Dat betekent dat je
op Afrikaanse grondstoffen bent aange
wezen om bier te brouwen. Vandaar dit
onderzoek. Overigens bevindt Heine
ken zich in een uitzonderlijke positie.
Niet elke brouwerij heeft de mogelijkhe
den dit soort research-werk te doen.
Meestal wordt het uitbesteed aan derden
en dan moet je maar afwachten wat voor
resultaten je krijgt".
23