Wie is die meneer
daar inde hoek?
Sssst. Dat is de ingenieur zelf.
brood en een fles Beerenburg moesten
verder de herinnering aan de tocht nog
even levendig houden. Aangezien de
heer Pels Rijcken al jarenlang lid is,
mocht hij om half zes starten. Om half
elf 's avonds -zeventien uur later-
bereikte hij op zijn Friese doorlopers
de finish. Niet dat er toen een einde
kwam aan alle vermoeienissenwant er
moest nog een grote afstand per trein
worden afgelegd, voordat een bed in
zicht kwam...
"Onderweg denk ik: nooit doe ik meer
zoiets, waar je zo moe van wordt", zegt
Onne Nijboer van de expeditie in Alk
maar. Dat hij dit voornemen niet in
daden omzet, blijkt telkens weer.
Diverse malen reed hij de alternatieve
Elfstedentochten in het buitenland,
vorig jaar nam hij deel aan de échte en
daartussendoor komt hij uit als 'vete
raan' bij de regionale en landelijke
schaatsmarathonwedstrijden. Ook nu
was hij present. Ondanks een ongeluk
vorige zomer, waarbij hij zijn knie
schijf brak. "In oktober kon ik nog niet
lopen, in december ben ik weer met
schaatsen begonnen. Ik heb gereden
met twee pennen door mijn knie
heen."
Waar hij overigens het meest last van
had waren zijn bevroren ogen. Het pro
bleem was ontstaan bij het lopen na de
start. "Met een bril op kun je niet
lopen. De eerste uren in het donker zet
je hem ook niet op. Ik dacht steeds, als
ik maar eerst een goede groep hebDat
gebeurde eindelijk bij Sneek, toen ik
bij de kopgroep kwam. Maar toen was
mijn bril al bevroren. Bij Stavoren
kreeg ik een waas voor de ogen. Dan
ga je van plaats naar plaats rijden."
Doordat Nijboer niet meer zo goed
kon zien, miste hij de tweede en alle
volgende verzorgingsposten langs de
route. Het gevolg was een verzwak
king, waardoor het zeven uur en drie
kwartier duurde, een half uur binnen
de toegestane tijd, voordat de wed
strijd erop zat. "Ik heb die woensdag
middag na aankomst mijn ogen dicht
gedaan en pas vrijdagochtend weer
voorzichtig geopend."
Behalve mensen met meer ervaring als
Marien Loots en Corry Vergeer uit
Zoeterwoude waren er dit jaar ook
debutanten. De heer J.W.H. van Soest
bijvoorbeeld, van de plaatselijke admi
nistratie in Bunnik, die de tocht in elf
uur wist te volbrengen. Of de Zoeter-
woudse portier Ton Hoogeveen, die
evenals de heer Van Soest na de vorige
Elfstedentocht lid is geworden. Zijn
voorbereiding op de schaats telt niet
meer dan tweehonderd kilometer in
totaal. Maar hij beschikt over een
goede conditie. "Ik zat alleen in over
materiaalpech. Maar dan had ik vast
onderweg nog wel een paar schaatsen
in mijn maat weten te vinden" Met
pech begon de befaamde ochtend ove
rigens wel. In de bus naar de Friesland
hal bemerkte Hoogeveen dat hij in alle
opwinding om op tijd te vertrekken,
zijn schaatsen was vergetenEen taxi
chauffeur, die al drie passagiers had,
was best bereid eerst even naar Hooge-
veens pension en de Frieslandhal te rij
den, alvorens zijn eigenlijke rit te her
vatten. Die moeite was niet tevergeefs
geweest, want vijftien uur later kon
Ton Hoogeveen zich scharen bij het
legioen van kruisdragers.
Wellicht het meest enthousiast van
allen zijn de twee heren die vóór de
finish de tocht hebben gestaakt: hoofd
personeelszaken bier R.E. Hinze en
algemeen directeur Gedistilleerd en
Wij ngroep Y. HMNFolmer. Toen de
heer Hinze vorig jaar lid werd, was niet
het hoofddoel de tocht te volbrengen,
maar de sfeer te ondergaan. "In die
opzet ben ik geslaagd. Het was gran
dioos. Voor ieder die sportief is, is het
echt iets om mee te maken." Daarom
vindt hij het niet zo erg 'slechts' tot
Bolsward (100 kilometer van de finish)
te zijn gekomen. "Het was toen drie
uur en ik zou de finish toch niet meer
op tijd kunnen halen." Het elfsteden-
virus heeft hem in ieder geval aangesto
ken. "Als volgend jaar de kans aanwe
zig is dat er opnieuw een tocht is, ga ik
me er zeker meer serieus op voorberei
den." De heer Folmer, gelijktijdig met
Hinze gestart, heeft eveneens het voor
nemen volgend jaar enige dagen vrij te
nemen om te schaatsen. Hij ziet met
spijt terug op z'n opgave. Kromme
noren, niet voldoende conditie en tijd
nood waren daarvan de voornaamste
oorzaken. "Om negen uur was ik bij
Bartlehiem. Al die tijd in het donker
dacht ik 'als ik om tien uur in Dokkum
benga ik door'Maar ik was er pas om
vijf over half elf. Toen ben ik er mee
opgehouden. Er gaat dan wel wat door
je heen..Ik heb ook groot respect voor
degenen die de finish hebben
gehaald." De beste herinneringen
bewaart de heer Folmer aan de bereid
willigheid van de toeschouwers. "Het
meest indrukwekkend vond ik het
publiek buiten de steden. Zij moedig
den aan, gaven je proviand, hielpen bij
de kluunplaatsen. Een ervaring op
zich."