De Bacchuszolder aan de Caiandstraat. rijkelijker dari water, weten we. Er wer den zelfs vijf verschillende soorten ge schonken. Nauwkeurig werd bijgehou den van welke wijngaard de wijn was en de datum van de oogst. Na de eerste gisting in de pers werd de wijn in grote vaten, voorzien van een nauwe hals, opgeslagen en met lak dichtgemaakt. Bij de tweede gisting, op dat de vaten niet zouden barsten, werd een opening in de laksluiting gemaakt om het koolzuurgas te laten ontsnappen, die daarna weer werd dichtgemaakt met klei. In de klei werd de datum van de tweede afsluiting gedrukt. Het is zeer waarschijnlijk dat de vaten uitsluitend rode wijn hebben bevat. Als beroemde wijnen golden Khor en d'Amor. Nu men vaten kon maken, kon de wijn ook vervoerd worden en ontstond een handel in wijn. Beroemd is het Neuma- gener Weinschiff (±50 na Christus): een steenplastiek, dat in zeer goede staat aan de Moezel werd gevonden en waarop zeer duidelijk vaten zijn uitge beiteld in een model, zoals we dat heden nog kennen als wijnfusten. In Elseviers Grote Wijnboek wordt op pagina 10 het kolossale Heidelberger Vat uit het eind van de 16e eeuw afgebeeld. pakhuizen te bouwen met tweesteens- muren die weinig licht doorlieten, om de wijn een waardig tehuis te verlenen. In de Caiandstraat profiteerden wij van een in de winter vrij milde, gelijkmatige temperatuur. In de zomer moesten de enorme boogdeuren gesloten worden om de warmte buiten te houden. In dat klassieke pand hebben we de wijn be handeld op legfusten; het is nog niet Een voorbeeld van een halfingegraven, aangeaarde wijnkelder. Temperatuur Vroeger bevonden wijnkelders zich altijd onder de grond of waren zij half inge graven en werd het bovengrondse ge deelte met aardwallen beschermd tegen sterk wisselende temperaturen. In ons land, met zijn in het westen drassige bo dem, waren de kelders nooit diep. Dik wijls bleken zij ongeschikt voor de op slag van wijn, door het vocht dat een stinkende schimmelvorming ontwikkel de. Men was dus wel genoodzaakt om eens zo lang geleden, dat tachtig pro cent door onszelf werd gebotteld. We waren er niet weinig irots op, dat de door ons op fles gebrachte wijn min stens net zo goed was, zo niet beter, als de in Frankrijk gebottelde. Door Franse leveranciers werd dit bevestigd en wij vroegen ons af of dit kwam omdat de wijn bij ons langer op fust werd bewaard in een koel klimaat. Het was de tijd van de dikke statiegeldflessen, die vervoerd werden in manden of zware houten Met eigen vrachtwagens werden de klanten bevoorraad. kratten. De lege flessen moesten gerei nigd worden met een chemisch produkt, P3 genaamd, en daarna weer grondig gespoeld. Het wassen van de flessen met warm water nam een groot deel van de kostbare begane grond in beslag. Bovendien werd het steeds moeilijker personeel te vinden, dat bereid was het werk te verrichten. Ik zie ze nog, de mannen op klompen met de leren voor schoot aan de hoge spoeltrommels in de van saaie gele tegels voorziene natte wasplaats. Dat is heel wat anders dan een ogenblikje ter bezichtiging door de schemerige tooggangen te wandelen bij kaarslicht. Eigen vervoer Reuchlin beschikte over eigen vracht wagens, en daardoor konden we onze klanten een unieke service verlenen. Onze chauffeurs brachten de wijn bij de klanten tot in de kelder toe. Met plezier denk ik terug aan de tijd toen kopers verkopers en vervoerders een gemeen schap vormden. In de drukke tijd voor de feestdagen werd iedereen ingezet, ook de buitendienst, om de spullen op tijd bij de klanten te kunnen bezorgen. Het is wel voorgekomen, dat een afnemer in pyjama zijn wijnen in ontvangst moest nemen en dan nog dankbaar was ook! De veranderingen zijn heel snel gegaan, misschien wel eens té snel, waardoor we met z'n allen wat moeite hebben het te verwerken. Ik geloof, dat romantiek en mystiek onlosmakelijk met wijn verbon den zijn en nooit daarvan gescheiden mogen worden. In onze nieuwe behui zing vinden we dan ook een goede aan sluiting bij het verleden met de voorde- ötó* --

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Vers van 't Vat | 1980 | | pagina 30