ur,ijst Kleurkanaries
Veranderingen maken dit keutingsrJPP"" 9® ^^„(„eester:
Datum: S~~"" i'l* --
2 3 NOV. te/b c -|iKR dövmÊr
eieren wil weten, broed ik altijd met drie
nestjes tegelijk, zodat de mogelijkheid
bestaat de eieren in een ander nest te
leggen.
Er zijn twee manieren om te broeden:
paarsgewijs of met één man en drie
poppen. Ik geef de voorkeur aan de
eerste methode omdat dan beide ou
ders voor de voeding van de jongen
zorgen. Ik laat de vrouwtjes maar twee
keer per jaar broeden omdat zij an
ders teveel afzwakken."
Brandnetels, eieren en druiven
Om de vogels in een goede conditie te
krijgen, krijgen zij in september vele
extra's toegediend. Brandnetelsap,
krachtvoer, eivoer, druivensap en in de
cember een antibioticakuur staan borg
voor een snelle beëindiging van de rui
en het fit maken van de vogels voor de
broedperiode. Met name het brandne
telsap dat bacteriëndodend is en zo
doende darminfecties voorkomt, is erg
belangrijk.
"Je ziet de vogels gewoon opfleuren en
in een prima conditie komen", zegt Van
Dijk. "Ik verkoop natuurlijk vaak vogels
aan mensen voor wie het niet van be
lang is dat zo'n vogel niet in aanmer
king komt voor een kampioenschap.
Maar mijn vogels zijn altijd gezond,
want dat vind ik het belangrijkste. Ik fok
liever twintig vogels minder, dan dat ik
met zieke vogels zit. Zo'n 50% van de
kanaries in Nederland is ziek: darmin
fecties en leveraandoeningen komen
het meest voor. Vaak door een te een
zijdige voeding en een gebrek aan vita
minen."
Waar op gelet moet worden
Voor aspirantkopers wil hij wel een
paar tips geven.
"De beste tijd om vogels te kopen, is
oktober, november. De jonge kanaries
zijn dan uit de rui en zijn volop in condi
tie. Je moet goed opletten of de veren
van de vogel goed aangesloten zijn, of
de oogjes helder staan en of de pootjes
mooi dun zijn. Schubben op de pootjes
en lange nagels wijzen erop dat de vo
gel niet jong meer is. Bij de pop staan
de ogen centraal bij de snavel en bij de
man iets hoger. Voorts doet een man
netje zijn staart omlaag als hij bij ie
mand op de hand zit, de pop daaren
tegen doet de staart omhoog of opzij.
De, bij voorkeur niet hangende, kooi
mag nooit op de tocht staan, dus liever
niet vlakbij een raam of deur."
Kampioenen in de dop
De vogels van de heer Van Dijk zitten in
grote gemeenschappelijke kooien in
zijn schuur in de tuin. Oudere en jonge
vogels zijn daarbij gescheiden, terwijl
een hele schuurwand gevuld is met
broedkooien die bevolkt zijn door ou
derparen die met groot plichtsbewust-
zijn eieren uitbroeden of jongen ver
zorgen. Rustig laten zij zich door de ei
genaar van het nest afzetten zodat hij
kan kijken hoe het met de, nog zeer
kleine en kale, vogeltjes is.
Zij lijken nog in niets op hun mooi ge
kleurde en fiere ouders en bestaan
hoofdzakelijk nog uit een steeds wijd
opengesperde snavel. Van de iets ou
dere vogels kan de heer Van Dijk al vrij
aardig voorspellen, al hebben zij nog
niet de goede kleuren en veren, of hier
een toekomstige kampioen bij zit.
Klein maar dapper
Mocht dit het geval zijn, dan moet de
vogel over niet al te lange tijd de kriti
sche blikken van een keurmeester op
een tentoonstelling over zich heen la
ten gaan. Zonder blikken of blozen, zo
als een goede tentoonstellingsvogel
betaamt, blijft hij dan rustig in zijn kooi
zitten. In hun volle glorie, gewassen en
opgepoetst, zitten zij daar, terwijl het
voor de eigenaar afwachten is wat de
keurmeester zal beslissen. Ook hier is
geduld een schone zaak: twintig minu
ten lang wordt de vogel aan een gron
dig onderzoek onderworpen. In het
gunstige geval, als hij goed beoordeeld
wordt, duurt het nog langer omdat hij
opnieuw met een paar andere zeer fraai
gebleken exemplaren vergeleken moet
worden.
Een inspannende bezigheid, die een
veelomvattende opleiding vergt omdat
elk type kanarie zijn eigen standaard
eisen heeft. Voor de heer Van Dijk, die
al zeven keer een kampioensvogel heeft
gehad en een districtskampioen, zit
zo'n opleiding voor keurmeester er niet
in. Naast zijn dagtaak als onderhouds
monteur is hij uiteraard veel tijd kwijt
met het verzorgen van zijn vogels. Niet
dat hij daar over inzit; integendeel. Hij
is juist blij dat hij het af en toe op zijn
werk zo kan regelen dat hij naar een
tentoonstelling kan gaan.
Toekomstplannen
"In de toekomst wil ik overgaan op het
houden van tropische vogels, maar om
dat daar nog veel meer tijd in gaat zit
ten, aangezien zij levend voer nodig
hebben,denk ik dat dat pas na mijn pen
sionering zal gebeuren. Tot die tijd blijf
ik me wijden aan mijn kanaries.
De sport ervan vind ik dat je kam
pioensvogels niet voor geld kunt ko
pen, maar dat altijd de uitdaging blijft
bestaan: zou het wél of niet lukken? Als
dan achteraf blijkt dat het niet gelukt
is, vind ik het niet zo erg, als ze maar
gezond zijn!".
15