'Alcoholmisbruik los je niet op
met regeltjes en verboden9
WEL NIET
drinken? rijden!
COMMENTAAR VAN STIVA-ADVISEUR W.F. VAN ROSSUM OP
ALCOHOLMATIGINGSBELEID VAN DE OVERHEID:
Het gebruik van alcohol staat volop in de belangstelling.
Niet in de laatste plaats doordat het onderwerp vorig jaar
extra actueel werd. Medio december presenteerde de
Staatssecretaris van Welzijn, Volksgezondheid en Cul
tuur, drs. J.P van der Reijden, de langverwachte ont-
werp-nota Alcohol en Samenleving' - over een samen
hangend alcoholmatigingsbeleid -.
Deze ontwerpnota moet,nadat
de betrokken organisaties hun
reacties hebben gegeven,
omgezet worden in een definitieve
nota. En die moet uiteindelijk uitmon
den in een nieuwe alcoholwetgeving.
Een proces dat al heel wat jaren aan de
gang is. Dc toezeggingen van de over
heid dat deze alcoholwetgeving zal
komen dateren al van 1975. Maar het
resultaat van tegen als we afgaan op de
zeer uitvoerige reactie van de Stiva, de
Stichting Verantwoord Alcoholgebruik
waarin fabrikanten en importeurs van
alcoholhoudende dranken in Neder
land zich hebben verenigd.
Vers van 't Vat sprak met de heer W.F.
van Rossum (van de afdeling Marke
ting en Onderzoeken Public Affairs bij
Heineken in Zoeterwoude) die binnen
de Stiva de functie van adviseur
inneemt, over het Stiva-standpunt en
de achtergronden.
De kritiek die de Stiva heeft geuit op
de ontwerp-nota is niet mals. 'Onvolle
dige en onjuiste gegevens', 'aanvecht
bare stellingen' en 'in-effectieve maat
regelen' zijn enkele kanttekeningen
die de Stiva bij de ontwerp-nota heeft
geplaatst.
Geen onderscheid
Een van de grootste bezwaren die de
Stiva heeft is dat in de nota geen onder
scheid wordt gemaakt tussen verant
woord alcoholgebruik enerzijds en
misbruik van alcoholhoudende dran
ken anderzijds. De staatssecretaris
gaat er vanuit dat door een serie maat
regelen, die het gebruik van alcohol
moeten verminderen, automatisch het
misbruik teruggedrongen zal worden.
Maar dat is voor de Stiva een stelling
die nergens op stoelt, en waarvoor ook
geen wetenschappelijke bewijsvoering
aanwezig is. Van Rossum: "Met die
voorgestelde maatregelen, gebaseerd
op de onjuiste theorie, tast men hoog
uit het gewone gebruik aan maar wordt
misbruik ongemoeid gelaten. Terwijl
wij van mening zijn dat juist het mis
bruik een gerichte aanpak verdient."
Misbruik vindt z'n oorsprong volgens
de Stiva bij de tegenstrijdige houding
die bij de bevolking is ontstaan t.a.v.
alcoholgebruik. Enerzijds wijst men
teveel drinken van de hand, maar aan
de andere kant accepteert men het als
er bij bepaalde gelegenheden zoals
oud en nieuw, bruiloften en carnaval
wel veel wordt gedronken. Ook van
cultuurbepalende televisie-series zoals
Dallas gaat, met name voor de jeugd -
die zich spiegelt aan haar 'voorbeel-
Een van de Stiva-campagnes, zoals
recent in de dagbladen te zien.
den' - een negatieve invloed uit. Aan
die tegenstrijdige houding wordt naar
de mening van de Stiva in de nota veel
te weinig aandacht besteed, terwijl
daar de oorzaak van alcoholmisbruik
gezocht moet worden. Misbruik ont
staat volgens de heer Van Rossum
doordat mensen een probleem hebben
dat zij niet kunnen verwerken en waar
mee zij niet kunnen leven. "En dat lost
men niet op door accijnsverhoging, het
beperken van de verkooppunten of re
clame-beperkende maatregelen. Kijk
maar naar Oostbloklanden als Honga
rije en Polen waar ondanks dergelijke
maatregelen het gebruik en het mis
bruik van alcohol het snelst stijgen."
Reclame
Het verbieden van reclame voor alco
holhoudende dranken op radio en tele
visie is een voorstel uit de ontwerp-
nota waarvan de Stiva geen enkel
effect verwacht. Onderzoek in het bui
tenland heeft dat al aangetoond. In
eigen land ging in die periode 1980-
1984 het budget voor ether-reclame
(radio en tv) voor alcoholhoudende
dranken van 13 naar 22 miljoen gulden
terwijl het totale gebruik van alcohol
houdende dranken in die periode niet
is gestegen. Sterker nog: de meeste
reclametijd werd aangewend voor
gedistilleerde produkten terwijl dat
segment in die periode juist in volume
daalde. Het effect van deze reclame
boodschappen is veeleer dat consu
menten van merk wisselen (of juist het
eigen merk trouw blijven!) en niet een
verhoging van de consumptie.
Constante consumptie
Wat de totale consumptie betreft zit de
Nederlander trouwens toch al aardig
aan z'n maximum, als we het hoofde
lijk vochtgcbruik bekijken. De hoe
veelheid vocht die we in Nederland per
hoofd van de bevolking tot ons nemen
is al jaren tamelijk constant: ongeveer
600 liter per jaar. En de alcoholhou
dende dranken vertonen - net als melk,
koffie, thee en frisdrank - een vrij sta
biel patroon. Dat is ook vrij logisch,
omdat er voor iedereen een bepaald
verzadigingspunt is wat betreft de hoe
veelheid vocht die men tot zich neemt.
In dat patroon treden slechts verschui
vingen op. Bijvoorbeeld omdat men
meer thee gaat drinken wanneer de
koffieprijs sterk stijgt.
Beperking van distributie
Volgens Van Rossum wordt in de ont
werp-nota van Van der Reijden teveel
uitgegaan van een strenge aanpak,
waardoor men dénkt het misbruik van
alcohol te kunnen verminderen. Maar
de Stiva verwacht van die voorgestelde
maatregelen weinig heil. Het reclame
verbod is in dit kader al genoemd. Een
ander voorbeeld betreft de distributie-
beperkende maatregelen. Geen alco
holhoudende dranken meer verkopen
via o.a. bezinestations en avond- en
zondagswinkels zal volgens de staatsse
cretaris het misbruik van alcohol moe
ten verminderen. 'Nonsens' zegt de
3