PIJPEKOPPEN ALS KUNSTVERZAMELING Martin van Soest: „Wij zijn net Stiefbeen en Zoon" Martin van Soest in de ..Pijpenkamer" Zo'n duizend pijpen heeft de familie Van Soest in de verzameling. Pijpenwand Als je in de „pijpenkamer" komt. weetje niet wat je ziet. Bij iemand die pijpekop- pen verzamelt, verwacht je er veel. maar toch niet over de duizend! De mooiste hangen te pronken aan de wand. Martin heeft hiervoor een soort wandrek met open vakjes gemaakt, waardoor iedere pijp afzonderlijk de aandacht krijgt die zij verdient. Van Soest: „Iedere pijp die je hier ziet is een kunststukje, het zijn miniatuurbeel- den. Je pakt ze, voelt ze en kijkt er naar..." Er liggen mooie bij, leuke. enge. lelijke, grappige, griezelige, ontroeren de. De een stelt een bijenkorf voor. de andere een paardehoef, er is een gladde pijpekop met alleen een klein ratje erop of een vlieg, op weer een andere is een hele familie geschilderd, je kunt het zo gek niet bedenken. Ook beroemde figuren kom je als pijpe kop tegen: Victor Hugo, Hendrik de Achtste, generaal Boulanger. Peter Stuyvesant, Sir Walter Raleigh, zelfs de oude heer Hulstkamp zit erbij. Oude aarde Van Soest: „De meeste kleipijpjes heb ben mijn vrouw en ik zelf opgegraven. Dat is eigenlijk het leukste. In onze vrije tijd trekken we er vroeg op uit, op zoek naar oude aarde. Die komt bijvoorbeeld naar boven als er ergens funderingen gelegd moeten worden. Ik moet zeggen dat we er zo langzamerhand een neus voor hebben gekregen, we ruiken op af stand waar de goede grond ligt. Waar vroeger bijvoorbeeld een herberg is ge weest vind je er heel veel. In het begin was het zo, dat de pijp goedkoop was, maar de tabak erg duur. Dat kan je zien aan de vorm, een hele kleine kop. Als de mannen de tabak opgerookt hadden, dan gooiden ze de pijp weg! Daar zijn wij nu natuurlijk erg blij mee. Toen de tabak in Nederland zelf verbouwd kon worden, werd deze goedkoper en werden de pij- pekoppen groter. „Het eerste wat we doen als we een pij- „M'n vrouw en ik zagen ergens mensen in de aarde wroeten, dus wij erop af! Het bleek dat ze in oude aarde op zoek wa ren naar het verleden: scherven, flesjes en... pijpekoppen kwamen te voor schijn. Ik kan niet zeggen dat we toen ook meteen enthousiast waren, maar onze belangstelling was wel gewekt. Pas toen ik voor de eerste keer een wit stenen pijpje vond, waar ik een soort reliëf op voelde en wat later een kopje bleek voor te stellen, is mijn hobby (en die van m'n vrouw) geboren." Tien Aan het woord is Martin van Soest, chef afdeling verkoopbevordering in Zoeter- woude. We zitten in zijn huis in Hoofd dorp, dat hij samen met zijn vrouw Jopie en hond Tien bewoont. Tien is een verhaal apart. „Uit een auto gezet ergens op het parcours van de Amstel Gold Race," zegt Martin. „Ik ben ieder jaar betrokken bij deze wieler klassieker, zo ook die bewuste keer. Ti neke van Seventer van ons reclamebu reau FHV, die daar aan het filmen was, had de hond meegenomen. Toen de hond, een basset, me zag, keek-ie me trouwhartig aan en kwam naar me toe lopen," vertelt hij. Het was „liefde op het eerste gezicht". Van Soest belde z'n vrouw of zij het leuk vond als hij een hond mee naar huis zou brengen en toen was het eigenlijk meteen in orde. Tien (tiende Amstel Gold Race en Tine ke) werd de nieuwe huisvriend. 10

Jaarverslagen en Personeelsbladen Heineken

Vers van 't Vat | 1979 | | pagina 10