G. P. Tacq met pensioen
Pensioen J. H. de Graaf
Amsterdam Op dinsdag 31 juli jl. kwamen de heer J. Schiffel
en zijn vrouw en dochter naar het leslokaal op de Mauritskade
in verband met zijn afscheid. De heer Schiffel maakt gebruik
van de mogelijkheid van vervroegde uittreding op 63-jarige
leeftijd. Bij de officiële ontvangst waren aanwezig: mevrouw
Van Kooten en de heren Welmers, Hamers, Jansen, Cuppen,
Smit, Ummenthum, Vreeswijk en Venderbos.
In een ongedwongen samenzijn werd een pilsje gedronken en
menige oude herinnering opgehaald.
Vervolgens ging het gezelschap naar de ontvangstruimte in de
kantine. Daar werd de heer Schiffel toegesproken door de heer
Welmers, die hem dankte voor de wijze waarop hij zijn werk
voor de brouwerij sedert 1947 werkzaam in de bottelarij-af
delingen had verricht.
De afdelingschef verpakken, de heer Cuppen, was de volgen
de spreker, die met enige hartelijke woorden zijn appreciatie
uitsprak voor de heer Schiffel waarbij het, door de afdeling
bijeen gebrachte, cadeau aan hem werd overhandigd. Me
vrouw Schiffel kreeg een bijzondere hangplant aangeboden.
Tenslotte bedankte de heer Schiffel de sprekers en alle aan
wezigen voor de betoonde belangstelling en de cadeaus. Wij
wensen de familie Schiffel nog vele gelukkige jaren!
Het echtpaar Tacq op de dag van de pensionering van de heer Tacq.
Rotterdam Op 31 juli 1979 nam de heer G. P. Tacq, na een
dienstverband van 49 jaar en 6 maanden, afscheid van de
brouwerij wegens het bereiken van de 65-jarige leeftijd.
Een dienstverband van bijna een halve eeuw...; hierdoor kon
de heer Tacq zijn oudste herinneringen met niemand delen,
want geen van de collega's kon zo'n tijdvak uit eigen waarne
ming overzien. Enkele feiten: De heer Tacq trad per 1 februari
1930 in dienst van het toenmalige filiaal Rotterdam van de
Amstelbrouwerij, ging in 1966 over naar de drankenhandel De
Havenstad en in 1970 naar de export-transport afdeling.
In 1977 moest hij zijn activiteiten in verband met zijn gezond
heidstoestand beëindigen. En daarom was het zo verheugend
dat de heer Tacq nu, vergezeld van zijn echtgenote, eigen en
aangetrouwde kinderen en één van zijn kleindochters, in uit
stekende conditie afscheid kon nemen van de brouwerij en zijn
collega's.
Op verzoek van de heer Tacq werden geen toespraken ge
houden zodat de heer Burger hoofd van de export-transport
afdeling in een informele bijeenkomst eerst de jubileum
gratificatie overhandigde en later, tijdens de officiële receptie
met enkele woorden: ,,lk mag niet spreken en dat vind ik jam
mer want ik had graag aardige dingen gezegd dat kan ik
goed" namens de medewerkers van de ETA een afscheidsca
deau aanbood en namens het overige personeel een geschenk
onder couvert.
De heer Tacq dankte in zijn afscheidswoorden alle aanwezi
gen, ook de collega's van de Keileweg, voor hun vrienschap en
collegialiteit. ,,Het was grandioos," verklaarde hij. De aanwe
zigen konden hierna nog eens persoonlijk afscheid van hem
nemen op de gezellige receptie die hierop volgde.
De heer De Graaf luistert geduldig naar het hem ,.ten laste gelegde'' bij
zijn afscheid in Zoeterwoude.
Zoeterwoude Op 31 juli jl. werd in het ontvangstgebouw te
Zoeterwoude een receptie gehouden ter gelegenheid van het
afscheid van de heer J. H. de Graaf, in zijn laatste functie
werkzaam als project-manager. Nadat mevrouw Christiaanse
een ieder welkom had geheten en een groot aantal telegram
men had voorgelezen, kondigde zij het programma voor deze
middag aan. Ten tonele verschenen twee „rechters", de heren
Van Rijn en Vink (laatstgenoemde van onze vestiging in Den
Bosch) die de heer De Graaf vroegen voor de „gerechtelijke
tafel" te verschijnen. Gezien zijn „hoge" leeftijd stonden ze
hem toe te gaan zitten. Het was hun bekend dat de heer De
Graaf er niet op gesteld was bij plechtige gelegenheden te
worden toegesproken en dat hij het overdreven en overbodig
vond dat zijn goede daden en eigenschappen werden geme
moreerd, of dat juist was. De heer De Graaf beaamde dit vol
mondig. Omdat zij dezelfde mening waren toegedaan, werd de
heer De Graaf niet geprezen, maar wel wilden zij het hebben
over andere daden en voorvallen met betrekking tot hem, want
als dienaren van Vrouwe Justitia achtten zij het niet juist als er
bij Heineken verhalen gingen die niet op waarheid zouden
berusten. Daarom werd er een onderzoek gehouden met vele
getuigen, waarbij een twaalftal zaken aan de orde kwam. Zo
was er een zaak met plaats van handeling Rotterdam. De
„rechters" vroegen of het ook waar was dat de heer De Graaf
in de Isaac Hubertstraat af en toe streken uithaalde om de zaak
wat op te vrolijken; een en ander culmineerde in het afsluiten
van een werkkamer door het plaatsen van een bezemsteel aan
de gangzijde onder de deurknop, zodat hij zijn huidige directe
chef opsloot. Het was volkomen juist, aldus de heer De Graaf.
Alvorens weer aan een andere zaak te beginnen, vond een van
de rechters het beter deze zaak achter gesloten deuren te
behandelen. Tenslotte werd het boek gesloten. De „rechters"
hadden genoeg aangedragen om de vele aanwezigen een
beeld te geven van zijn levenswandel. Hierna mocht de heer De
Graaf weer terug naar zijn plaats bij de familie om het „vonnis"
te vernemen, want dit lieten de heren „rechters" over aan
andere instanties. Het „vonnis" werd ten slotte uitgesproken
door de heer Tops nadat hij eerst op zijn manier en vanuit een
andere gezichtshoek enige activiteiten had belicht. Mede gelet
op de vele goede eigenschappen deed de heer Tops uiteinde
lijk de „uitspraak" en meende hij Jaap de Graaf recht te doen
door hem van harte te bedanken en hem zeer veel goede jaren
toe te wensen, waarbij hij hoopte dat hij misschien wel zijn
haren maar niet zijn streken zou verliezen.
Na de overhandiging van de cadeaus bedankte de heer De
Graaf ten slotte alle waarde Heineken-genoten en zei zeer
verrast te zijn door de grote opkomst. Hij bedankte tevens de
„rechters" die zelf een groot aandeel hadden in de grappen en
de heer Tops voor zijn milde „uitspraak".
17