a
W. Everse
liever met
een gistpers
dan met paarden
gHHHfHHHH
f
r.vt
M M
t.'. J
M M
N Mé
bV jP.V.
Nee hoor, een paar uurtjes
maar" antwoordt de heer
Everse steevast aan eenieder
die hem vraagt of hij de gehele dag in
die koude gistpersruimte moet door
brengen. In de gistpersruimte heerst
namelijk de bijna ijselijke tempera
tuur van 1°C. Dat is ook nodig, want als
de temperatuur stijgt, kan de gist
bederven. Bovendien zorgt die tempe
ratuur er mede voor dat de ruimte ste
riel blijft. Maar de heer Everse is er aan
gewend. Een jas of een trui bescher
men hem tegen een verkoudheid, al is
aan zijn blozende gelaatskleur te zien
dat hij toch de zon prefereert.
Kwart eeuw in dienst
Als dit nummer verschijnt, heeft de
heer Everse net zijn 25-jarig jubileum
achter de rug. Voor de buitenwereld is
het bereiken van dit kroonjaar min of
meer ongemerkt voorbijgegaan,
omdat hij voor de alternatieve regeling
heeft gekozen. "Ik houd niet van al die
poes-pas", is zijn verklaring daarvoor,
"Ik kies liever voor de reis." In die 25
jaren heeft de heer Everse bijna altijd
bij de brouw- en gistkelder in Rotter
dam gewerkt. Voordat hij wegens
gezondheidsredenen naar de gistpers
ruimte overging, was hij werkzaam als
assistent gisten en lageren in Zoeter-
woude. "Dat was een vijf-ploegen
dienst. Nu zijn die ploegendiensten
ook niet alles, vooral niet omdat je ook
in het weekend moet werken, maar het
is wel gezellig. Je hebt veel contact met
je collega's. Dat is hier natuurlijk min
der, want hier zit ik eigenlijk alleen."
Bierpopmp
"Een van de prettigste afdelingen vond
ik het brouwhuis in Rotterdam. Ik
weet nog goed, dat je daar een bier-
pomp had waar penningen ingegooid
moesten worden om een halve liter
bier te krijgen. Toen ik jong was, werd
ik daar vaak heengestuurd, met een
groenteblikje. Voor de mensen die in
het brouwhuis werkten, moest dat
blikje dan extra gevuld worden, want
het was warm op de afdeling. Ja, ze
hielden wel van een potje bier. Maar
het werk ging altijd goed door. Natuur
lij k zijn de werkzaamheden door het
groeien van de brouwerij gejaagder
geworden. Minder gezellig, maar ook
minder zwaar. Ik zeg altijd dat het
grote verschil tussen nu en vroeger is
dat toen iedereen altijd voor elkaar
klaar stond".
Bier, gist, bier
In de gistpersruimte waar de heer
Everse sinds een jaar nu werkt, wordt
de Amstel of Heineken gist uit de gist-
bewaartanks omhooggepompt. Deze
gist wordt opgevangen in nylon zak
ken, waarna de zakken onder een pers
worden gelegd. Na ongeveer een uur
persen is dan droge gist overgebleven.
Deze moet nog circa een uur onder
druk donker bewaard worden, waarna
het in blik wordt verpakt. De blikken
met een inhoud van 8 kilo netto gist
worden vervolgens door de heer
Everse in plastic verpakt, waarna zij
omgeven door ijskruiken in piep
schuim worden geplaatst. "Wanneer
het klaar is, bel ik op naar het bedrijfs
bureau. Deze afdeling laat het dan
door de garage naar Schiphol brengen,
waarvandaan het naar onze diverse
buitenlandse brouwerijen wordt
gevlogen. In het buitenland vermengt
men het weer met wort, zodat er aldaar
mee gebrouwen kan worden. Per
maand stuur ik zo'n honderd blikken
gist weg."
Hygiëne
Wat heel belangrijk is bij het werk van
de heer Everse, is de hygiëne. Al val
len de mussen op het moment van het
gesprek met hem, bijna dood van het
dak, de gistpersruimte is verboden ter
rein voor eenieder die er slechts naar
binnen zou willen om wat verkoeling te
zoeken. "De ruimte moet steriel blij
ven. Daarom moet ook die tempera
tuur constant laag zijn. Bovendien rei
nig ik de ruimte 's ochtends en
's avonds met een desinfecterend mid
del. Als dit middel goed is ingetrok
ken, dient het er weer zorgvuldig afge
22
spoeld te worden voordat de appara
tuur kan worden gebruikt. Natuurlijk
wordt dat uitgebreid gecontroleerd.
De gist die uit de gistbewaartanks
komt, is al biologisch goedgekeurd.
Maar ook in geperste vorm worden er
monsters van onderzocht, terwijl
tevens de temperatuur wordt gecon
troleerd. Het is echt nauwkeurig
werk."
In de ban van paardesport
Een van de voordelen om in dagdienst
te werken, is voor de heer Everse het
feit dat hij nu meer tijd heeft voor pri-
vézaken en dan met name voor zijn
liefhebberij, de draf- en rensport.
Duindigt en Hilversum zijn de banen
waar hij elk weekeindemaar ook vaak
's avonds door de week, te vinden is.
"Dat doe ik al twintig jaar. Ik ken dan
ook veel trainers, eigenaars en
pikeurs. Ik praat met hen over de vorm
waarin de paarden verkeren. Toch
blijft het wagen van een gokje moeilijk
ondanks het inzicht dat je in die jaren
hebt verkregenomdat het nu eenmaal
levende wezens zijn. Die paarden heb
ben ook wel eens een slechte dag.
Maar daarover tippen die trainers je
niet. Het is voor mij dan ook geen
winstgevende zaak. Ik zie het echter
meer als een uitj eAls j e echt wilt gok
ken om geld te verdienenmoet je rou
lette of lotto spelen. Het gaat mij meer
om de paarden. Bij elke grote prijs,
zoals de Prijs der Lage Landen, en
klassieker ga ik er heen, waar ook in
Nederland". De vraag ligt dan natuur
lijk voor de hand of de heer Everse niet
liever werkzaam zou zijn in de paarde
sport in plaats van bij een brouwerij
Hij hoeft er echter niet lang over na te
denken om die vraag ontkennend te
beantwoorden. "Nee hoor, dat is me
veel te hard. Wat dat betreft is het een
echte geldsport met veel jaloezie, als je
erin zit. Ik vind het alleen leuk als hob
by, om gezeten aan mijn vaste tafel in
het restaurant, naar de verrichtingen
van die paarden te kij ken