9
9
geestelijke vader van de Heineten strip
Sinds Gerard C.M. Wiegel in 1951 zijn
baan als rijksambtenaar opgaf om kunste
naar te worden, hebben tal van bekende
dag-, week- en jeugdbladen strips en
cartoons van hem onder het pseudoniem
'Wiel' gepubliceerd. Ook in Vers van "t Vat
zult u in de toekomst dit pseudoniem tegen
komen, want met ingang van het volgende
nummer treft u voortaan in de rubriek Vat-
varia een strip van hem aan.
WEL
De hoofdpersoon van
deze strip (van wie
wij de naam nog niet
verklappen) is een Heineken
medewerker die in elke
aflevering een vraagstuk dat
onder zijn collega's leeft,
met een grapje zal verdui
delijken. Geen kinderstrip
dus. maar beslist ook geen
strip met louter en alleen
een moraliserend karakter.
Wellicht is ook voor u de
heer Wiegel geen onbe
kende. In het begin van de
jaren vijftig startte hij met
het maken van cartoons
voor het buitenland omdat
er in Nederland niet vol
doende belansstellins voor
bestond. Althans, het hono
rarium van een rijksdaalder
per cartoon -waarvan hij er
maximaal 3 per week kon
afleveren- was niet vol
doende om in het levens
onderhoud te kunnen voor
zien. In Duitsland daaren
tegen leverde een cartoon al
snel 75 mark op. Na enkele
jaren kwam hier verande
ring in en ontstond er met
name bij het Parool, Vrij
Nederland en later ook bij
De Telegraaf vraag naar
cartoons. In deze tijd zijn
de nu nog steeds bekende
cartoonisten en stripteke
naars naar voren gekomen.
Ook de heer Wiesel be
kwaamde zich al spoedig
in het tekenen van strips.
Wellicht herinnert u zich
'Kimo en Kaja'. een verhaal
over 2 eskimo's dat ruim
twaalf jaar in het jeugdblad
Okki heeft gestaan. Andere
bekende strips van zijn hand
zijn 'Betere kringen' in
Accent, en 'Professor
Cumulus' in de Volkskrant.
Nog steeds vloeien talloze
figuurtjes uit zijn pen in zijn
pand aan de Haagse Laan
van Meerdervoort. waar
enkele jaren geleden zijn
echtgenote de galerie
Clemar had.
Sinds kort heeft de heer
Wiegel een specifiek
Heineken stripfiguurtje ont
wikkeld. Uitgebreide oriën
tatie door middel van lezing
van allerhande concern
publicaties, gesprekken met
Heineken medewerkers en
een brou werijbezoek gingen
hieraan vooraf. De heer
Wiegel moest zich bij het
maken van de strip namelijk
helemaal kunnen inleven
in het Heineken gebeuren.
Aan de hand van een onder
werp dat door de redactie
met hem besproken is.
begint hij te schetsen. Eerst
met potlood op kladpapier,
in een later stadium met inkt
op een origineelDc hoofd
persoon van de strip heeft
hij inmiddels in velerlei
houdingen neergezet, zodat
deze slechts met behulp van
een transparantvel overge
trokken kan worden
Gelaatsuitdrukking,
kleding en werkomgeving
worden hierna ingevuld.
Door deze methode weet hij
zich verzekerd van een
altijd identiek figuurtje. Als
hij tenslotte, gemiddeld na
twee dagen, de strip af
heeft, wordt de tekst pas in
de balloons ingevuld.
De heer Wiegel weet wat
de tekst ongeveer zal zijn.
maar pas als de strip vol
tooid is, weet hij het defini
tief. Het is net of de strip
personen leven: aan hun ge
zicht kan de heer Wiegel
zien wat zij eigenlijk willen
zeggen. En wat het
Heineken stripfiguurtje te
zeggen heeft, kunt u met in
gang van het volgende num
mer lezen.
10