EKARTSPORT goed bent, weet je wel naar voren te ko men". De beste positie is rechts voor. Zodra men met behulp van de rood-wit- blauwe startvlag het sein geeft tot ver trekken, zigzaggen alle karts door el kaar om een zo gunstig mogelijke posi tie in te nemen. Het is de kunst voorin te rijden bij het naderen van de eerste bocht, want het risico bestaat dat er kleine ongelukken gebeuren als er te veel mensen tegelijk de bocht willen nemen. "Ongelukken doen zich overigens zelden voor bij karten", zegt de heer Boesten. "Ook zonder dat het verboden zou zijn, duwen de coureurs elkaar niet opzettelijk van de weg. Er is natuurlijk een zekere rivaliteit, maar die uit zich niet in grove handelingen. Wij zijn ook allemaal vrienden van elkaar. De mees te 'slachtoffers' vallen onder de toe schouwers. Vaak staan zij verkeerd. Öf te dicht bij het wegdek, öf bij een uit gaande bocht. Dat is zeer gevaarlijk. Tegenwoordig wordt daar heel streng controle op uitgeoefend. Het publiek moet nu op een afstand van vier meter van het wegdek staan. Ook werken wij veel met dranghekken en strobalen. Toch komt het wel eens voor dat een kart de bocht uitvliegt of onder een dranghek door de weg afschiet. De ge volgen daarvan vallen meestal wel mee". Om de coureurs zo veel mogelijk voor letsel te behoeden, is een aantal kledingstukken verplicht. Handschoe nen, schoeisel tot over de enkels rei kend en een helm met vizier. Werd vroeger het dragen van plastic kleding oogluikend toegelaten, tegenwoordig is het beslist verplicht een leren pak te dragen. Als een coureur namelijk ten val komt en met zijn lichaam over het asfalt schuift, is de kans groot dat het plastic materiaal het snel begeeft. Durf en geluk "Natuurlijk is snel materiaal heel be langrijk. De verhouding materiaal- goede coureur ligt ongeveer op een percentage van 60-40. Voorts ben je in het voordeel wanneer je een 'lichtge wicht' bent. Voor elke klasse is een minimumgewicht vastgesteld. Indien je lichter bent, dien je je kart met lood te verzwaren. Daarnaast is stuurmans kunst een grote vereiste. Je moet con stant sturen en schakelen. Bij een rondje op een kort-bochtig circuit, schakel je ongeveer twintig keer. Bovenal is durf nodig. Iets wat je zelf niet in de hand hebt, maar waar je niet buiten kunt, is geluk. Ook een portie technische aanleg is onontbeerlijk om een technische storing te kunnen ver helpen. Het is bij ons niet zo als bij de echte formule I races, dat een lekke band in een paar seconden is verhol pen. Omdat elke manche 7 minuten plus twee volle ronden duurt, telt elke fractie van een seconde Als je een lekke band krijgt, ben je meteen uit de race. Want wij rijden altijd op een gesloten circuit, zodat het nog vrij lang duurt voor je terug bent bij de pits. Gelukkig heb ik een monteur, die het motorische gedeelte voor z'n rekening neemt. Bij hem staat ook mijn kart gestald. Aangezien je niet met een kart op de openbare weg mag rijden, wordt deze elke wedstrijd vervoerd per aan hanger". Liever rally's Hoewel de heer Boesten met veel ent housiasme zijn hobby beoefent, bete kent dit niet dat hij plannen heeft nog lang door te gaan met deze sport. "Ik zou er mee ophouden als ik een gezin met kinderen zou hebben. Want je bent al de hele week van huis. Als je dan ook nog elke zondag op pad bent, zie je je kinderen nooit. Je bent echt de hele dag weg, want meestal begint een wed strijd om 10 uur 's morgens, terwijl de prijsuitreiking doorgaans pas om een uur of zeven 's avonds plaatsvindt. En je kunt die kinderen toch moeilijk de hele dag meeslepen. Vooral niet als ze nog klein zijn, want er is vaak niet eens een gelegenheid waar ik mij kan verkle den. Laat staan dat je die kinderen be hoorlijk kunt verzorgen". Er is nog een belangrijker reden waarom de heer Boesten zou willen stoppen met kart- ting. Hij is van plan navigator (de 'kaart lezer') bij internationale auto-rally's te worden. "Ik heb het al eens gedaan in Zweden. Een vriend van mij rijdt name lijk veel rally's en ik zou graag mij hele maal daarop willen toeleggen. Dat trekt mij bijzonder. Maar dan wel altijd bij dezelfde chauffeur, omdat je dan op de hoogte van zijn rijstijl bent. Een naviga tor moet blindelings op de chauffeur kunnen vertrouwen. Als je steeds van de kaart op zou kijken en je ziet dan in eens een bocht voor je opdoemen, zou het kunnen gebeuren dat je in paniek raakt. Prompt is dan je concentratie weg. Zoiets mag absoluut niet voorko men. Als er zo hard wordt gereden, kun je je geen angst veroorloven". Tot dusverre is angst een begrip dat niet in het woordenboek van de heer Boesten voorkomt. Met veel lef, zonder op sensatie belust te zijn, rijdt hij zijn wedstrijden. Dat hij dat niet voor niets doet, blijkt wel uit zijn behaalde resultaten.

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Vers van 't Vat | 1980 | | pagina 15