J. Keiler
"Ik werk niet met
(persoons)nnmmers
maar met mensen"
Op de pagina hiernaast heeft u
al kunnen lezen over het pensi
oenfonds in Amsterdam.
Daarop aansluitend is dit maal de
hoofdpersoon van deze rubriek ook
werkzaam bij deze afdeling. Het is de
heer J. Keiler. Voor de puzzelliefheb
bers zeker bekend als maker van kruis
woordpuzzels en voor de gepension
eerden als diegene die zorgt voor de
uitbetaling van hun pensioen.
Toen de heer Keiler van school kwam,
wilde hij gymnastiekleraar worden of
medicijnen gaan studeren. Beide keu
zes waren in de vooroorlogse jaren
moeilijk te realiseren, zodat hij ten
slotte op een accountantskantoor te
recht kwam. Na lange tijd in Indië ge
woond en gewerkt te hebben, kwam
hij vanwege de gezondheid van zijn
zoon in 1951 naar Nederland terug. In
dat zelfde jaar trad hij in dienst bij
Heineken als financieel medewerker
bij de toenmalige afdeling buitenland.
Van deze afdeling naar het pensioen
fonds in 1960 was niet zo'n erg grote
stap qua taakomschrijving.
Persoonlijk
Ondanks de administratieve en con
trolerende functie, heeft de heer Kei
ler een intensief persoonlijk contact
met de gepensioneerden. Wij werken
niet alleen met getallen maar ook met
mensen. "Als ik op een bijeenkomst
van gepensioneerden een mevrouw
ontmoet van wie ik direct de meisjes
naam weet, is ze meestal verrast. Op
gegeven moment bereik je een leeftijd
waarop er een bepaalde geestelijke
rust over-je komt. Je weet dat je nog
maar een paar jaar tot je pensioen te
gaan hebt. Geestelijk bereid je je
daarop voor met in het achterhoofd
het idee dat je pensioen vanzelf op je
rekening wordt overgemaakt. Maar
als het dan eenmaal zover is, ontstaan
er vaak toch problemen. Allereerst fis
caal. Van januari tot april word ik dan
vaak gebeld in verband met vragen
over het invullen van de belastingpa
pieren. Of gepensioneerden, die den
ken dezelfde functie vervuld te heb
ben, vergelijken hun pensioen en ko
men dan tot de ontdekking dat ze niet
hetzelfde maandelijkse bedrag krij
gen. Dat zoeken wij voor hen uit.
Daarnaast wordt het pensioenfonds
beschouwd als vraagbaak voor alle
mogelijke zaken. Zijn er echte proble
men waar de mensen graag advies over
willen hebben, dan proberen wij zo
goed mogelijk een oplossing daarvoor
te bedenken. Hoeveel tijd dat kost,
speelt daarbij geen rol. Het gaat er om
dat de mensen tevreden zijn over hun
pensioen. Als wij daar op een manier
aan kunnen bijdragen, doen wij dat.
Het is een vorm van goodwill. De
goodwill die het concern naar buiten
toe heeft, houdt niet op als iemand 65
is. De mensen hebben ook een groot,
bijna rotsvast, vertrouwen in het
fonds. 'Als het pensioenfonds dat zegt,
zal het wel zo zijn', is meestal de opvat
ting."
Stiptheid
Net zoals elke actieve medewerker
zijn salaris op de 15e van de maand
krijgt, zo moeten ook de 1300 gepensi
oneerden, weduwen en wezen op die
datum hun geld krijgen. "Wij moeten
er voor zorgen dat dit bedrag, vastge
steld door de wiskundekamer van het
fonds, dan overgemaakt is. En wat
meer is, het dient ook juist te zijn",
zegt de heer Keiler beslist. "Mocht er
bij ons iets niet kloppen op onze eigen
salarisspecificatie, dan weet je dat het
de volgende maand gecorrigeerd zal
zijn. Maar zo iets kun je tegen een ge
pensioneerde niet zeggen. Die mensen
hebben nu veel meer tijd om na te den
ken en leven bewust van dag tot dag.
Als je zou zeggen 'dat komt volgende
maand wel goed', antwoorden zij 'dan
ben ik misschien al lang dood'."
Durf te leven
De heer Keiler kan aan het eind van
een werkdag de problemen meestal
goed van zich afzetten. Er was een tijd
dat hem dat niet lukte. "Toen ik in '60
bij het pensioenfonds kwam, deed ik
het werk, dat we nu met zijn drieën
doen, alleen. Het viel niet mee naast al
je drukke werkzaamheden ook de so
ciale kant van deze functie goed te ver
werken. Dan knap je een keer af." Na
tien jaar kreeg hij dan ook een hartin
farct. Omdat toen ook de medische
begeleiding nog niet goed was, had hij
het daarmee een tijd lang moeilijk.
"Tot ik op een keer in een artikel de
uitspraak van een professor las: 'Voel
je je hart? Wees blijdan weetje zeker
dat je nog leeft'. Voor mij was dat de
sleutel en sindsdien durf ik weer te le
ven. Ik ben ook niet bang dood te
gaan. Alleen vind ik dat het mijn tijd
nog niet isJe zou ook kunnen zeggen
dat hij er voorlopig nog geen tijd voor
heeft. Als hij over drie jaar de pensi
oengerechtigde leeftijd bereikt, zal het
hem niet moeilijk vallen zijn dagen te
vullenZoals hij zich in zijn werk graag
met mensen bezig houdt, zo doet hij
dat privé ook. Zo is hij bijvoorbeeld in
het dorp waar hij sinds acht jaar
woont, Sijbekarspel, voorzitter van
het dorpshuis, lid van de orgelcommis
sie en van het oudercomité."
Voorspelling uitgekomen
Voorlopig kwijt hij zich nog het groot
ste gedeelte van de dag aan de gepensi
oneerden, die hem na aan het hart lig
gen. "Ergens ben je gek in je vak. Je
moet eigenlijk acht uur per dag wer
ken, maar gevoelsmatig doe je dat 24
uur." Omdat de medicijnen, en met
name de homeopathie, hem nog
steeds trekken, twijfelt hij eraan of hij
hetzelfde vak zou kiezen als hij het nog
eens over mocht doen. "Waarschijn
lijk toch wel, want het heeft alles in
zich dat ik graag doe. En als ik me het
rapport herinner dat een astroloog in
'51 over mijn toekomstige carrière
heeft gemaakt, past het ook bij mij.
Hij noemde daarin namelijk enerzijds
dierenliefde en anderzijds dat ik een
sociale functie in het leven zou krijgen,
maar nooit een leidinggevende. Het
zachte van het eerste botst met het har
de van het tweede. Het is dan ook
veeleer een begeleidende functie. Dat
klopt wel, want als ik een vergadering
voorzit, duurt hij een paar uur langer
dan normaal. Ik laat nu eenmaal graag
een ieder aan het woord."
7