Merk is drager van het produkt
Stel je nu eens voor dat onze on
derneming het merk Heineken
niet meer zou mogen gebruiken.
Men zou terecht van een ramp
kunnen spreken. Eén ding maakt
deze boze droom aanstonds dui
delijk, namelijk de enorme waar
de, die een merk voor een onder
neming kan vertegenwoordigen.
Een zo waardevolle zaak als het
recht op een merk moet, als ieder
ander vermogensbestanddeel,
onderhouden en beschermd
worden. Beschermd in de eerste
plaats tegen derden, die, aange
lokt door de bekendheid en goe
de naam van een merk en na
tuurlijk het produkt dat onder dat
merk wordt verkocht, hiervan
proberen te profiteren door het
merk na te bootsen. Meestal
proberen zij hun produkt dan te
verkopen onder een naam die
verdacht veel lijkt op de naam van
het alombekende merk. De
merkhouder, die hier niet tegen
optreedt, brengt zijn merk in
groot gevaar. Als hij toelaat, dat
een ieder het merk nabootst, ver
liest het al spoedig de functie van
herkenningsteken. Voor het pu
bliek wordt het onduidelijk welk
produkt van welke fabrikant af
komstig is. Het merk dreigt dan te
'verwateren'.
Onze concernstafdienst juridi
sche zaken van ons concern
houdt zich onder meer bezig met
de bescherming van de merken,
waaronder onze produkten ver
kocht worden. Met name voor de
heer C. van Es, medewerker van
de juridische afdeling, vormt het
één van de hoofdschotels van
zijn dagelijkse bezigheden. „Dit
jaar hebben we nog een proces
gevoerd tegen een Griekse firma,
die blikjes bier ging verkopen, die
sprekend op onze Amstel blikjes
leken. Het heette Yassou Beer en
moest een goedkoop alternatief
voor Amstel bier zijn. Er is toen
een proces geweest, dat door
Amstel is gewonnen. Op het
ogenblik voeren we actie tegen
een gedeponeerd biermerk Eine-
ken in Paraguay."
Merkrecht
In vrijwel alle landen bestaan
wettelijke regelingen betreffende
het zogenaamde recht van de in
dustriële eigendom. Hieronder
vallen het octrooirecht, het
merkrecht, het kwekersrecht, het
modellenrecht en het handels
naamrecht. Er bestaan zowel na
tionale, wettelijke regelingen als
internationale verdragen met be
trekking tot de bescherming van
industriële eigendom.
Afhankelijk van het in een land
bestaande rechtsstelsel, verkrijgt
diegene het recht op een merk,
die het merk óf het eerst gebruikt,
óf het als eerste laat inschrijven
in de daarvoor bestemde,
openbare registers. Is het eerste
het geval dan moet inschrijving in
het register volgen, wil men het
verworven recht voor honderd
procent kunnen uitoefenen. In
het laatste geval moet de in
schrijving binnen een bepaalde
periode gevolgd worden door het
gebruik, omdat anders derden de
nietigverklaring van het merk
kunnen eisen. In sommige landen
blijft het ingeschreven merk
onaantastbaar, ook als het niet
gebruikt wordt, maar dat moet
wel als een uitzondering be
schouwd worden. In verschillen
de landen toetst het registratie
bureau, of de merken die ter in
schrijving worden aangeboden,
al in het register voorkomen, of
lijken op namen van reeds inge
schreven merken. In andere lan
den toetsen de registratiebu
reaus niet, zodat de merkhouder
er extra attent op moet zijn, of er
een nieuw merk wordt inge
schreven, dat met zijn eigen merk
botst.
Veel merkhouders plaatsen bij
hun merk „wettig gedeponeerd",
„gedeponeerd merk", of het
symbool Men geeft zo te
kennen dat het merk is inge
schreven in het merkenregister
en op grond van de plaatselijke
wetgeving bescherming geniet.
Bovengenoemde toevoegingen
zijn echter uitsluitend kennisge
vingen, bedoeld als waar
schuwing voor degenen die het
merk zouden willen nabootsen.
Het is beslist niet zo dat het merk
recht ontstaat door bovenge
noemde toevoegingen.
Eisen
Aan wa) voor eisen moet een
merk voldoen, wil het rechtsgel
dig zijn? Het moet zowel deugde
lijk als geoorloofd zijn. Met het
begrip deugdelijk 'wordt bedoeld,
dat het merk geschikt moet zijn
ter onderscheiding van de waren
van een onderneming. Daarnaast
mag het merk niet bestaan uit al
gemeen gangbare woorden
en/of afbeeldingen, waarvan het
gebruik een ieder vrij moet staan
en die zodoende niet als merk
gemonopoliseerd kunnen wor
den. Zo spreekt het welhaast
vanzelf, dat het woord „bier"
geen merk kan zijn voor het ge
lijknamige produkt. Tevens gel
den als niet onderscheidend de
zogenaamde beschrijvende mer
ken. Dit zijn merken, die iets aan
duiden over een bepaalde eigen
schap of samenstelling van de
waar, zoals kwaliteit, vorm, kleur,
gewicht, etcetera. Ook merken
die slechts een aanprijzing vor
men van de waar of iets over de
herkomst ervan zeggen, gelden
als niet onderscheidend. In vak
kringen worden deze be
schrijvende merken doorgaans
zwakke merken genoemd. Hoe
zwak zo'n merk in de rechtspraak
staat, blijkt uit het onderstaande.
„De grootste concurrent van het
bedrijf, dat Trek-in had gedepo
neerd, wilde hetzelfde woord
eveneens gaan gebruiken en
verzocht de Rechtbank de merk-
Enkete van onze oude merken afkomstig uit het archief van onze juridische afdeling.
23