J.A. Schiphorst
Ziet de toekomst
met vertrouwen
tegemoet
Toen de heer J.A. Schiphorst, de
huidige correspondent voor Zoe-
terwoude, in februari 1980 in
dienst trad bij de afdeling personeels
zaken op die vestiging, maakte hij
dezelfde dag al kennis met Vers van 't
Vat. Dat zat namelijk in de introductie
map die hij als nieuwe medewerker
kreeg. Zijn werkzaamheden als corres
pondent voor Vers van 't Vat startten
een paar maanden later in Amster
dam, waar hij voor een periode van
twee jaar tijdelijk werkzaam is geweest
bij personeelszaken. Na die periode
eenmaal terug in Zoeterwoude, zette
hij het daar voort toen op de Zoeter-
woudse vestiging inmiddels ook een
vacature op dat gebied was ontstaan.
Zwak voor schrijversvak
Voor het schrijversvak heeft Schip
horst een zwak. "Mijn eerste baan was
journalist bij de stadsredactie van de
Haagsche Courant", legt hij uit. "Ik
vond dat echt een heel leuk vak. Maar
ik woonde in Leiden en wilde niet naar
Den Haag of Zoetermeer verhuizen,
hetgeen vereist was omdat je als stads-
redacteur in de plaats moet wonen
waarover je schrijft. In Leiden zelf had
den ze geen plaats bij kranten van die
uitgeversmaatschappij. Aangezien ik
er ook weinig voor voelde voor een
blad te werken dat het moet hebben
van nieuws 'maken' (dat vind ik nu een
maal stuitend), heb ik een ander vak
gezocht."
Eigen aanpak
Zo kwam hij terecht bij personeelsza
ken. In Zoeterwoude houdt hij zich
bezig met de afdeling verpakken (circa
500 medewerkers) en tijdelijk de
interne dienst en magazijn intern
transport. "Het aantrekkelijke van
werken met operationele diensten is
dat het rendement altijd voorop staat
in de produktie. Dat vraagt van een
personeelsfunctionaris veelal snelle
beslissingen ter plaatse". Het liefst zou
Schiphorst binnen 2 a 3 jaar kennis
hebben gemaakt met alle operationele
diensten binnen de produktie. "Ik
houd wel van een verandering", licht
hij toe. "Iedere brouwerijvestiging,
iedere afdeling is anders en heeft een
eigen, aparte, aanpak nodig. Zo
merkte ik dat er duidelijk verschillen
bestaan tussen de Van der Helststraat
en Zoeterwoude. Het is hier veel
grootschaliger, minder intiem. Iedere
produktieafdeling vormt als het ware
een eigen onderneming door het grote
aantal medewerkers. Je merkt dan ook
dat de sfeer in Zoeterwoude anders is
dan in Amsterdam. Daarom vind ik de
contactbiertjes bijvoorbeeld een heel
goede zaak. Op die middagen zie je dat
kantoor- en produktiepersoneel zich
vermengt. Dat kan ertoe bijdragen dat
de onderlinge verstandhouding, en
daardoor de sfeer, verbetert".
P.Z. als servicedienst
Al vond de heer Schiphorst de journa
listiek een aardig vak, hij heeft er geen
spijt van dat hij personeelsfunctionaris
is geworden. "Dit is echt een vak dat
door de ontwikkelingen in de maat
schappij aan vee] veranderingen onder
hevig is. Op die ontwikkelingen moet
je constant inspelen. Wat ik zo aardig
vind van mijn werk is het sociale con
tact met de mensen. Ik hoop ook dat
hen duidelijk wordt dat we hier als een
soort servicedienst zitten. Vaak zien de
mensen alleen de positieve zaken, den
ken dat we er alleen zijn om te werven
en sollicitanten te ontvangen en jubilea
bij te wonen. Of ze zien uitsluitend de
negatieve aspecten, denken dat we
boemannen zijn. Een gulden midden
weg bestaat er eigenlijk niet. Dat is
jammer, want als personeelsfunctiona
ris houd je je onder meer ook bezig
met loopbaanbegeleiding, salarisin-
passingsvoorstellen, toepassen van de
regelingen en C.A.O.'s binnen Heine-
ken. Daarnaast hebben we veel con
tact met de personeelsadministratie en
wekelijks overleg met de gehele opera
tionele P.Z.-dienst, bedrijfsgezond
heidsdienst en de sociaal werkster. Als
er een probleem is, is het niet belang
rijk waar dat binnenkomt. We zijn één
team dat ervoor moet zorgen dat er
een oplossing komt voor dat pro
bleem".
Spreekuur
Drie keer per week houdt Schiphorst
ook 'spreekuur' op de afdeling verpak
ken. "Dat is ingesteld omdat de
afstand tussen produktie en kantoor
toch wel groot is. Niet in figuurlijke
maar in letterlijke zin. Die mannen
kunnen vaak niet de tijd missen, die er
nodig is om van hun afdeling naar mijn
kamer te lopen en weer terug. Daarom
ga ik naar hen toe. Je kunt ook merken
dat de Nederlandse cursus die aan de
'anderstaligen' is gegeven gunstig heeft
gewerkt. Het is logisch dat er toch
soms communicatiestoornissen optre
den. Maar ik vind niet dat wij daarom
ook andere talen moeten leren. Daar
zijn die medewerkers zelf ook niet bij
gebaat: ook buiten werktijd moeten ze
zich in winkels en bij overheidsinstel
lingen in het Nederlands kunnen red
den", is de uitgesproken mening van
Schiphorst hierover.
Bevoorrecht
De heer Schiphorst hecht veel belang
aan een goede voorlichting. Als voor
beeld waarvoor dat van toepassing is,
noemt hij de invoering van de vier-
ploegendienst per 1 januari 1986 te
Zoeterwoude. "We zitten nu midden
in de aanloop naar de 36-urige werk
week. Natuurlijk zijn er bij de mede
werkers vragen over zo'n onderwerp,
wanneer dat bekend wordt. Ik vind dat
je niet iets mooier mag afschilderen
dan het is, maar een eerlijke, goede,
voorlichting is noodzakelijk. Zo kun je
eventuele weerstanden wegnemen.
Als door de leiding een beslissing is
genomen, moet die nu eenmaal door
eenieder worden gevolgd. Dat is in het
belang van de onderneming. Wat ons
bedrijf betreft, zie ik de toekomst met
vertrouwen tegemoet. Ik ben van
mening dat alles hier bespreekbaar is.
Ons sociaal beleid is goed; als je naar
andere bedrijven kijkt, zijn we toch
wel bevoorrecht".