H.KCI
Weet zich omringd
De heer H. Koetsier, landelijk verkoopleider van
vertellen over zijn grote liefhebberij: de Newfoundlander in
Hij noemt dit een liefhebberij en geen hobby omdat di
bezig houden. Het verzorgen van honden, die ci
geen hot
Toen de heer HKoetsier nog
op de lagere school zat,
sprong eens een Newfound
lander tegen hem op die vriendelijk
zijn poten op zijn schouders zette.
Dat maakte grote indruk op het toen
nog kleine jongetje. Later maakte hij
bewust de hond van vrienden mee,
ook een Newfoundlander. Hij nam
zich voor dat als hij ooit nog eens
zover zou zijn om een hond te nemen,
dat dan ook een Newfoundlander
moest zijn. En het kwam zover. Na
twee jaar op een wachtlijst te hebben
gestaan om in het bezit te komen van
een pup, deed de eerste Newfound
lander zijn intrede bij de familie
Koetsier. Later besloten zij er een
tweede reu bij te nemen: het werd een
broertje van de eerste reu. Ongeveer
in deze tijd verruilden de heer en me
vrouw Koetsier hun woning in de
stad voor een huis op het Drentse
platteland. Toen de eigenaar van de
kennel, waar Koetsier's eerste twee
honden vandaan kwamen, een goed
tehuis zocht voor een teef stond de
familie Koetsier niets in de weg om
ook aan deze hond onderdak te bie
den.
brengen van een nieuw element
houdt voor een bekend staande fok
ker toch een risico inHet betekent in
eerste instantie vaak een stap terug'
Alles ging verkeerd
Staat de heer Koetsier nu bekend als
goed fokker, voorheen nam men hem
niet zo serieus. "De mensen zagen
ons gewoon als mensen met twee
leuke honden. Wij hebben ook nooit
de ambitie gehad om te fokken", ver
duidelijkt de heer Koetsier.
"Toen onze eerste reu circa tien maan
den was, zijn we met een kennis mee-
geweest naar de wereldtentoonstel
ling in Dortmund. Hij had me dat
aangeraden omdat ik dan in contact
zou kunnen komen met diverse fok
kers en verschillende honden zou
kunnen bekijken. Nou, daar stond ik
dan met die hond op de tentoonstel
ling. Ik wist natuurlijk helemaal niet
hoe het moest, dus ik deed alles ver
keerd en liep aan de verkeerde kant
van de hond. Groot was daarom ook
onze verbazing toen bleek dat onze
hond wereldjeugdkampioen was ge
worden. Omdat dat je ijdelheid toch
wel prikkelt, zijn we ook andere ten-
Het eerste nest
Dit teefje groeide op tot een schitte
rende hond, die op tentoonstellingen
uitsluitend "uitmuntend" kreeg. Op
vierenhalf-jarige leeftijd kreeg zij
tenslotte een nest, waarmee eigenlijk
de basis voor de fokkerij werd ge
legd Uit dit nest hielden zij een teefje
"Tot onze grote vreugde was het een
nest van zeer goede kwaliteit. Het
blijft een gok. Ik zeg altijd: er komt
vijftig procent geluk bij kijken. Wij
hebben tot nu toe met onze honden
goede resultaten geboekt. Maar er
zijn in Nederland veel meer fokkers
die het fokken net zo opvatten als wij
doen maar dat beetje geluk niet heb
ben." De heer Koetsier vat het fok
ken zeker serieus op. Vele stambo
men heeft hij nagetrokken en uitge
breid heeft hij zich in de erfelijk
heidsleer verdiept. Men staat voor de
keus lijnteelt (bepaalde voorouders
van de aanstaande ouders zijn dan fa
milie van elkaar) in te voeren of juist
nieuwe factoren in te brengen.
"Je kunt natuurlijk niet constant
doorgaan met lijnteelt. Maar het in-
toonstellingen gaan bezoeken. Dat
ging allemaal prima, tot we met onze
teef naar een tentoonstelling gingen.
Ze wilde echt niets, ging op de grond
liggen en was niet meer van plan
overeind te komen. Later veranderde
dat gelukkig; nu doet ze het zelfs
voorbeeldig. Met de jonge honden
gaat het veel beter. De baas heeft zelf
ook bijgeleerd, moet je maar reke
nen. Ik breng nu ook honden van an
dere mensen voor".
Haren in de thee
Even selectief als de heer Koetsier is
bij het uitzoeken van de toekomstige
vader van zijn pups, is hij het bij het
verkopen van zijn pups aan andere
mensen. De aspirant-eigenaren die
nen eerst in Drente een visite af te
leggen bij de familie Koetsier. Is er
een gezinslid dat laat blijken niet zo
gecharmeerd te zijn van een New
foundlander, dan krijgen ze ook geen
pup. Een bevriende fokker gaf vaak
aan de bezoekers een kop thee met
wat haren in de thee en op het schotel
tje om te zien hoe zij reageerden. Die
mensen die hier niet door afgeschrikt
werden, kregen dan een pup". Dit
laatste gaat nu wel erg ver, maar het
is wel zo datje eerst op een wachtlijst
wordt geplaatst als je je voor een pup
hebt aangemeld bij de Nederlandse
Newfoundlander Club. Dit wachten
kan wel een of twee jaar duren. Als
de mensen bereid zijn zo lang te
wachten, is dit voor de fokkers een
garantie dat de toekomstige eigena
ren hun beslissing om een New
foundlander te kopen, weloverwogen
hebben genomen. Ook aan de nazorg
besteedt de heer Koetsier de nodige
aandacht. De stamboom, die door
gaans wordt verkregen als de hond