De onderzoeken
van Julesz
en Reichardt
Het onderzoek van dr. Julesz heeft
zich voornamelijk toegespitst op
het ruimtelijke of stereoscopische
beeld. Wie om de beurt met zijn lin
ker en rechter oog kijkt, ziet twee
keer iets anders. Als we met beide
ogen kijken, overlappen de beelden
elkaar gedeeltelijk. Daardoor zien
we diepte. Met behulp van een com
puter heeft dr. Julesz beelden ont
worpen die bestaan uit een verza
meling 'willekeurig geplaatste
zwarte en witte vierkantjes. Wordt
een aantal hokjes, die samen een
figuur vormen, naar elkaar toe
geplaatst, dan springt dat figuur
naar voren als het door een stereo-
scoop wordt bekeken. Dat beeld
ontstaat in de hersenen. Dank zij
zijn ingenieuze computerprogram
ma's kon dr. Julesz nu vaststellen in
welke volgorde bepaalde bewerkin
gen plaatsvinden in onze hersenen,
voordat we het stereoscopische
beeld waarnemen. Met dit inzicht
worden betere mogelijkheden ver
kregen voor onderzoek naar
gezichtsstoornissen.
De verdiensten van prof. dr.
Reichardt liggen met name op het
terrein van visuele informatiever
werking. In het bijzonder het zien
van beweging. Professor Reichardt
gebruikte nieuwe methoden om het
werkingsmechanisme van het zien
van beweging te analyseren. Al in
de vijftiger jaren begon hij de bewe
gingen van vliegen te bestuderen. In
een ronde trommel hing hij een (ge
wone huis, tuin en keuken-) vlieg
aan een draadje. De vlieg kon op
die manier niet naar voren vliegen,
maar wel vliegbewegingen maken.
Zo werd gemeten hoe de vlieg rea
geerde bij het zien van verschillende
patronen op de trommelwanden,
die ook op verschillende snelheden
werden rondgedraaid. Professor
Reichardt maakte berekeningen
om te weten hoeveel zenuwcellen
geactiveerd moesten worden in het
zenuwcentrum van de vlieg, voor
dat hij zijn vleugels in werking zette.
De conclusie is dat beweging nodig
is (hetzij van het oog, hetzij van het
omgevingsbeeld) om goed te kun
nen zien. Voorwerpen die in bewe
ging zijn, vallen bovendien meer op
dan stilstaande. Uit het onderzoek
blijkt dat het werkingsmechanisme
van het zien bij alle levende wezens
volgens hetzelfde principe verloopt,
of het nu om een vlieg gaat of om
een mens met een veel ingewikkel
der zenuwstelsel.
Duidelijk voorbeeld
Na een welkomstwoord door prof. dr.
J.H. van der Waals, voorzitter van de
afdeling Natuurkunde van de Akade-
mie, lichtte prof. dr. J.W. Kuiper de
keuze van de jury toe. Hij legde uit dat
de commissie van voorbereiding tot
toekenning van de dr. H.P. Heineken
Prijs andere academies en wetenschap
pers vraagt kandidaten voor te dragen.
Vooral aan het oordeel van de geleer
den hecht de commissie veel waarde.
Als aardig detail noemde professor
Kuiper dan ook het feit dat de heren
Julesz en Reichardt beiden een kandi
daat hadden opgegeven: elkaar. Aan
gezien de jury niet kon beslissen wie de
kampioen was in het verstrekken van
een diep inzicht in de wijze waarop het
zenuwstelsel visuele informatie ver-
Hartelijk wel-►
kom voor
Z. K. H. prins
Claus.
Met behulp van
een speciale bril
wordt het effect
van ruimtelijke
diepte zichtbaar.